
uitstrekt en door de groote eil bevaarbare rivier E o ew a tta
doorsneden wordt. (1)
In de afdeeling W a h a a i, welke liegen Alfoersche fiegent-
schappen telt en in het fort O v e r b ü rg ter hoofdplaats van den-
zeltden naam (Wabaai) eene militaire bezetting heeft, was in
de jäten 1845 en 1846 wijlen den zendeling-leeraar j e l l e sm a
ter bekeering der Alfoeren aan de I s a l, (naar ik rneen, tusschen
de baaijen H a to ew i en S a low a a i,) werkzaam. Na zijn vertrek
is die Missie-post niet weder bezet geworden.
Tegen den avond van denzelfden dag waren we te Amahev,
de laatste Christen-negorij op Ceram, terug, en stoomden we
den 20st™ November naar de negorij Sepa. Deze negorij telt
ongeveer 1,000 zielen, gedeeltelijk Heidenen en gedeeltelijk
Muhamedanen. De Alfoersche Eadja van Sepa had een’ ouden
paars-fluweelen rok aan, die aan de opslagen en kraag rijk met
zilver was geborduurd, en aan den tijd van Lodewijk XIV
denken deed. Bij dezen rok droeg Inj een’ rood-katoenen pau-
talon, en op het hoofd een rood-lakensche muts of fez met
drie opstaande tippen of punten. Hoe vreemd en zonderling dit
kostuum ook wäre, paste het echter niet onaardig bij zijn
kloeke gestalte en goed voorkomen. Althans zag hij er veel
beter u it, dan de kleine magere Eadja van S a h o e la u , dien
we te E lp a p o e ti als gast aan onze tafel hadden. Ook zijn
(1) Het eiland Ce ram is rijk in rivieren, als onder aiíderen de A y e r -m é r a
(rood water), of ook M o o r d e n a a r s - r iv ie r genoemd, die aan de westknst bij de
dessa A y e r -m é r a in zee vloeit en welker wateren in de west-moesäon ro od , doch
in de oost-moessonhelder zijn; - de B e r io c , T a la , l i a , A s s e lla , P o e t i ,.E p e ,
E r i, S a lla , E n a -E n a , K i lm o e r i , Gaa of Góa, Waroe, S a r issa , B o a s, en
de A y e r—m â s in (goud—rivier), die aan den N. O. hoek nitvloeit en hare oeversdoor
den K a s u a r is -b o om belommerd ziet; — de E t ty , de S a p o e léw a en de A y e r -
mauwen of Priester-rivier, waarvan hooger reeds gesproken is; — de O e la t , de
k a l i—A la ije en de A b o e n , die van C e ram ’s westzijde in bet noorden des eilands
in zee uitvloeijen; — de B o b o l , die aan de zuidkust met 2 armen in zee valt; -
de B o b a t , die zieh in de baai van T p e lo e t i uitstort, de B e r a n , A s s a h o e d i’,
A ta a uw , A tam o , Xlia, enz. In eenige dezer rivieren houden zieh krokodilleu en
leguanen op, en aan hare mondingen azen de d o e jo n g s of zeekoeijen.
buis zcg er veel beter u i t , dan gewoonlijk bij de Alfoersche
Hoofden het geval is.
De Gouverneur der Molukkos, wiens prächtig kabinet van
conchylien ik zoo menigmaal bewonderd heb, en die op deze
reis längs G e ram ’s zuidkust reeds in menige negorij zeldzame
scbelpen gekocht had, had ook te Sepa gelegenheid om zijn
kabinet met eenige schoone exemplaren, als de m o n n ik sk a p ,
de w e n te ltr a p en anderen, te verrijken. Gelijk bekend is,
vindt men längs de gansche zuidkust van Ce ram , en zoo ook
längs de stranden en op de banken der eilanden in de Molukkos,
een aantal conchylien van meerdere of mindere waarde,
en meer dan eens werden mij door de Eegenten en Meesters
kleine kollektien ten geschenke gegeven. Die kollektien nam
ik echter niet verder mede dan tot B a to e -g a d ja , waar ze,
voor zoo veel er gewilde exemplaren bij waren, in het kabinet
van den heer v i s s e u , wien ik ze zoo gaarne aanbood, een
plaatsje mogten vinden.
Van Sepa stoomden we nog in den avond van den 2Ost™
naar T am a lo uw , welke plaats eene Muhamedaansche bevolking
heeft van ongeveer 40.0 zielen. Des anderen daags gingen we
aan wa.l, en deden, met onze som b re ro ’s of Panama-hoeden
op het hoofd, eene wandeling door de zonnige kampong. Huizen
en wegen en tuintjes zagen er goed en net u it, maar vooral
trok de Muhamedaansche tempel of Missighiet onze aandacht.
Het steenen gebouw was geheel gepleisterd en goed-aangewit,
en scheen even als de gansche negorij op het bezoek van den
Gouverneur en den Assistent-Eesident, , van wier komst
trouwens overal de k a b a r of ib a r (tijding of boodschap) gebragt
was, - bepaaldelijk te rekenen.
Na een paar uren toevens stoomden we naar Hai j a , welke
plaats eene bevolking heeft van ongeveer 800 Muhamedanen.
De negorij is ordelijk en goed aangelegd, en we zagen zinde-
lijke voetpaden en goede huizen. De M is s ig h ie t van Ha ija