
la p ie ’s drangt, en uit vele op elkander gelegde couches of
lagen (soeson’s of la p ie ’s) bestaat, en beweerde hij dat men
niet zeggen moest: l i p—la p , maar l a p - l a p , als zijnde l a p - l a p
(verkort voor la p ie - la p ie ) het meervoud van lap (1). Ilet
enkelvoud lap lieeft, zeide hij, betrekking op het l e gelid der
afstamniing, en l a p - l a p of het meervoud op het 2° gelid of
de 2e afstamming en alle vordere afstamming of geslaehten.
Ik laat dit Etymologisch betoog van den linguistischen Prins
s ik o aan zijne plaats, en geef het aan de Maleische philologie
over om hierin te beslissen, doch geloof met hem dat lip geen
Maleisch is.
Weldra hadden we den Gamma—lama of den Ternataanschen
kegelberg (2) uit het oog verloren, en passeerden we weder
dezelfde eilanden, die ik op de vorige reis van T e rn a tc naar
B a tja n gezien had, ,t. w. M o e tia ra , P o tte b a k k e r of M are ,
M o tie r en M akkian, en liepen we voorbij Taw a lle i, Mandoli,
B a tjan en G r o o t - en K le in -O b y , die we in de verte in
het zonnelicht zagen blinken, benevens de Goearitji-eilanden-,
als: L a ig om a , G o e n a n g e , S ik o u , L e a l i , M is k ie n ,
Kaioh (3) en B e n tja n , welke tusschen M ak k ian en Batjan
zijn gelegen, en waarvan de drie laatstgemelde en oostelijke
eilanden bewoond, doch de 4 eerstgemelde en westelijke on-
bewoond zijn. Be wind was aanhoudend tegen en blies hard
uit het zuiden. Onze voortgang was dus gering, en, ofschoon
er 4 mijlen ,/g e lo g d ” werden, zoo was onze vaart /, over
den g ro n d ” (zoo als de Kapitein zeide) welligt geen 2 mijlen.
De P a dang liep regt tegen de geduchte waterbergen in , en
(1) Men wcet dat in het Maleisch het meervond gevormd wordt door hcrhaling
van het woord, b. v. o r a n g (een mensch) , - o r a n g - o ia n g (menschcn), - la p ie
(een mat), - l a p i e - l a p i e (matten).
(2) Vier nren van het fort O ra n je stond in vroeger jaren het fort Gammalam
a en lag de stad van dezen naam. Dit fort was in 1522 door de Portngezen
»ebonwd. De bo3schcn en tuinen, die op den Kegelbevg, waarnit T e rn a te bestaat,
welecr groeidcn, zijn bij de uitbarsting van 2 en 14 Februarij 1840 verdvvenen.
(3) De hoofdplaats van K a jb a , op bl. 97 ook K a jö a genoemd, heet eigenlijk
G o a r ip i n.
stak aanhoudend dan eens den voorsteven en dan eens den
spiegel of achtersteven hoog in de lucht. De S u lla—eilanden
met L is s im a tu la bleven ten westen buiten zigt ( I j , en het
scheen dat we S tr a a t-M a n ip a nimmer zouden halen. Wel zagen
we op den 22 Julij of den vierden dag onzer reis het eiland
Manipa voor o ns, maar het was alsof het zieh voortdurend
verwijderde, naarmate wij het trachtten te naderen. De kapitein
( p e r s i i .l e , sedert overleden,) van den Steamer was niet en b e lle
h um e u r, want de reis duurde te lang. Toen sprak ik er
van om, in stede vah S l a t - of S tr a a t-M a n ip a , de S tra a t-
K e la n g door te gaan, welke Straat ik eens met de E t na
gepasseerd was. Hij volgde dezen wenk, ofschoon hij zeide
dat hij S tr a a t-K e la n g nimmer bevaren had. Iiij beval dus
oost-zuid-oost te sturen, en nu begon het schip sneller te
loopen. Weldra bevonden we ons aan dei) Opper (zoo als de
varenslieden zeggen) van M a n ip a , en hadden dus de geweuschte
beschutting van het hooge eiland tegen wind en golven be-
reikt. En nu ook gleed het schip snel door het stille water
achter M a n ip a , en stoomde weldra met volle vaart door
S t r a a t -K e l a n g , die naauwelijks door den wind gerimpeld
werd. Intusschen begon de avond te vallen, en hadden we van
S tr a a t-K e la n g tot Ambon nog verscheidene mijlen te rnaken.
Zoo haast we ook de S tr a a t uit waren, begon het schip
weder te dansen en met wind en baren te kampen. De zui-
delijkste punt, Sihel of de drooge r ijs th o e k , van Hoewa-
mowel of Kl e in -C e r am, daagde boven den waterspiegel
op (2), doch weldra werd het geheel donker, en schitterden
er slechts enkele sterren tusschen de zwarte en gejaagde wolken
door. De kapitein, die nog eerst, gedachtig aan het Italiaan-
sche spreekwoord: r buono c an to , b u o n o v e n to ,” een paar
wijsjes gezongen en geflotea had, ging ter rust en wenschte den
(1) Op de oostkust. van B e s i, een der Sulla-eilanden, stond weleer een fortje,
K la v e r bl ad geheeten, dat in de 17^e eeuw reeds door de Nederlonders verlaten werd.
(2) Op bl. 137 is abusivelijk de naam van » D ro o g e r ijs th o ek ” aan den hoek
van A lau g gegeven.