
 
		verfchillende  dieren  ingelegd  ,  of  gefneden  met  
 eene  foort  van  fries,  dieren  en  vogelen  verwonende, 
   tot  fieraad.  Hun  ander  huis-gereedfchap  
 beflaat  meest  uit  vierkante o f langwerpige  emmers  
 o f  bakken  ,  om  water  en  andere  dingen  te  be-  
 waaren  ,  ronde  houten  koppen  en  bakken  ,  en  
 kleine  ondiepe  houten  bakken  ,  omtrent  twee  
 voeten  lang,  waaruit  zij  eeten,  gelijk  ook  manden  
 van  teenen,  en  zakken  van  matten  en  diergelijke. 
   Hun  visch-tuig  en  andere  dingen  liggen  
 o f hangen  in  verfchillende  gedeelten  van  het  huis,  
 doch  zonder  de  minfle  orde  ,  zoo  dat  alles  een  
 volkoomen  toneel  van  verwarring  is,  en  de  eenig-  
 fle  plaatfen  ,  daar  niets  overhoop  lig t ,  zijn  de  
 flaapbanken  ,  waarop  niets  ligt  dan  de  matten,  
 die  ook  zindelijker  en  fijner  zijn  dan  die  zij  gemeenlijk  
 in  hunne  vaartuigen  hebben  om  op  te  
 zitten. 
 De  vuiligheid  en  flank  is  in  hunne  huizen  niet  
 minder  dan  de  verwarring;  want,  gelijk zij  hunne  
 visch  binnens  huis  droogen,  kaaken  zij  die  ook  
 aldaar,  en  het  grom  en  de  beenderen  en  (lukk 
 en ,  die  zij  bij  hunne  maaltijden  wegwerpen,  
 benevens  nog  andere  foort  van  vuiligheid  ,  liggen  
 overal  op  hoopen,  en  worden  ,  geloof  ik,  
 nooit  weggedraagen,  tot  dat  die  misthoopen  zoo  
 groot  worden  dat  zij  ongemaklijk  worden  om  ’er  
 Over  te  flappen.  In  één  woord,  htinne  huizen