P o l a n c n , H o u t r i j k , Ho f - amb a c h t en Spa ar ne woude. Deze
waren eeriijds gehoefdslaagd op den Spaarndamschen dijk, en ver-
pligt dien te maken , hcrstellen en onderhoiiden , volgens twee handfesten
, gcgeven in 140 » , door M a r g a r e t h a t a n C i e v e , Hertogin
weduwe van A i b r e c h t v a n B e i j e r e n , eir door zijnen zoon, Hertog
W i l l e « v a n B e i j e r e n . Hierover vonden zieh deze anibachten nader-
liand bezwaard, zoodat zij, omtrent 1557, de Ingelanden van R ijn -
l a n d in regten betrokken en eischten, dat deze, gemeenerhand,
morgen morgens gelijk, den dijk zouden onderhouden en bij door-
braak herstellen. Waartegen de Ingelanden van R i j n l a n d , aan hun-
nen kant , groote sonumen gelds eischten, welke zij zeiden teil be-
hoeve dezer ambachten, bij leening, te hebben uitgegeven. Dit proces
werd , toen het voor den Hoogen Raad van Mechelen hing , bij overeen-
komst afgedaan, in het jaar 1 »44 , inet eenige voordeelen voor de am-
bachlen. In 1393, is er een nader verdrag aangegaan, tusschen Hoog-
Heemraden en Hoofd-Ingelanden van R i j n l a n d , en de Ingelanden der ambachten
van S l o o t e n en Slootej 'di jk. Bij deze overeenkomst heeft
bet gemeene land van R i j n l a n d den dijk overgenomen ter lengte van
zes honderd roeden , gelyk zulks van andere dykpligtigen te voren mede
geschied was. Hier tegen zouden de Ingelanden van Slooten en Sloo-
terdijk gelden in alle omslagen en onkoslen , die over het gemeene land
van R i j n l a n d vallen. Alles evenwel onverminderd het regt van de am-
bachtsheerlijkheid, en onder beding, Dijkgraaf en Hoog-Heemraden geen
regtsgebied zouden oefenen , dan in zaken , welke het heemraadschap
en waterschap betroffen, volgens hunne Privilegien en geregtigheden.
_ De ambachten, polders en landen , welke oudtijds op den IJssel
uitwaterden, verkregen naderhand verlof van Dijkgraaf, Hoog-Heemraden
en Hoofd-Ingelanden, om op R ijn la n d te mögen uitwateren.
Deze verandering ontstond , omdat het bed van den IJssel zoo hoog
gerezen was, dat deze landen hun polderwater op die rivier niet kon-
den uitloozcn. Voor deze vergunning onderwierpen zij zieh aan het
gezag van Dijkgraaf en Hoogheemraden. De voornaamste dezer landen
zijn : ’s Gravenhage , de ' Vog e l e nza ng , ß o d e g r a v e n ,
L i n s c h o t e n , Ka t t enb roe k, Rapi jnen, IJsselveld, het Oost-
en We s t e i nd e van Wa a r d e r , Di eme rbroek, K l e i n -Heke n -
d o r p , Gr a a uwk o o p , Ka l v e r e n b r o e k , Ba rwo u t swa a r d
e r , Kromwi jk, B u ll e wi j k , Bak k e n e s s e en meer anderen, te
veel om op te noemen ; Re euwi jk, de Temp el , Sluipwi jk en
de Br oekve l de n van Zwammerdam, hebben voormaals mede
niet onder het hoogbeemraadschap behoord.
Onderscheidene ambachten zijn er , welke aan het hoogheemraad-
schap van Rijnland geen morgengelden betalen en echter onder zijn gezag
staan. Hier onder worden geteld het gedeelte der ambachten van Ku-
d e l s t a a r t , Ka l s l a g e n , Nieuwveen en Z e v e n h o v e n , dat aan de
Rjjnlandsche zijde van de waterkeering , tusschen dit hoogheemraadschap
en dat van Amslelland , gelegen is. Aan het zelfde regtsgebied zijn ook
onderworpen hetambacht van Zu i d - W a d d i j n x v e e n , hoewel het ge-
becl op S c hi e l and uitwatert; het ambacht van Zegwa a r d , dat voor
een gedeelte op De l f l a n d en S c h i e l a n d uitwatert, de ambachten
van Zo et e rme e r en Wass e na a r, welke mede ten deele hunne uitwa-
tering op Delfland hebben. Dijkgraaf en Hoogheemraden van Delfland
en Schieland onlvangen hier alleen het Delflandsehe sluisgeld of bet
Schielandsche-Kralingen oorlgcld , niet welke namen deze jaarlijksche
omslagen van die bijzondere collegicn genoemd worden.
