
!
t ?
(1-
tÌ
42S ¿ A A D H U I S J ES.
der nette Meetkunst; zij vertoonen otitelbare
aardige gedaanten. > Dezen zijn bewaard in
icharen, gelijk aan die der Kreeften, eenigen ^
zijn open, en'fommigen naauwkeurig gedekt of
.gefloten., i Deze Zaden liggen ..afgezonderd,
elk Zaadje « alleen ; genen bij ■ elkander, of
.. wonderbaar fraai in vakjes, uit vliesjes gemaakt,.
geheeb of;'bij: deelen .»van elkander gefcheiden.
Gij zult wel doen, .wanneer gij in
uwen iTuin; of door de Velden wandelt, zoo
wel . op .. de .L'uats., .waar : de Zaden aan de
Planten zitten,©als op de 'wijze, hoe ag
/ bewaard worden, acht te geven.
- -I , V .; 7 Zoudt gij mij hier, van nog niet eenige
aanwijzingen kunnen doen? ...
A- ..Let dan, hoe deze Zaadpitten in eene -
fraaije geregelde orde, in eenen vasten ftand,
. in ' de Zonnebloem ftaan ; hoe zij in die '
. Goudsbloemen, Tulpen, Aurikula’s en Papa-
vers liggen... ; ..Wandelendc kunt gij "met wei-
jiig moeite.-, in " vele bloemen dit nagaan,
Wanneer de Zaden beginnen te .rijpen, wordt
het tijd aan deze bijzondere taak te.beginnen,
çn door het verrukkend gezigt vau .de Almagtige
en Wijze zorgendie- zoo verfchillend
en echter zoo behoedzaaif, ten aanzien van
de in flandhouding der Planten, gedragen
zÿn, zu’t gij tot dit onderzoek uitgelokt
worden. In ,’t Bihenkruid zult glj zien,
hoe kuuflig . eu zorgYukiig de Zaadjes gedekt .
ZijUl
ZA A D H U I S JE S."
¿Ün ; in ’t Epdobium ■' hirfutam \ hoe dg
Wind de fierlijk daar in gefchikte ' Zaden uit
den ,kelk haalt en verltrooit; in I t Geranium
ftriatum, hoe het Zaad als door Spriugve-i
ren .weggeworpen wordt; in Jen Egelsklaauw
hoe behoedzaam dè Zaden eerst verborgen en
bewaard zijn ,■ en , jijp geworden, door droogte
of vochtigheid ' los gemaakt' cn geftrooid
worden. \ ' -
V. Mijn " onderzoek zal zich zeker hier
bij bepalen. Dan, mij dunkt de Zaden vallen
zeer fijn? 'X .- '
A. Worden niet dikwerf uit de kleinfte
beginfelen de grootfte zaken geboren? De
kleinheid der Zaden vras een gevolg van derzel-
ver menigVuldigheid, . als mede van de zwakheid
veler Planten, ' die ze vobrtbrenteu, voeden
cn dragen moeten. ' Ploe klein ook de Za-
den zijn, ' zij ' bevatten echter alles, wat zìj
behoeven, en brengen dezelfde Plant of Boom
voort, waarvan zij ontftaan zijn;. zoodat
van een Eikel in den tijd van honderd'jaren
éen’ Boom gegroeid is vau vijfiuaal honderd
cn vierentwintig duizend ponden!-'"Welk:
eene geweldige zwaarte ! Plet Zaad-van "Va*
ren, in Huisjes opgefloten, en. Onder het
kleinfte te teilen , brengt eene piant voort, die
naar evenredigheid nog veel grooter is. De
Zaadjes' van Mosch en Schimmel gaan dezeri
en anderen in kleinheid verre te boven.
'■ .V, En