
Al de overige inventaris, zeide men, was verbrand of met liet
schip in de diepte verzonken. Officieren en manschappen hadden
alles verloren, en misten zelfs liet noodige ! Ik zag er tegen op
om den lieer w iP F i te ontmoeten, en toch kaastte ik mij om bij
liem te zijn. In het huis van den Gezaghebber of Kommandant
van T o n se a te Kema vond ik hem eenzaam in zijn kamer
z itten, diep bedroefd en troosteloos. Zwijgend dxukte ik hem
de liand, en eerbiedigde de zoo wettige en zoo natuurlijke
smart, waaronder hij gebukt ging. Toen hij wat bedaarder was
geworden, vernam ik van zijne lippen, en later ook van die
der officieren , de volgende bijzonderheden:
// De korvet S um a tr a was op een’ kruistogt, eenige dagen
voor den noodlottigen 16clen Mei, van Amboina te Kema
gekomen en op de buitenreede van Kema geankerd. In den
morgen van den 15a™ had de Kommandant zijn voorneroen te
keimen gegeven, om tegen den avond van dien dag ten 5 of
6 uren naar Am b o in a terug te zeilen, en inmiddels aan twee
zijner officieren verlof gegund om een uitstapje naar den water-
val van Tondano te doen, met last om voor zons-ondergang
weder aan boord te zijn. De avond viel, doch de beide heeren
waren nog niet terug. Ongeveer ten 6 uren echter kwamen ze
aan boord, en verontschuldigden zieh wegens hunne lange afwe-
zigheid, onder verklaring, dat hunne rijdpaarden op den terug-
weg zoo vermoeid waren geworden, dat ze niet anders dan
stapvoets hadden willen loopen. Nu achtte de Kommandant,
daar het te laat geworden was om nog anker te ligten, het
beter om zijn vertrek tot den volgenden morgen t e . verschuiven.
Hij gaf dus last, om het kanon voor het ochtend-schot ten
5 uren van den volgenden morgen te laden, en om tegen
dat uur tevens anker te winden. Daarop ging alles aan boord
ter rust, met uitzondering natuurlijk van den wachthebbenden
officier en der mariniers en matrozen der nachtwacht. Den
volgenden morgen ongeveer ten 4 uren, of tegen het einde der
zoogenaamde H o n d e nw a c h t, rook de schildwacht, die aan het
gangboord stond, een sterke Drandlucht, welke uit de bottelarij
scheen voort te komen. Bluks waarschuwde hij den schip-
per en de wachtliebbende matrozen, - het luik werd geopend,
en de vlammen sloegen omlioog!... Weldra waren de Kommandant
en de officieren eil de gansche equipage in de weer om
den brand te blusschen, doch alle pogingeu bleveu vruchteloos.
Oogenblikkelijk werd de S in te B a rb a ra (la S a in te Barbe)
geopend, en het in koperen kistjes besloten kruid over boord
geworpen. Na weinige uren viel reeds de achtermast, die
benedendeks was afgebraud, met vreeselijk geweld over boord,
en lekten de vlammen alras met bare vurige tongen staggen
en touwen, masten en zeilen! De bvand was overal, eu het
schip was verloren!... Toen men hiervau de treurige overtui-
ging bekomen had, en het ook niet mogelijk was om het
wegens de hitte nog langer aan boord uit te houden, was men
op eigen redding bedacht en besloot men het schip te veilaten.
Met de barkas en sloepen der S um a tra en eenige praauweu
van Kema werd de equipage, met de wapenen en wat er nog
in der liaast te redden viel, ontscheept. De Kommandant bleef
het langst aan boord, eu de officieren hadden alle moeite om
den diep-bedroefden en radeloozen man te bewegen, dat hij het
brandende vaartuig, waarvan de kanonnen reeds gloeiden en dat
elk oogenblik dreigde te zinken, toch verlaten zou. Aan land
gekomen, bleven allen naar de ougelukkige korvet onafgebroken
turen. Het werd intussclien twee uren in den middag, en het
d?k van het voorschip, dat nog door het vuur gespaard was,
werd uu ook aangetast, terwijl het achterschip begon te zinken.
Het kanon, dat voor het morgenschot geladen, maar natuurlijk
niet was afgeschoten, werd door de wilde vlammen gegrepen,
en ongeveer ten 3 uren bulderde dit kanon, nu rood en gloeijend
geworden, van zelfs zijn laatste schot, en op dien eigen oogenblik
zonk de korvet kantelend en waggelend in de diepte neder! ” . . .
De luitenant ter zee van den rampspoedigen bodem, de lieer
Jhr. d e s t u e r s , had aan land nog even tijd gevonden , om eene
scliets van liet brandend schip te nemeii, en zijne voortreffelijke
teekeuing stelde de korvet voor juist op het oogenblik, dat het