
was tamelijk-goed onderhouden, doch de negorij inuutte noch
door netheid van huizen en wegen noch door geregelden
aanleg uit.
De ingezetenen van L ilib o o i zijn voor een deel heidensch
gebleven. Immers niet lang geleden zag men hier nog een5
h e ilig e n s te e n , en nog heden wordt er een klein vernist
houten afgodsbeeld, waarbij zieh ook een goudeu ketting
(rante), gouden ringen en edelgesteenten ( in ta n g - in ta n g ) be-
vinden, in een vernist ledikant bewaard. Ter hoofdplaats
Amboina vernam ik , dat er, zoo te L i l ib o o i , als in de
nabijgelegen negorij A lan g , ook Afgodshuisjes gestaan hadden,
die nog niet lang geleden op hooger5 last waren afgebroken.
Deze tempeltjes droegen den Alfoerschen naam van B o em a -
K ak eh an of K a k e h a n - h u i s , welke naam het op het eiland
Ceram bestaande geh eim e b o n d g e n o o ts c h a p tebinnenbrengt,
dat als het K a k e h a n -v e rb o n d (1) bekend staat, en waarover
ik later gelegenheid zal hebben iets meer te zeggen. Men sprak
mij ook van het huis, waar de geheime chef of priester P a t t i -
h en a (ook Maoen of Amaöpen genoemd) of de leider van den
Alfoerschen of heidenschen cnltus woonde. Niemand echter der
ingezetenen wilde mij het huis van dezen chef, een5 Christen
van L ilib o o i, wijzen, en die het misschien wel wilden, durfden
het n ie t,u it vrees voor den P a t t i - h e n a of h e n a n g , die zieh
met zijnen aanhang zeer waarschijnlijk op den onvoorzigtigen
aanbrenger zou weten te wreken. - Beter slaagde ik te A lan g ,
alwaar ik met behulp van een5 der dorpelingen de woonplaats
van den P a t t i - l i e n a ontdekte. Ik ging er dadelijk binnen,
doch vond het huis ledig en blijkbaar nog pas en in overhaas-
ting verlaten. Ik doorzocht alle vertrekken, en zag eindelijk
in een achtervertrek eene oude vrouw, die deerlijk door
de p a tte k -z ie k te geteisterd werd, op den grond liggen (2).
(1) De Hoe of geheime genootschappen der Chinezen hehben met de K akehan
in b e d o e lin g , schoon niet in den v o rm , welligt eenige punten van overeenkomst.
(2) De P a t t e k - of P a tek -z iek te is eene vreeselijke kwaal in de Molukkos,
en bestaat in eene soort van kwaadaardige pokken (tja tje r ), die soms over het
Mijne navragen aan de kranke vrouw, wier aangezigt geheel
verwond en misvormd was, doch overigens niet zeer verzwakt
scheen te zijn, waren vruchteloos. Zij wist niet (zeide ze)
waar de P a t t i—hdna was, doch blijkbaar wilde ze voor de
waarheid niet uitkomen. In den namiddag en des avonds ging
ik nog eens het huis binnen, doch de P a t t i - h e n a hield
zieh schuil. Alleenlijk vernam i k , dat er ergens in de nabijgelegen
wildernis een nieuwe Boema— kak eh an was opgerigt
ter vervanging van het afgodshuisje, dat in de negorij gestaan
had en afgebroken was. — Dat ook sommige Muhamedaansche
negorijen den voorouderlijken Alfoerschen cultus niet vergeten
hebben, leert ons de met ruim 500 zielen bevolkte Muhamedaansche
negorij M o re lla , aan de noordkust van H ito e in
de afdeeling H ila , alwaar men ook een Roema—k akehan en
een5 P a t t i - h e n a aantreft.
Van L ilib o o i vertrok ik , doch nu over land, - en aanhou-
dend längs de zuidkust der Buitenbaai en al meer en meer hare
uitmonding of ingang naderende, — naar de zoo even genoemde
groote en vrij—geregeld-aangelegde inlandsche Christen—negorij
A la n g , die door een5 O ra n g -k a y a bestuurd wordt. De
gemeente alhier bestaat uit 971 zielen, waaronder 326 lede-
maten en 440 kinderen. ' Ik vond er een vrij-goede kerk en
twee goede schoollokalen. Ik de eerste school waren 107 leer-
lingen en in de tweede school 105.
De weg van L ilib o o i naar Alang loopt over vele steile
met bosch en kreupelhout begroeide heuvelen. Ik maakte dien
weg natuurlijk niet te paard, (daar men alleen ter hoofdplaats
Amboina enkele paarden heeft, en overigens in geheel de «
residentie Amboina vergeefs naar paarden uitziet,) maar
in een5 draagstoel, doch ging van tijd tot tijd te voet, om
gansche ligehaam uitbreken en meermalen doodelijk zijn. In bijkans alle negorijen
vond ik zulke lijders, en vooral onder de kinderen. De ziekte dagteekent van
den tijd der Portugezen, en ik meen dat ze ook K e - s a k i c t - a n -b o b a of
»Boba-ziekte” heet.