400 r e l
uitslag en afnemfng beveiligd, Even zoo is mede, ter bcscherming van
de andere oevers en verbctering der gcmelde landpunt zelve, het land
op geregelde afwatering gebragt. Thans (1846) is men bezig met niet
ver- van hier zuidwaarts eenen kapitalen zeedijk in het Dollart-slik te
leggen en daadoor een gedcelte van dien zeeboezem in te polderen.
REID (DE) of d e N i e d o r p e r - R e i d , meertje in de Niedorper-kogge,
prov. Noord-Holland, Z. W. van het d. Nienwe-Niedorp , tusschen den
Kostverloren-, den Leijer- en den Oude-Niedorper-polder.
REID (DE) of d e W in k e l d e r - R e id , meertje in de Niedorper-kogge, in
den W inkel-polder, prov. Noord-Holland, gem. IVinkel.
Dit water is waarschijnlijk gegraven , toen de West-Friesche zeedijk
is aangelegd.
REIDERLAND , voorm. landstreek len 0 . van de p r o Groningen,
waarvan dat gedeeltc, hetwelk tot die prov. behoorde , thans in den
Dollart verzwolgen i s . Zie D o l l a r t .
REIDERWOLDE, voorm. d., ten 0 . van de prov. Groningen, dat
bij den watervloed van het jaar 1277 is overstroomd geworden, en
waarvan het grondgebied thans door de wateren van den Dollart over-
spoeld wordt.
Het lag tusschen de Ee en de Tjamme en was het grootste en rijkste
van al de dorpen uit dien oord, gelijkende meer naar eene dettige
koopslsd , dan naar-een dorp , en was, wegens zijnen rijkdom, groot-
heid en het getal der aldaar staande adellijke huizen alom vermaard.
Er waren twee kerken, waarvan de eene een kapittel van Kanunniken had.
' REID1EP, water, prov. Groningen. Zie R e it d ie p .
REIDLAND, buurs. in Hunsingo, prov. Groningen , arr. en 4 u.
"W. Z. W. van Appingedam, kant. en 1 £ u. Z. van Onderdendam, gem.
Sedum, onder welk dorp het behoort.
REIDLANDSTER-WEG (DE), weg in H u n s in g o prov. Groningen,
in eene zuidelijke rigting loopende van Bedum naar Zuidwolde.— Deze
weg is schouwhaar onder het Winsumer- en Sc.haphalster-zijlvest.
REIDT , geh. in.de Meijerij van ’s Hertogenbosch, prov. Noord-
Braband. Zie R eyd.
REIDWIJCK, militaire post in Nederlands-Guiana , kol. Suriname,
aan de PericakreeJc. •
REIGERIJ (DE) of d e R i jg e r i j , plaats in Staats-Vlaanderen, in het
Overambacht-van-Axel, prov. Zeeland, arr. en 7 u. 0 . van Goes, kant.
en 2 u. Z. 0 . van Axel , distr. en 2 u. Z. W. van Hul st , gem. en
§ u. N. van de Koewacht.
Aldaar heeft een sedert jaren uitgeroeid bosch gestaan , door eene
menigte van reigers bewoond, welke aan dat oord den naam van R e ig e r i j
bebben gegeven.— Thans Staat er een huis, bewoond door 4 huisgez.
en 9 zielen (1 ).
REIGERSBERGEN, buit. in Rijnland, prov. Zuid-Holland, arr.,
kant. en § u. N. 0 . van ’s Gravenliage, gem. Wassenaar-en-Zuidmjk,
H u. Z. van Wassenaar, aan- den straatweg van Leyden op ’s Gra-
venbage.
Deze buit. beslaat, met de daartoe behoorende gronden , eene op-
pervlakte van 27 bund. 96 v. r. 94 v. eil., en wordt thans in eigendom
bezeten door den Heer Mr. H. J o c h eb s , woonachtig te s Gravenhage.
REIGERSBERGSCHE-POLDER (DE), pold. in het eil. Zuid-Beve-
land, prov.- Zeeland, an?., kant. en distr. Goes, gedeeltelijk gem.
(1) Door dit art. v om it dat van BySeiuj , b l. 418 van het 11 Deel dezes wcrlii.
