
„ A . Deze is voor drie of vierhonderd jaren
door de Türken., uit Afrika naar Europa
overgebragt, en ,wordt hier menigvuldig op
losfe Zand- en afgebrande Heide. en Veengronden
verbouwd.
V . Hebben wij meer uitlandfche Gewas*
■fen? , ■ ■ ■ ,
Wij hebben er meer, dan gij weet:
want de meeste Granén, Vruchtboomen en
Keukengewasfen zijn- van wärmere:Luchtftreken,
hier ingevoerd. Peren-, Appel-, Perfik-,
jAbrikoos-, Kerfen-en Pruimenboomen hebben
,wij ; alie uit Azie ■ ontvangen. Turkije en
Italie hebben ons vele Moeskruiden verfchafti
- V . Mijn eog valt op dat fraaije Bloemt-
Je, ’ t welk in dezen Korenakker groeit, —
Hoe komt het hier? *
•A. Nooit wordt het hier gezaaid, en
echter altijd gevonden ; het bekoort niet
flechts het oog, maar deszelfs Vrucht wordt
ook fterk gezocht: want het is de Aarda-
k e r , wraarvan duizenden ponden hier verkocht
tn verzonden worden.
V . Wat flingert zich op die Heuveltjes
om Stokken? .
A . Het is de die voornamelijk
"in fommige Dorpen der Betuwe, in de,Meijerij
van ’s Hertogenbosch en in Drenthe
'verbouwd wordt. Dc Ranken., die hoog
riondom de Stokken oploopen, geven de zoo
gegenoemde
' Bellen , zijnde de Bloemen van dit '
Gewas, die voor onze Bierbronwerijen van
eenen zoo uitnemenden dienst zijn, en eenen
aangenamen' fmaak aan dezen zoö gezondeifc
drank bijzetten. In het Voorjaar gebruikt
men de talrijke uitfpruitfels dezer Plant als
Sala, welke Hopjala in dien tijd, wanneer
de Kropfala op den konden grond nog niet
gereed i s , ■ zoo wel voor fmakelijk als aller-
gezondst gehouden wordt.
V . Hebt gij ook niet van de Meekrap,
gefproken?
A . Deze, op de vette gronden van Zeeland
meest verbouwd wordende en rijke inkomften
opleverende Plant, geeft eene zoö
fterke roode verw, dat de beenderen der
daar mede gevoede Di^en rood worden*
V. W a t ' heeft er op dien Akker geftaan?
Ai KooU o f ’t welk eeneil
¿waren Kleigrond bemint, en voornamelijk
in Zeeland, Groningerland en Vriesland ge-
leeld wordt. Het is een voortreffelijk Ge*
w a s , dat den Landman, bijzonder in deze
tijden, waarin de Traan zoo,hoog in prijs
is , groot voordeel aanbrengt, doordien de
uit dit Zaad geperfte Olie tot het branden
in de Lamp, tot het maken van Zeep, tot
het bereiden van Pleisters, tot onderhond
onzer zingcnde Vogeltjes , en vqor den ge-
.- t lh a mee*
t MI I ,
ft:;' ■ :W
■Ki/L 5,
l l 1
/ I t!
Í' 1
f
'f e