
 
		Niets  kon  ons,  bij  onze  aankomst  alhier,  op  
 het  eerfle  gezigt,  flerker  treffen  dan  het  aanmerk-  
 Jijk  verfchil  tusfchen  de  fterke  geflake  en  de  donkere  
 kleur  van  het  volk  van  Tongataboo  en  eene  
 foort  van  tederheid  en  witheid,  die  de  inwoo-  
 neren  van  Otahiti  onderfcheidt.  Het  leed  zelfs  
 enigen  tijd  voor  dat  verfchil  de  fchaal  ten  voor-  
 deele  van  de  Ocahitiers  konde  overhaaien,  en  
 dan  misfchien  nog  alleen  omdat  wij  aan  hun  gewoon  
 wierden,  en  de  hoedanigheden  ,  die  ons  
 in  de  andere  behaagd  hadden,  uit  ons  geheugen  
 begonnen  gewischt  te  worden.  Hunne  vrouwen  
 troffen  ons  egter,  als  in  alle  opzigten  den  voor*  
 rang  verdienende  ,  en  als  alle  die  tedere  kenmerken  
 bezittende,  die  haar  in  veele  landen  van  
 de  andere  fexe  onderfcheiden.  De  baard,  welken  
 de  mannen  alhier  lang  draagen,  en  het  hair,  
 dat  niet  zoo  kort  wordt  afgefneden  als  de  manier  
 op  Tongataboo  i s ,  maakte  ook  een  groot  verfchil, 
   en  wij  konden  ons  niet  onthouden  van  te  
 denken dat  zij,  bij  alle  gelegenheden,  eenen  groo-  
 ter  graad  van  befchroomdheid  en  ligtvaerdigheid  
 lieten  blijken.  De  welgefpierde  gefteldheid,  bij 
 de 
 water  ak  de  ftoffen  in  den  grond  in  de  nabuurfchap  naauw  
 keuriger  te  onderzoeken;  misfchien  zou  men  daar  uit  iets  
 omtrent  de  fermeering  van  het  eiland  hebben  kunnen  be-  
 Hui ten. 
 de Vrienden-Eilanders  zoo  gemeen,  ef»  die  een  
 gevolg  fchijnt  van  hunne  gewoonheid  aan  veele  
 lighaamsbeweegingen,  is  hier weg,  daar  de  groo-  
 tere  vrugtbaarheid  van  het  land  de  inwooneren  
 in  flaat  fielt  om  een  luier  leven  te  leiden,  en  der-,  
 zelver  plaats  is  vervuld  door  eene  vetheid  en  gladheid  
 van  huid,  die,  fchoon misfchien meer over-  
 eenkomflig  met  onze  denkbeelden  van  fchoon1-  
 heid,  indedaad  niet  voordeelig  is,  alzoo  zij  ver-  
 zeld  fchijnt  van  eene  foort  van  flapheid  in  alle  
 hunne  beweegingen  ,  die  bij  de  andere  niet  gezien  
 wordt.  Deeze  waarneeming  wordt  volkoo-  
 men  bevestigd  in  hun  worflelen  en  vuist-vegten,  
 dat  weinig  beter  naam  verdient  dan  de  zwakke  
 poogingen van  kinderen,  vergeleken  met de  flerk-  
 te ,  waarmede  deeze  oefeningen  op  de Vrienden-  
 Eilanden  gefchieden. 
 Naardien  perfoonlijke  begaafdheden  onder  hen,  
 in  groote  achting  zijn  ,  neemen  zij  hunne  toe-  
 vlugt  tot  verfcheiden  middelen  om  dezelve,  over-  
 eenkomflig  hunne denkbeelden  van  fchoonheid,  te  
 verbeteren.  Zij  hebben  dan  ook  eene  gewoonte,  
 die  voornamelijk  onder  de  Erreoes  ,  of  ongetrouwde  
 mannen  van  enigen  rang,  in  zwang  is,  
 van  eene  bewerking  te  ondergaan  om  zig fraai  te  
 maaken.  Dit  gefchiedt  door  een  paar  maanden  
 in  huis  te  blijven  ,  geduurende  welken  tijd  zij  
 eene  groote  menigte  klederen  draagen  en  niets  
 eeten  dan  broodvrugt,  aan  welke  zij  eene  bij- 
 P  a  zon