
 
		310 
 ’er terftond  een  algemeene  vrede  gefloten ,   en  o t öo  
 nam  van  flonden  aan  zelf  de  regeering  in  handen,  
 Naarde  aanmerklijke  verbeteringen  te  oordeelen,  die  
 hij,  zedert  het  aanvaerden  der  regeering  geduurende  
 onze  afwezigheid  van  agt maanden,  had  ingeyoerd,  
 moet  o t  o o  een  man  van  goed  verftand  zijn ,  en het  
 algemeen  welzijn  zijner  onderdaanen  door  gefchikte  
 middelen  weeten  te  bevorderen,  a h e a t u a   ftierf  
 kort na de  vrede  gefloten  was,  en  zijn zoon  van den-  
 zelfden  naam,  dien  wij  in  de maand Augustus  1773  
 te  Aitepiha  aan troffen  ,  volgde  Item  in  de  regeering  
 over  Tiarraboa  op. 
 Te  Aree  w a t o w ,  welken  w ij  deeze  narichten  te  
 danken  hadden,   g a f  -ons  te  gelijk  d e '  volgende  berichten  
 over  het  kpninglijk  geflacht.  Zijn vader had,  
 zeide hi j ,  agt  kinderen:  1.  Tedua,  dat  i s ,  de  pt'in-  
 fes  n e e h a u r a i   was  de  oudfte  van  a lle ,  omtrent  
 dertig  jaaren  o u d ,  en  met  a m m o s   z o o n ,   TAr-  
 ree  d e r  r e   getrouwd.  2.  De  tweede  Tedua  o f   
 prinfes  heette  t a u r a ï   ,  was  ongetrouwd  en  omtrent  
 zeven  en  twintig  jaaren  o u d ;  deeze  fcheen  bij  
 de vrouwen  in  zoo  algemeen  aanzien  te  ftaan  als  de.  
 Koning  op het geheel  eiland.  3.  o t o  o ,   Eree Rabat,  
 o f  Koning  van  Otahiü,  omtrent  zes  en  twintig  jaaren  
 o u d :  ik  heb  reeds  gezegd  dat  ieder  ,  tot  teken  
 ■ yan eerbied,  in  zijne tegenswoordigheid,  de  fchoude-  
 ren  moet  ontblooten  ,  en  onze  Otahkifbhp  historie-  
 fchrijver  zeide mij  heden dat  ook a h e a t u a ,  fchoon  
 hij  regent  van  het  klein  half-eiland  is  ,  e g te r ,   als  
 yafal  van  den  Koning  ,  verplicht  is  tot  deeze  eer-  
 betooning.  4.  Tedua  t i h a m .a i   ,  die  in  ouderdom  
 op  0T00  vo lg d e ,  was  vroeg  geftorven.  5,  TEa-  
 ree  w a t o w   volgt  op  deeze  en  fcheen  omtrent  zestien  
 jaaren  oud  te  z ijn ;  hij  zeide  nog  een<?n  anderen 
 naam 
 naam  te  hebben  ,  die  mij  ontgaan  is  ;  doch  ik  gis  
 dat  die  flpchts  zijn  tijtel was.  6.  t u b u a ï t e r a i ,  
 ook  MAjoRRo  genaamd,  was een knaapjen van tien  
 o f   elf  jaaren,  7.  e r r e r e t u a ,  een  meisjen  van.  
 zeven  jaaren,  en  8,  t e ï a a u ,  een  knaapjen  van  
 vier  of  vijf jaaren,  was  de  jongde,  Eene  gezonde,  
 maar  geene  zwaarlijvige  geffeldhcid en  een  dik  hoofd-  
 hair  feheen  h.et  eigendpmlijk  kenmerk  Vffl  hot  gant-  
 fche  geflacht  te  zijn.  Hunne  gezjgts-trekken  waren  
 meest  bevallig ;  maar hunne  kleur  zeer  bruin,  n e e -  
 u a u RAt  en  o t o .o  uitgezonderd;  het  gantfche  geflacht  
 feheen  hij het  volk  zeer bemind,  gelijk over het  
 algemeen  4.P  genegenheid  jegeps  de  bevelhebbers  een  
 trek  in  het  nationaal  karakter  van  de  Tahitiers  uitmaakt, 
   Ook  verdiende  de  koninglijke  familie ,  om  
 haar  doorgaans  vriendlijk  en  goedhartig  gedrag,  met  
 recht de algemeene  liefde,  Tedua  t  o w  r  a  ï   begeleidde  
 gemeenlijk  den  Koning  haaren  broeder,  ajs  hij bij  
 ons  aan boord  kwam,  en  dan  hield  zij  het niet beneden  
 haaren  rang  van  den  gemeentten- matroos  voor  
 doek  en andere  merkwaeruighedeu  roode  vaderen  interuilen. 
   Eens  was  zij  met  o x o o ,  den  kapitein m   
 mijn  vader,  in  de  kajuit,  om  onzen  voorraad  van  
 ijzer  gereedfehap  en  andere  waaren  te doorfnnffelen.  
 Geval lig  wierd  de  kapitein  naar  buiten  geroepen;  
 naauwlijks  had  hij  den  rug  gekeerd  o f  zij  fluifterde  
 haaren  broeder  iets  in  het  oo r ;  deeze  deed  daarop  
 zijn  best  om  de  oplettendheid  van  mijnen  yader door  
 allerleie  vraagen  bezig  te  houden:  mijn vader  merkte  
 waar  het op toegelegd  wierd.  Toen nu  de  goede Prinfes  
 meende  dat men  haar niet op  de  handen  za g ,  nam  
 zij  zeer  behendig  een-paar  groote  fpijkers  w eg ,  en  
 verborg  die  in  de  plooien  van  haar  kleed.  Toen  de  
 kapitein  weder  binnen  kwam,  verhaalde  mijn  vader  
 V  4  hem