
 
		ID E   W A É R E L D .   {_Aiïg.  1774] 209 
 Zetten-VWaarop  de  :  kwik  adnftbnds  tot  ioö°  
 rees.  (   16 )  Hij  bleef  twee  eri  eëne Halve  minuut  
 in  het  gat  'Zónder  te  rijzen  of  te  daalen.  De  aaf-  
 de  hier  omtrent was  eeriè föört Vatiwitté  klei;  had  
 eene  zwavelachtige  reuk;  en  Was zbgt eh  vógtig,  
 de  oppervlakte  alleen  uitgezonderd  ;  óvfer welke  
 bene  dunne  drcoge  korst  vèrfpreid  was;  Waaróp  
 enige  zwavel  Was  en  eëné  Vitrioolachtigë  zelfflan-  
 digheid p  die  als  aluin  fmaakte.  De  plaats,  diè  
 doof  db  hitte  aangedaan  Was,  Was  fliec  bóven  
 twee  of  derdehalve  roeden  in  het  vierkant  groot;  
 bn  digt  daaromtrent  waren  ehigë  vijgehböómen,  
 die  hunne  takken  over  ben  gedeelte  vah  dezelve  
 Verfpreidden;  eti  daar Wél Tcheénën  te  tiéren.  Wij  
 gisten  dat  debze  buitehgemeenb  hitte  Vbröofzaakt  
 ware  dóór  den  ftodm  vart  kookènd  water;  fterk  
 met zwavel  bezwangerd;  Mén  zeide  mij  dat  enige  
 ban  de  andere  plaacfen  grooter Waren  dan  deë-  
 ze,  fchoon  wij  niet  uit  onzen  Weg  gongeri  om  
 dezelve  te  bëzigtigen; maar  den  bergop  klommen  
 door  een  land;  zóódanig - met  boömën,  hebster^  
 bn.plantémbedëkt ,  dat  de  bróodvrügt- bn  kókoS-  
 nooten-böomen,  die  hier  dóór  de  Natuur  fchij-  
 nen  geplant  te  zijn  ,  om  zoo  te  fpfeekën  verflikt  
 Wierden;  Wij Vónden  hier  èn  daar  een  huis;  enige  
 menfchén,  en  plantagieëh  ;  de  laatftë  wareti  
 in  vérfchillendcn  tóeftartd,  fommige  hadden  
 lang  geflaah  ,  andere  waren  zedert  korten  tijd  
 bpgefuimd;  en  andere  Was'  men  bezig  bp-  
 ?  Vi.  D e Et;  O  te