
il!
' V . En in deze Cellen wonen de Bijen ?
A . De Bijen 'hQuden zieh tusfchen dezefc
ye' in de gangen op, daar de Gehen of tot
het yergaderen • van Houigi., of tot Nesten
yoor h®l ' Gehroedfel dienen. ,. Deze laatilej
Cellen zijn ook , van driederlei foort. De
Cellen, waarin de Eitjes gelegd tvorden^
vtit welke de Wijfjes of de Koninginnep
komen , '' onderfcheiden zich door plaatfing
en meerdere grootte, en ' die der Arbeiders
zijn de kleinfte van alien. In twee of drie
dagen komen de Eitjes uit, en de Werkbijeni
yoederen die kleine Maden msl: bljzon-,
dere‘ Pap; na zeyen of acht dagen bereiden
zij zich tot den Poppenftaat, en veertien
dagen daarna . kom.en zij als volkomene Bljep
■yoor den dag.
- y . Blijven alle Yeze Bijen in denzelfden korf?
A . Neen, dan zou die Maatfchappij fpoe- '
dig : veel . te, groot worden, daar het Wijfje
wel in eenen : Zomer tusfchen de dertig en
yeertigduizend Eijeren legt. Er ontftaat eindelijk
-in den Korf eene oproeiige beweging^
cn het te talrijk gezelfchap ; fcheidt zich van
elkander af, zoo dat -het. jonge ..Gebroedfel
onder het geleide van eene Koningin eene
jiieuwe Volkphntiiig opftgij ©*
Zwermen noemt.
V , ' Hoe, loopt het piet Y e Bijen Jn den
■IVinter a ff
f l A,.Do-
HOKZELS. HOMMELS. WESPEN. AM
A. De meeste Mannetjes fterven’. na dat
■aij 'de ■ Koningin bevrucht hebben ; doch
z ij, die overblijven, worden tegen den Win-
ier door de Werkbijen -aangevallen en. ge-
Yobd, daar zij nu volftrekt niitteiooze en
'zelfs fchadelijke leden ;in . Ye Maatfchappij
-zouden .zijn,. -Bij Yrenge Winterkoude krui-
tpen de Bijen in den Korf, digt bij elkander
.cn vallen in ..eenen yeiYoofden ftaat; dock
■bij. gematigd weé-r blijven zij in bevceging.,
en tasten den opgelegden Honig aan.
. V . -Gij hebt .mij Yoor zoo veel fdioons
-te leeren ten uiterften aan U verpligt! Hoe vele
fporen van de onpeilbare Magt en A¥ijsheid
van den .Heer .der Wereld hebt gij mij aangewezen;!
V-/;;;. •! ' « ’
A . Nog .cen woord van de Horzek ^
Hammels en Wespen , die meest in- onze'
-Landdepartementcn voorkomen. De ■ eerfte
hebben een groot Ligcltaam met eqnen angel,
fel van ' fteek. AVeinige kunnen een Paard
woedende maken. De Hommels zijn korter
maar dikker, -zwaar van gebrom, talrijker
dan ,de IJorzels, doch minder dau de„^ Wespen.
De nesten der Hommels in den grond ,
die der Wespen in de takken der Boomen,
en der liorzels aan de balken der Schuren
.gemaakt, de beide laatfte van binnen voorzien
met Celletj.es, verdienen mede uwe aandacht.
. X 4 V . Ea
»