R E I. 40,1
Rillmul-en-Maire, gedceltolijk gem. Fört-Bath-e-n-Bath, waarvan de
scheiding door de Zuidkreeh bepaald wordt. In het eerste en grootste
gedeelte ligt het geh. R i l l a n d , 13 boerderijen of kofsteden en een
afzonderlijk liggende herberg, terwijl door het westelijk gedeelte daar-
van het Vi n k e n e s s e g a t loopt, dat de scheiding der heerl. Maire
uitmaakt. In het tweede gedeelte ligt het F o r t -Ba t h , met de omlig-
gende werken, eene groote boerdenj of hofstede en drie afzonderlijk tegen
den dijk liggende huizen , waaronder een houten , zijnde de Do u a n e ,
buiten hot fort tegen den d'jk Dus in het gebeel het F o r t - B a t h met
h et, geh. Ri l l and, 14 hofsteden en 4 afzonderlijk liggende huizen.
Deze pold., de oostelijkste en vruchtbaarste van Zuid-Bevelaod , paalt
-N. en 0 . aan het verdronken land van Zuid-Beveland, Z. aan deschorren
tegen de Wester-Schelde, W. aan den Maire-polder en aan den Stroo-
dorpe-polder. Hij beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
1363 bünd. 36 v. r. 14 v. eil., waaronder 943 bund. 41 v. r. 14 v. ellz
sebotbaar land, en werd in het jaar 177.3 bedijkt. Het grootste gedeelt#
der daartoe gebruikt wordende dijkwerkers bestond in Oost-Friezen ,
■en deze sloegen , wegens den hoogen prijs der levensmiddelen , in de
maand Junij onverwacht aan het muiten. Een twaalftal krijgslieden ,
afgezohden om de rust te hersteilen, kon onder het steeds aangroei-
jend getal van misnoegden niets uitrigten. Het oproer werd nu zelfs
heviger, de afgezondenen werden overweldigd en ontwapend, en om
erger gevolgen te voorkomen , moest grootere magt ontwikkeld worden.
Weldra daagden öok intusschen uit Bergen-op-Zoom honderd
en vijftig man op , wier vaste houding nu ras den opstaod dempte.
De belbamels werden gevangen genomen en de vierschaar over hen
ge&pannen. De voomaamste oproermaker, op een daartoe in den polder
opgerigt schavot, onder de galg gegeeseld en voorts met onge-
veer drie honderd anderen, onder bedekking van krijgsvolk, te scheep
naar Oost-Friesland terug gezonden. Men waagde het nogtans niet
de krijgsbenden te doen aftrekken , voor dat het werk in den herfst
gelukkig veltooid was. — Het polderbestuur bestaat uit eenen üijk-
graaf, drie Gezworenen en eenen Penningmeester.
REIGERSBOSCHJ of R eigersbroek , oud lusth. der Heeren van Ak-
stee , in Amstelland, prov. Noord-Holland, arr. en u. Z. van
Amsterdam , kant. Nieuwer-Amstel, 2 u. N. 0 . van Amstelveen,
gem. Ouder-Amstel.
In den zoen der Heeren van A mstel met F loris V , Graaf van Holland,
hebben zij dit huis aan hem opgedragen.
Toen J an I I , Graaf van Holland, de heerl. van Amstel en Woerden
aan zijnen broeder G üido van A vennes , den twee en veertigsten
Bisscbop van Utrecht, in leen gaf, behield hij het R eigersboscr , be-
nevens de manschap aldaar, wel uitdrukkelijk voor zieh, waarom dan
ook de Graven alhier eenen ambtenaar hadden , onder de benaming van
Meester of Bewaarder van den Reigersbosche. Dit ambt werd , volgens de
oude rekeningen der huishouding van Graaf A lbrechi van Beijeren , in
1370 , bediend bij W illem van Mijnden, mede Baljuw van Gooiland,
en in 1378 en eenige navolgende , bij J an van A ssendelet Bartoots-
zoon , doch hoe lang deze bediening geduurd heeft of wanneer zij is
te niet geloopen, wordt niet gevonden , mogelijk wel met het verwoes-
ten van dit R eigersboscr , waarvan de tijd van ondergang mede niet
gevonden wordt, waarom sonimigen meenen , dat zulks in den zwaren
watervloed van 1421 zoude geschied zijn, waai'door vcle landen en
dijken zijn overstroomd en verzwolgen.
IX. Deel. 26