én in eene evenwijdige rigting met hec zee-ftrand
gelegd* wanheer een van de priefters, aan des-
zelfs voeten ftaande, een lang gebed uitfprak,
waarin hij van tijd tot tijd door de andefe verzeld
wierd, terwijl elk eene bos roode vederen in zijne
hand hield. Onder dit gebed wierd *er enig haif
uit het hoofd van het flagtoffer geplukt en zijn
flinker oog wierd uitgeftooken * welke beiden itl
een groen blad gewonden aan otoo wierdett
aangeboden. Hij raakte het egter niet aan, maaf
gaf den man, die het hem aanbood, de bos vederen*
die hij van t owha ontvangen had;
Deeze wierd met het hair en het oog naar de priefters
terug gebragt. Kort daarop zond hun o t oO
een ander ftuk vederen, dat hij mij ’s morgens ge-
geeven had, om het in mijn zak te bewaaren*
Oeduurende deeze laatfte plechtigheid maakte een
ijsvogel enig gedruis in de boomen, wanneer
otoo zig tot mij keerde en zeide* Dett is de
Eatoocty terwijl hij het als een goed voorteken
fcheen te befchouwen*
Toen wierd het lijk een klein eind wegs voort-
gedraagen, met het hoofd naar de mor a t, en
vervolgens onder een* boom geplaatst* bij welke
drie breede dunne Hukken hout* verfchillend *
maar ruuw, befneden, in den grond geftooken
waren. De bondels doek wierden in de mor ai
gelegd, en de bosfen roode vederen aan de voeten
van het flagtoffer, om welk dé priefters zig
D a plaat