
OPGAYE EN YOLGORDE DER PLATEN
IN HET TVVEEDE DEEL.
1 . OUDE VORSTELIJKE GRAVEN BIJ DE NEgorij
b im a .....................................................tegenover bladz. 24.
2. DE HANGENDE BAMBOE-BRUG OP DEN WEG
VAN TONDANO NAAR MENADO........................ 1/ i/ 37
3. NEGORIJ EN MEER TONDANO............................ II „ 42
4 . TERNATE......................................................................... II ,n 77
5. DE VALLEI VAN BATOE-GADJA........................ ff // 139
6. ÀMBOIN A .......................................................................... ff // 141
7. RUINE EENER CHRISTEN—KERK TE SAPAROEA u „ 195
8 . DE REEDE VAN BANDA......................................... ff „ 299
NB. De plaat d e water vai, d ie r i p , voorkomende in aflev. 11,
Deel EI, behoort tegenover bl. 278 Deel 1.
ERRATUM:
Op bl. 277 reg. 2 v .o . slaat L o e h o e , lees: T oema léhoe .
MAKASSER.
Uit zee gezien heeft de stad Makasser met hare vele wit-
gepleisterde liuizen en gebouwen, groot fort aan het strand en
hooge kerk op den achtergrond, een welvarend en lagchend
voorkomen. Het was echter op de reede zoo ondragelijk-heet,
(p.m. 90 graden,) dat ik mij spoedig naar den wal liet roeijen,
alwaar ik een rijdtuig vond om mij af te halen. Deze beleefd-
heid dankte ik aan den heer vreede b ik , in 1853 Gouverneur
van Celebes en O n d e rh o o rig h e d e n , die tevens de goedheid
liad gehad om voor mij belet te vragen bij den Sekretaris van
het Gouvernement, den heer w ijne n (1853), bij wien ik gul
ontvangen werd. De groote reparatien, die aan het Gouveme-
mentshuis gedaan werden, hadden den Gouverneur verhinderd
om mij ten zijnent gastvrijheid aan te bieden.
Zoo was ik dan nu te M ak a sse r, welke stad — (in 1512
door de Portugezen, — in 1607 of reeds in 1600 door de
Nederlanders, - en in 1609 door de Engelschen (1), voor
het eerst bezocht,) - vroeger al'tijd V la a rd in g en heette en
geheel en al door een’ muur omgeven was. Trouwens die muur
(1) Na de oprigting der Engelsche O. I. Compagnie in 1600 door Koningin
ELIZABETH, kwam de Kapitein La n c a s t e r van die Compagnie in hetzelfde jaar te
A t j i n , en kort daarop te B a n t am en elders in den Indischen Archipel.
\