
P a s s ir — p o e tie , en de bergen Soedara of de Twee Gebroeders
in bet noord-oosten, — en aan bakboord het eiland Balaba lagan
of de kleine Paternoster-eilanden, gepasseerd, zagen weldra den
vlaggestok en het oude fort van T an aw an k o , en lieten ein-
delijk op 22 Junij het anker vallen op de reede van M en ad o ,
welke plaats, naar men weet, even als Kema aan de n. o. zijde
van C e leb e s, in 1848 tot vrijhaven verklaard is.
Ongeveer een half n ur, nadat we geankerd waren, ging ik
van boord, en bevond mij ten 4 uren in den iniddag in de
kotta—Menado, hoofdplaats der im 1683 door iiobbert padden-
BURß onderworpen, en met 95,544 zielen bevolkte, residentie:
MENADO.
Menado ligt op 1° 27' Noorder-breedte en 24“ 38' lengte,
aan de zee van Celebes en B o rn eo , — welke zee ook wel,
naar de Soeloe-eilanden, die tegen over Menado gelegen zijn,
de Soeloe-zee genoemd wordt. De residentie heeft eene opper-
vlakte van 125 Q mijlen, en behoort 'sedert 1683, even als
de residentien T e rn a te en B an d a , administratief tot het Gouvernement
der Molukken. Ze is in 5 afdeelingen gesplitst,
t. w. Menado, Kema, Am o e ran g , Tondano en Be lang.
Eerstgemelde staat dadelijk onder den resident, en over de 4
overigen zijn opzieners aangesteld. De 5 afdeelingen zijn in 29
distrikten of b a lk e n (b a lo k , balk) gesubdivideerd, welker
hoofden weleer K a p a la -b a lo k of Balk heetten. Onder de
opzieners staan eenige inlandsche Hoofden, die den titel voeren
van Majoors of Hoofden der distrikten, terwijl de Hoofden
van dorpen den titel hebben van H o ek om , die weder onder-
scheiden worden in H o ek om -to e a (o u d ste of e e rste Hoekom)
en gewone Hoekom's. Bij afwezen van den Hoekom
wordt de negorij bestuurd door den plaatsvervanger of Hoe-
k om -k e d o e a (tweeden Hoekom). Enkele H o ek om ’s dragen
den titel van H o e k om -b e s ä r of g ro o te n Hoekom.
Doch ik moet nog niet over het inwendige der residentie
spreken. Ik ben pas aan wal en heb nog een enkel woord
van de baai en reede van Menado te zeggen. Aan den noord-
westelijken hoek dezer baai liggen 6 eilanden, als: M en ad o -
to e a , B o e n a k e n , M a n trä o , S ila d in g , N a in -b e s a r en
N a in - k i t j i l . M e n a d o -to e a of o u d -M en ad o is een enkele
gelsoleerde berg, die zieh 2631 voeten hoog uit zee verheft.
Eertijds zou dit berg-eiland, nog vdör dat het tegenwoordige
Menado bevolkt. werd, door menschen bewoond geweest zijn;
doch thans is het alleen door eene ontelbare menigte van apen
hevolkt, die zieh, nadat de menschen verhuisd waren, het
absoluut en onbetwist gebied er over hebben aangematigd.
De reede van Menado heeft een’ vrij-steil afloopenden zand-
grond, zoodat de schepen, ten anker gaande, ook altijd aan den
wal moeten m e e ren , of, met andere woorden: een’ tros moeten
uithrengen en dezen aan een op het strand vastliggend anker
bevestigen. De kapitein van onzen steamer liet, bij het naderen
der reede, 30 vademen ketting staken, en stoomde toen lang-
zaam met slepende ketting door, tot dat het anker in den
schuins-oploopenden bodem der baai van zelfs vatte, en het
schip juist voor het, in 1673 gestichte en in 1703 met een’
ringmuur omgeven, doch in 1855 afgebrande, fort Am ste rdam
stil lag. Dadelijk werd er toen een aan het achterschip
vastgemaakte tros aan den wal gebragt, om te beletten, dat
het vaartuig door den landwind, die des avonds opsteekt, zou
afdrijven, in welk geval het anker om de opgegeven reden
slippen zou. In de oostmoesson is de reede veilig, maar in de
westmoesson zijn de b a ra ts (westelijke buijen met hevige rol-
lingen der zee) zeer gevaarlijk, en gaan de schepen te Kema
ten anker, welke plaats aan de oostzijde der residentie door de
Moluksche zee bespoeld wordt. Bij het binnenkomen der baai
van Menado zagen we, behalve enkele schepen en kleinere
vaartuigen, het wrak van een kustvaartuig, Menado genaamd,
hetwelk alhier in de jongste westmoesson van zijne ankers ge-
slagen en verbrijzeld was.
Uit zee gezien, heeft de kotta Menado geen aangenaam