PATATAN of P ola ta n , stadje in Oost-Indie, op het Sttndasehe eit,
Borneo, op de Noordoostkust; 8 ° 50' N. B., 135° 81' 0 . L, Men
telt er sleohts 1 0 0 huizen.
PATATAN (DE) of be P ola ta n , riv. in Oost-Indie, in het Sundasche
eil. Borneo, met eene noordwestelijke strekking in de Zee-van-
Celebes uitloopende.
PATATEN-EILAND, eil. in Oost-Indie, in den Moluksche-Archipel,
resid. Amboina, aan de noordzijde van het eil. Manipa, tegenover
eene baai.
PATEKOI, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Ja va , 'resid.
Preanger-Regentschappen.
PAl’ENTA, eil. in Oost-Indie, in den Moluksche-Archipel. Zie
B atanta.
PATERNOSTERS-EILANDEN (DE GR00TE-), ook wel enkel de in
G roote- P aternosters genaamd, groep kleine eilanden in Oost-Indie,
in de Zee-van-Java , Zuidwest van den zuidelijksten landtong van het eil.
Celebes, zieh, van 6 ° 30' tot 7° 42' Z.B. en 143° 8 6 ' tot 136° 8 6 ' 0 . L.
uitstrekkende.
Deze eilandjes zijn onbewoond en door de omliggende klippen zeer
gevaarlijk.
PATERNOSTERS-EILANDEN (DE KLEINE-), ook- wel enkel de
K leine - P aternosters en door de Maleijers P oeloe-B alabolagan genoemd,
groep van dertien eilanden in Oost-Indie, in de Straat-van-Makdssar,
W. van Kaap-William.
Zij zijn weinig boven de oppervlakte der zee verheven en bieden een
goed vaarwater aan , doch hebben eenen siechten ankergrond ; de bo-
dem levert hont op. Deze eilanden zijn oribewoond. en dienen den
Bradjoes nu en dan tot verbljjfplaatsen, wanneer zij in den omtrek op
de tripangvangst gaan.
PATERSWOLDE of P a t erw o ld e , geh. in het dingspil Noordenveld,
prov. Drenthe, arr., kant. en 4 | u. N. van Assen, gem. en J u. ten
N. van Beide, aan het Eelder-diep; met 98 h. en ongeveer 800 inw.
In de nabijheid van ditgeh. zijn onderscheidene läge veenderijen. —
Er is eene vaste bijschool met 130 kinderen.
Het is eene aangenaamc plaats, waar eenige buitengoederen worden
gevonden. In den zomer wordt zij veel bezocht door die van Groningen
, van welke stad zij op eenen afstand van ten zuiden gelegen
is. Het wandelpad derwaarts is door afwisseling zeer aangenaam en er
is goede visch te bekomen. Dit laatste heeft mogelijk in overoude
tijden de. geestelijken van Groningen tot veel bezoek uitgelokt en hierin
kan de naamsoorsprong gelegen zijn.
PATHUIS, geh. in Dieverderdingspil, prov. Drenthe, Zie P adhuis.
PATHUIS, voorm. huis in het Gooregt, prov. Groningen, arr.,
kant. en § u. 0 . van Groningen, gem. en | u. Z. van JSoorddijk,
£ u. W. ten Z. van Middelbert, in de b. Euvelgwnne.
Ter plaatse, waar het gestaan heeft, ziet men thans niets dan groen-
land. De sporen van dq grachlen om dezen burg zijn nog zigtbaar,
gelijk mede, aan onderscheidene hoogten , de plaats, waar de bürg
heeft gestaan. De daartoe behoord hebbende gronden , beslaande eene
oppervlakte van 2 £ bund., worden thans in eigendom bezeten , door den
Heer Tammo Barker en Cons., fabriekanten te Sappemeer, prov. Groningen.
PATHMOS, o o k P adbos , b u i t . i n d e h e e r l . Steenbergen, p r o v . Noord-
Braband, Vierde d i s t r . , a r r . e n 7 u . t e n W. v a n Breda, k a n t . e n
2 u. ten N. van Bergen-op-Zoom, gem. Steenbergen-en-Kruisland,
| u. Z. ten 0 . van Steenbergen.