Het wapen van R ijn la n d bestaat in een veld van goud, met eenen
staande leeuw van keel (rood), het schild gehouden wordende door
twee halve arenden , ieder gedekt met eene keizerlijke kroon.
RIJNLAND , dek. in het aartspr. van IIolland-en-Zeeland, voor
het grootste gedeelte prov. Zuid-IIolland, en voor een klein gedeelte
ook prov. Jfoord-Holland.
Dit dek. bestaat uit de volgende dertig statien, als: Aa r l a n d e r v
e e n , Alphen, Groenendi jk, Ha z e r swo u d e , Hoogmade^
K o u d e k e r k , L a n g c r - A a r - e n - K o r t e r - A a r , de H. Pet
r u s - t e -Leyde n ; de H. J o z e f - t e -Le y den , 0. L. V. van
O n t v a n g e n i s - t e - L e y d e n , de H. D o m i n i c u s - t e - L e y d e n ,
de H. L o d o v i c u s - t e - L e y d e n , de H. H. Ma r i a - e n - P a n -
c r a t i u s - t e - L e y d e n , L c y d s c b e n d am- e n -V e u r , Ni eu w-
koop, Nooddorp, No o r d e n , Oe g s t g e e s t , Ou d -A a , Rand
e n b u r g , R o el o fs - A r e n d s - ve e n , R i j n z a t e rwo u d e , Rijp-
we t e r ing , S o e t erm e e r , S o e t e rwo u d e , S t o m p w i j k , Voor-
bü r g , V o o r s c b o t e n , W a r m o n d en Ze y e n h o v e n , welke
ieder eene kerk hebben en door dertig Pastoors en twaalf ^Kapellaans
bediend worden. Voorts heeft men er eene bijkerk en drie kapellen.
Men telt er 33,000 zielen en ruim 21,800 Communikanten. Ook is
in dit dek., te Ra twi j k-aan-den-Ri j n , in 1831 eene inrigting
voor middelbaar onderwijs en opvoeding door den Bisschop van C o r io «
gevestigd. Eindelijk vindt men te Warmond een seminarie der Hol-
landsche zending, waarin door zeven Professoren onderwijs wordt ge-
geven aan de kweekelingen tot het priesterschap in die zending.
RIJNLANDSCHE-DROOGTE , bij de inlanders K arang- T alan g, droogte
in Oost-lndie, in de Zee-van-Java, op de Reede-van-Batavia.
Op den noordoosthoek van deze droogte staat op het midden , op
eene diepte van tien voet, een wit kruis, dat twaalf voet boven ge-
middeld hoog water uitsteekt.
RIJNLANDSCHE-SLAPERDIJK (DE), dijk in Rijnland, prov. Noord-
Holland, zieh in eene noordwestelijke rigting van Sparendam , längs
Akendam en de gem. Velzen , naar de Zaudpoort loopende, en eene
lengte van 600 roeden (2260 eil.) hebbende.
Deze dijk is in 1612 aangelegd , om Rijnland tegen het door het
1J indringende water van de Zuiderzee te beveiligen. Van de zij den
van Amsterdam ontmoette dit werk eenen aanmcrkelijken tegenstand,
daar de Regering dier stad beducht was, dat, indien het water door
dezen dijk opgehouden werd, daardoor hare stad, bij hooge vloeden ,
meer overlast en nadeel zoude lijden. Dit verschil hing onderscheidene
jaren , tot eindelijk, in 162 6 , een accoord werd getroffen, waar-
bij de bepaalde hoogte van dezen dijk werd vastgesteld, hetwelk nog
door latere overeenkomsten is bevesligd geworden , volgens welke de
hoogte des dijks overeenkomt met vier voet vier duim. Rijnlands
(1,36 ell.) boven A. P. Deze dijk heeft eene tainelijke breedte en
eene flaauwe glooijing.
Voor eenige jaren is den binnenberm van dezen dijk tot straatweg
aangelegd , waarop een tolhek is geplaatst.
Bij Sterken was van het water in het IJ liep bij vroeger gemeen-
lijk over, zoo als onder anderen het geval was in den nacht tusschen
14 en 18 November 1778, toen het, met eene geweldige storting
, welke des morgens omtrent half vijf ure begon en tot dat de
eb was ingevallon , aanhield, over den dijk heensloeg, waardoor
alle landen en polders, in de nabuurschap van Amsterdam en Haarlem ,