
bezoclit worden, zicli maar weinige uren ophouden. Gebrek aan
tijd alzoo belette mij er iets degelijks of belangrijks te verrigten,
of zelfs er inaar iets meer te doen, dan er in de dagen der
Oost-Indische Kompagnie de Predikanten van T e rn a te (1)
deden, die zieh gewoonlijk op hunne bezoekreizen, zoo te
S a n g ie r als op andere Moluksche eilanden en kusten, slechts
bepaalden tot het opnemen van het, aantal zielen der gemeente
en van dat der leerlingen op de sc'nolen, eu tot het doopen
der kinderen en het bedienen van het Avondmaal. Wat men
hiertoe betrekkelijk vermeld vindt, heeft uit het oogpuiit der
s t a t i s t i e k zijne waarde, en komt op het volgende neder.
De Predikant 3. m o n t a n e s (van Te rn a te ) bezocht. de Sa l i gi
er-eilanden in 1674 , - de Predikant is, p e e e g e in it s (van
T e rn a te ) in 1675, - de Predikant c. d e leetjw (van Terna te )
in 1683 , - de Predikant g e l l iu s cammiga (van T e rn a te ) in
1689, —, zoo mede omstreeks dezen tijd de Predikant van T e rn
a te D. v a n Ak e n , - en in 1705, de Predikant van T e rn a te
A. b e a n d s . Van al deze leeraars was de Predikant d e l e euw
de eenige, die de Sangiersche taal geleerd h ad , en er gevolge-
lijk het meeste nut heeft knnnen stichten. Naar de bevinding
van den Predikant p e k e g e in ü s en zijne ambtgenooten, waren
er in 1675 op het eiland T a g u la n d a of P a u g é s a r é , in de-
negorij, T a g u la n d a , 80 Ohristenen, en werd de met 50 leerlingen
bevolkte school door een’ Go eroe bestuurd. In het
bestaande kerkgebouw werden 15 volwassenen gedoopt. In
1677 was de school van kampong T a g u la n d a slechts bevolkt
met 22 leerlingen, doch was er een tweede Christen-kampong
gesticht, die Menog (Menanga) genoemd wordt, en toen
reeds in het bezit was van een kerkgebouw en een’ Go eroe.
In beide kampongs werden 73 kinderen gedoopt. In 1689
waren er in T a g u la n d a 117 schoberen, en in Menanga 40.
Elke kampong had ook hären Go eroe.
(1 j De Sangier-eilanden behoorden vroeger tot T e r n a t e , doch ziju bij
Regeringsbesloit van 9 Junij 1825 bij M en ad o gevoegd.
De negorijen T a ro en a en Taboekan hadden in 1675 elk
hare kerk en hären Go e ro e , en telden in hare scholen eene
gezamentlijke bevolking van 95 leerlingen. Er werden in dat
jaar 45 kinderen gedoopt.
Taboekan had in 1690 bene school met 40 schoberen.
ln 1677 had de kampong K a lo n g a n een kerkgebouw en
een’ G o e ro e , en telde de bevolking harer school , te zamen
met die van T a ro en a , 150 leerlingen. Te T a ro en a werden
toen 50 kinderen en 8 bejaarden, en te K a lo n g an 18 kinderen
en 20 bejaarden gedoopt. - Op het eiland San g ie r was in
dit jaar een krankbezoeker werkzaam.
In 1689 waren er in de negorij Oeloe 1 meester en 70
schoberen; - in de negorij Ondong 1 meester en 40 schoberen;
- in de negorij P éh é 1 meester en 80 schoberen, - en
in de negorij Léhi 1 meester en 40 schoberen. In ditzelfde
jaar (1689) had T a ro en a 60 schoolkinderen, en K a lo n g an 20.
De negorij Tamako had toen 200 Christen-ingezetenen met
eèn’ Goeroe en 40 schoberen; - de negorij K an d ah a r of
K an d a r 40 schoberen en een kerkgebouw, - en de negorij
M an g a n ito e 50 schoberen.
In 1690 werden voor kampong M a ttan e 13 schoberen en
1 meester opgegeven, en voor kampong Mànalonko 15
schoberen- en almede ' 1 meester.
In 1695 waren er op T ag u lan d a 1,764 Christenen, 3 Goe-
ro e ’s , 2 kerken, 2 scholen en 148 schoberen. Het getal
ledematen beliep toen 53. In ditzelfde jaar waren er op
Siauw 3,934 Christenen, (waaronder 14 ledematen), 4 mees-
ters, 4 kerken,' en 4 scholen met 263 schoberen.
In 1705 vond de Predikant a . b e a n d s van T e rn a te öp
het eiland T á g u la n d a : in kampong T a g u la n d a 1,590 Christenen,
(waaronder 18 ledematen), en in kampong Menanga
320 Christenen. De beide scholen telden eene gezamentlijke
bevolking van 150 schoberen. Te Siauw vond hij 1,450
Christenen, en in kampong O e lo e , op dit eiland, 150 schoberen.
Te Ondong vond hij 492 Christenen en 65 schoberen;