
ten opofferen» o m a i verzeekerde mi j , toen ik in
Engeland was terug gekoomen en hem daarnaar vroeg,
dat het grootfte deel der natie geene fchuld aan deeze
wreedheid heeft, De kinderen moeiten.wel» naar de
eenmaal aangepoomen wet der orde, om het leven
gebragt worden, maar voor.deeze bittere verplichting
wierden zij met voorrechten en eer beloond; desniet'*
tegenltaande gaven de moeders haare bewilliging niet
tot het vermoorden van haare, kinderen. De mannen
en de andere Arreoys overreedden haar dan haare kinderen
weg te geeven; doch als bidden niet wilde helpen,
wierd ’er fomtijds geweld gebruikt; hij voegde
’er bij dat de moord zoo geheim verrigt wierd, dat
zelfs de Towtows o f de bedienden van. het huis ’er
niets van gewaar wierden, w ijl, zoo het ruchtbaar
wierd, de moordenaar ’er met zijn leven voor boeten
moest. Op deeze wijze zou den Tahitifers en hunnen
nabuuren niet meer kunnen te last gelegd worden dan
hetgeen, helaas! van alle andere volkeren kan gezegd
worden, namelijk, dat ’er enkele booswichten onder
hen zijn, die wreed genoeg zijn om hunne eigene
kinderen omtebrengen. En gevolglijk mogen ook z i j ,
die het menschlijk hart bij alle gelegenheden zoeken te
verketteren, niet langer waanen dat ’er eene gantfche
natie zoude zijn, die moord en doodflag zoude kum*
nen begaan, zonder te gevoelen dat zij ’er kwaad aan
doet ( * ) .
De
( * ) Hoe groot het zeden-bederf in Europa zij kan
men, onder andere, daaruit afneemen dat ’er te Londen
fchurken zijn, die openlijk roemen op hunne kunst van afr
drijvende middelen te bereiden, en in dit vak hunnen dienst
aanbieden. Bekendmaakingen van deezen inhoud worden
zonder fchroom op de ftraaten uitgedeeld, en men leest die
SÉa v , dik-
De Arreoys, die hier vergaderd warén, vérgaten,
bij alle hunne zwelgerij, egter de gastvrijheid niet,
maar verzogtep ons dikwijls aan hunne maaltijden, deel
te peemep,
Blad%. 94 ( 2 ) , po b a , Onderkoning van dit eiland,
o-TAHA en TEiNA-MAi de fchoone danfe-
pes, van welke ik boven reeds gefprooken heb, waren
bij het gezelfchap. b o b A i s een lang, welgemaakt
jongman, geboortig yan Bolahola, en met
0-P00NEE, Koning van dat eiland en veroveraar
yan Ulietea ep Taha vermaagfchapt. o e d i d e e had
ops dikwijls verhaald dat o- p o o ne e zig deezen
jongman tot opvolger verkopten, en hem zijne eenigè
dogtep m a i w e r o q a , die ongemeen fchoon en
flechts twaalf jaaren oud w a s, toegedagt had, b o b a
was toen een Arreoy en, had de fchoone. danferes
TEiNA tot ‘bijflaapfter. Daar het ons voorkwam dat
zij zwanger wa s, fpraken wij met haar over de gewoonte
vpn de kinderen der Arreoys omtebrengen ;
dóch het gefprek Was z t ó kort en afgebrooken, deels
wijl het moeite kost défeze Indiaanen , en vooral de
vrouwen, opmerkzaam te houden, deels Wijl wij nog
niet genoeg van hunne taal wisten om zedékundige
en wijsgeerige begrippen in dezelve uittedrukken.
Daarom zag het ’er ook met onze redeneerkunde wat
mislijk u it, en alles wat wij ’er mede uit t e i n a ,
m a i konden krijgen was dat onze Eatua o f God ip
Engeland veelligt over- de gewoonten der Arreoys-
boos zoude z ijn , maar dat de haare ’er geen o 11 genoe^
dikwijls in de nieuwspapieren. Zie onder andere de Mor*
qiiïg Bost van den vijftienden January 1777.