
 
		zondere  éigenfchap  toefchrijven  van  hen  blank  te  
 maaken.  Zij  fpreeken  ook  als  of  hunne  zwaarlijvigheid  
 en  kleur op  andere  tijden  van  hun  voed-  
 zel  af bange,  alzoo  zij,  naar  de  verandering  der  
 jaargetijden,  op  verfchillende  tijden  verfchillende  
 foorten  van  voedzel  moeten  gebruiken. 
 Hun  gewoon  voedzel  beflaat  voor  ten  minflen  
 negen  tienden  uit  fpijzen  uit  het  planten-rijk,  
 hetwelk  ,  en  bijzonder  de  mahee  ,  of  gegiste  
 brood-vrugt,  die  op  bijna  alle maaltijden  koomt,  
 eene  aanmerklijke  uitwerking  op  hen  heeft,  open  
 lijf  houdt,  en  eene  merklijke  frisheid  bij  hen  
 voortbrengt  ,  die  bij  ons  ,  die  dierlijke  fpijzen  
 gebruikten,  niet  kon  befpeurd  worden;  en  mis-  
 fchien  is  het  aan  deeze maatige  levenswijze  toete-  
 fchrijyen  dat  ’er  zoo  weinige  ziekten  onder  hen  
 gevonden  worden. 
 Zij  tellen  Hechts  vijf of zes^zielsten,  die  volksziekten  
 kunnen  genoemd  worden  ,  onder  welke  
 de  waterzugt  en  de  f t fa i ,  of  de  weeke  gezwellen, 
   die  wij  reeds  gezegd  hebben  dat  op  Tonga-  
 taboo  gemeen  zijn.  Maar  dit  was  zoo  voor  de  
 aankomst  van  de  Europeaanen,  want  wij  hebben  
 bij  deeze  korte  lijst  nog  eene  ziekte gevoegd,  die  
 dè  plaats  van  alle  de  andere  rijklijk  vervult  en  
 die  nu  bijna  algemeen  is.  Voor  deeze  fchijnen  
 zij  geen  geneesmiddel  te  hebben.  De  priesters  
 geeven  hun  fomcijds  wel  een  mengzel  van  kruiden; 
   maar  zij  bekennen  dat het nimmer  geneest, 
 en 
 en  egter  beweeren  zij  dat,  in  enige  weinige  gevallen, 
   de natuur,  zonder  hulp  van  eenen  geneesmeester, 
   het  vergift  van  deeze noodlottige  kwaal  
 uitroeit,  en  dat  ’er  eene  volkoomen  geneezing  
 volgt.  Zij  zeggen  dat,  als  een man  ’er  mede  be-  
 fmet  is,  hij  die  dikwijls  aan  andere  in  hetzelfde  
 huis  zal  mededeelen,  door  met  hun  uit  dezelfde  
 fchotels  te  eeten,  of  dezelve  te  behandelen,  en  
 dat  deeze  fomtijds  fterven  terwijl  hij  geneest,  
 fchoon wij  geene  reden  zien  hoe  dit zoude  kunnen  
 gebeuren. 
 Hun  gedrag  bij  alle  gelegenheden  fchijnt eene  
 zeer  groote  openhartigheid  en  edelmoedigheid  te  
 kennen  te  geeven.  Omai ,  die  men  zoude  kunnen  
 onderflellen  dat  hunne  gebreken  eerder  zoude  
 hebben  willen  verbergen  ,  heeft  ons  egter  
 dikwijls  gezegd  dat  zij  fomtijds  wreed  zijn  in  
 het  flraffen  van  hunne  vijanden;  volgens  hem  pijnigen  
 zij  dezelve  zeer  koelbloedig  ,  dan  kleine  
 ftukjens  vleesch  van  verfchillende  deelen  van  hun  
 lighaam  affcheurende,  dan  hunne  oogen  uitllee-  
 kende,  op  andere  tijden  hunne  neuzen affnijden-  
 de,  en hen  eindelijk  doodende  door hun  den  buik  
 open  te  fnijden.  Maar  dit  gebeurt Hechts  bij  bijzondere  
 gelegenheden.  Zoo  vrolijkheid  eene  bewustheid  
 van  onfchuld  té kennen  geeft,  zou men  
 denken  dat  hun  leven  zelden  door  misdaaden  bevlekt  
 wordt.  Dit  fchrijf  ik  egter  eer  toe  aan  hun  
 gevoel,  dat,  fchoon  levendig  en Herk,  egter  niet  
 P  3  ,  lang