PATJALANG , lands. in Oost-Indië, op het Sdndelhout-eiland, een
der Zuidivester-eilanden-van-Banda , aan de Noordwestkust.
PATJARON, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java , resid.
Passaroewang, 74 palen 0 . van Passaroewang, 700 palen 0 . van Batavia
, 125 palen W. van Soerabaya.
PATJE , naam, welken soinmigen wel eens geven aan de ads. resid.
P atjitaw , in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java. Zie P a t jita n .
PATIE (BATOE-PATIE) , kaap in Oost-Indie, in de Indische -Zee,
aan de Noordkust van het Sundasche eil. Sumatra.
PATJELONGAN , bosch in Oost-Indië, op het Sundasche eil. Java,
resid. Pekalongan, reg. Batang, distr. Soeba, omtrent 25 palen
0 . van Batang. — Het is 4 of 5 palen lang en men treft er meest
djatiehout aan.
PATIENTIE, chirurg. établissement in TSederlands-Guiana , kol.
Suriname, aan de Coltika, ter regterzijde in het opvaren ; palende
bovenwaarts aan de verl. plant. Goed-Succes , benedenwaarts aan de
koilijplant. Brunswijk , thans bewoond door den Chirurgijn H. R. van
N ie r o f f .
PATIENTIE, verl. kostgrond in TSederlands-Guiana, kol. Suriname,
aan de Orleanakreek , ter regterzijde in het afvaren ; palende boven-
wa’arts aan den kostgrond Liefdeshoop , benedenwaarts aan den kostgrond
La Sangsue; 280- akk. groot.
PATIENTIA (STRAAT-VAN-) of S traat- van- P a t ien tie , zeeëngte in
Oost-Indië, in den Moluksche-Archipel, tusschen Gilolo en ßatsjan.
Deze straat zoude dien. naam bekomen hebben, uit hoofde der
slroomen die dikwerf de schepen hier lang ophouden.
De doorvaart is hier naauwelijks drie Vierde mijl breed, en men is
genoodzaakt zoo digt längs Batjan te loopen , dat men elken oogen-
blik .denkt met het tuig tusschen de boomen vast te zitten.
PATJET, d. in Oost-Indië, op het Sundasche eil. Java, resid.
Preanger-Regentschappen, distr. Tjanjor.
PATIJNENBURG, voorm. lùstpl. in Del/land, prov. Zuid-Holland,
arr. en 2£ u. Z. vau ’s Gravenhage , kant,, gem. en in het d. Naaldwijk ,
tegen over de Hervormde kerk, naar de zij de van ’s Gravezande.
In eenen verleibrief van het jaar 1658 , vindt men voor het eerst
van den naam P atijnenberg gewag gemaakt. Het was een leengoed
van de Vorsten van Nassau , waarmede Maurice d’ A llart , Schildknaap ,
Luitenant-Kolonel van een vrij regement, door den Heer E. B rand ,
Stadhouder der leenen van Naaldwijk , van wege Prins F r ed e r ik H endrik ,
in 16a0 , verleid werd. JBehalve de hofstede en den daarmede ver-
bondenen grond , was er nog een ander leengoed , hetwelk later geheel
bij P atijnenburg gevoegd werd. Dit bestond uit eene laan en eenig
land, had afzonderlijke Leenheeren , en werd veel vroeger verleid.
Als oudste bezitter en Leenheer daarvan komt voor G e r r it van A ssbn-
d e lft , die het van zijne moeder Vrouwq A l eid van K ijfh o e k , had
ontvangen.
Onderscheidene personen werden achtervolgens met dit goed verleid.
P atijnenburg nam in uitgebreidheid en in aanzien toe , en was , reeds op
het einde der zeventiende eeuw , eene prächtige lustplaats.
In 1 6 8 9 , werd J ora nP a u w , Heerra« Rijnenburg enz. Meesterknaap
van Holland en West-Friesland , er bewoner van , en was tevens
bezitter van beide genoeinde leenen. Bij dezen zelfden J ohan P auw