vorderde en het wel flaagen van de reis van de
naarftigheid en fpoed in het volvoeren van ieder
zijn taak afhing. Hier van daan kwam het dat
’er geene tochtjens noch te water noch te land
ondernoomen wierden. En alzoo wij in eene
bogt aan een eiland lagen, zagen wij in de bos-
fchen geene andere leevende dieren dan twee o f
drie rakoons, marters en inkhoorns. Sommige
van ons volk, die op eenen dag op het vast land
bij de zuid-oost-zijde van den mond van het
Kanaal aan land gongen, zagen egter het fpoor
van een’ beer aan het ftrand. Het bericht dat
wij van de viervoetige dieren geeven kunnen, is
dan ontleend van de vellen, welke de inboorlingen
te koop bragten, en deeze waren dikwijls
zoo verminkt met opzigt tot de kenmerkende dee-
len, gelijk de klaauwen, flaerten en koppen, dat
het onmogelijk was zelfs maar te raaden naar de
dieren, welken zij toebehoord hadden ; fchoon
andere wederom zoo' volledig waren, of, ten min •
Hen, zoo wel bekend, dat ’er geene reden was
om ’er aan te twijfelen.
Van deeze waren de gemeenfle beeren., her-
. ten, vosfen en wolven. De beeren-vellen waren
veelvuldig , weinige waren zeer groot, maar,
over het algemeen, van eene blinkende zwarte
kleur. De harten - vellen waren fcbaarfcher, en
zij fchijnen tot die foort te behooren, die door
de
de befchrijvers van Carolina Damhert genoemd
is, fchoon de Heer p e n n a n t meent dat
het eene geheel onderfcheiden foort is van de
onze, en dezelve met den naam van Virginisch
Hert onderfcheidt ( f ) . De vosfen zijn zeer menigvuldig
en van veelvuldige verfcheidenheden; fom-
mige vellen van deeze dieren waren geel met eene
zwarte tip aah den ftaert, andere van eén donker
of roodachtig geel , met zwart vermengd , en
eene derde foort van eene witachtige graauwe
kleur o f aschgraauw, ook met zwart vermengd.
Ons volk was gewoon de vellen zonder onder-
fcheid vosfen- o f wolven - vellen te noemen, als
zij zoo verminkt waren dat ’er reden was om
’er aan te twijfelen. Maar eindelijk kreegen
wij een geheel wolfs-vel met den kop ’er aan,
en het was graauw. Behalven de gemeene foort
van huis-marter is hier ook de bosch- marter,
en nog een ander, welkers vel ligter bruin van
kleur is dan de twee voorige met grover hair;
maar deeze is zoo gemeen niet, en is misfchien
flechts enkel eene verfcheidenheid, van den ouderdom
of van de eene o f andere toevallige omftan-
digheid afhangende. De hermelijn wordt hier
ook gevonden, maar hij is zeldzaam en klein;
ook
(* ) LAWSON dl B.HlCKgLL,
G. FÖRSTER.
( f ) P e n n a n t Hiß. e f Quadr. Pol. I. N . 4 6. en ar$.
Zool. N . 6.
c 3 -