
gemaakt , die zulk een warm en gezond
fchoeifel voor de voeten zijn. Ter befcliutting
tegen gure Noordenwinden dienen zoowel
onderfcheidene ■ Boomen die»koude en ftorm
tarten, als andere om dns lommerrijkc Wandel»
plaatfen, koele Prieelen, o f digte en ondoor-
. dringbare Omtuiningen te verfchaffen. Doch
waartoe U meer opgenoemd, denk Ilechts
- aan„ - Scheepstimmerlieden ,. . MoLmmakers ,
Stelmakers , Kuipers, Sqhrijnwerkers, ■ Beeld-
houwer^, Draaijers en alien die in Hout
werken; aan het Post en Paalwerk onzer
Dijken; aan . het Brandliout op; den haard,
om niet meer" van Terpentijn, Pek, Teer
te fpreken, en gij zult d e : weldadige oogmerken
erkennen, waartoe „ ons: de Schepper
met zoo vele onderfcheidene foorten van Boomen
begunfligd heeft Laat ons dit Werk
nu befluiten; mijne Taak is hier afgedaan.—
Wij kunnen längs dezen Weg naar huis komen.
V. /Langs, dezen krommen Weg? .
A . Men komt zeker längs eenen regten
Weg het fpoedigst op de begeerde pjaats,
maar geenszins met het meeste vermaak. Op
kronkelende . paden heeft het , oog; telkens een
afwisfelend* Tooneel, telkens _zkt .men iets
nieuws, heeft : men , iets*,verrasfends en dit
vermaakt. Men. wordt dus op eene aangename
Wijze misleid - inen ; vordert, meigr^ dan men
denkt y
denkt , zonder fteeds , met verveling , de
laats voor ‘ oogen te ' hebbgn ] ; WervyaaftS
men wandelt of reist; men komt te huis,
eer men er qm denkt, „Zpo, gaat het ons
iiu ook; waitt'zie daär reeds mijne Woning.
'J i k ' S-WEB.
7 . 1 .
'tr
'J:S"
te
ti
Y|
i
I I
I'ii I