PANKA, P o e i . o e - P a k k a , klein eil. in Oost-Indie, in de Indische-Zee ,
aan de Westkust van het Sundasche eil. Sumatra 18° N. B., 116°
21" 0. L.
PANKAL , eil; in Oost-Indie, in de Indische-Zee, aan de Westkust
van het Sundasche eil. Sumatra, rcsid. Ayer-Bangies.
PANKALA , kaap in Oost-Indie , in de Zee-van-Java , aan de Noord-
kust van het Sundasche eil. Java , resid. Rembang.
PANKALJANE of P a n kal.ien a , ook wel P a n k a d jen a gespeld, lands,
in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes, op de zuidwestelijke
landtong van de Parapíica-baai. Met is een der landschappen van Bad-
joekelce.
PANRALJANE of P a n k a l jen ä , ook wel P a n k a d jen a gespeld , vroeger
fort in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes, lands. Pankaljana.
Dit fort werd den 19 September 1824 , door de Boniers, met groote
overmagt, aangevallen. Be tweede Luitenant G r u n ew a l d , die er bevel
voerde, verdedigde zieh een paar uren manmoedig tegen den wo erdenden
aanval des vijands. Door een toeval vatte zijn kruidmagazijntjc
vuur , waardoor. deze post geheel vermeid werd. De resident B aron
alleen had het gelnk aan de woede der Boniers teonlsnappen; de ove-
rige , vielen onder den moorddolk.
PANKAKOLLANG, sterkte in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Sumatra
, gouv. Sumatra’s- Westkust, res. Padangsche-Bovenlanden.
In het laalst der maand September 1835 werd deze sterkte, door
de onzen , onder "het bevel van den Kolonel E lout , stormenderhand
ingenomen, wqarby do Eerste Lnitenant K a r e l R ie t v e l d , door een ge-
weerscbot zoo doodelijk getroffen werd, dat hij , eenige dagen daarna,
aan de gevolgen overleed.
PANKO, k»ap in Oost-Indie, in de Zee-van-Java, aan den noordoost-
hoek van het Sundasche eil. Java, resid. Bcsoeki, ads. re£. Banjoewang.
PANKOEK, uitgebreide boerenhofstede in Fivelgo, prov. Groningen,
arr., kant. en 1¿ u. N. ten W. van Appingedam, gem. en J u. W. ten
Z. van Bierum, 10 min. Z. ten 0. van Godlinze,,waartoe zij behoort.
Deze hofstede beslaat, met de daartoe behoorende gronden, eene
oppervlakte van 39 bund. 13 v. r. 70 v. ell., en wordt tbans in eigen-
dom bezeten door den Heer A. H. Bos, woonachtig te Godlinze.
PANKGLANG, oud d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. J a va ,
resid. en reg. Clieribon, distr. Gebong.
PANKOLÄNG, oud d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java,
resid. Preanger-Regentschappen ,, reg. Sumadang, Z. van Indramayoe.
PANNAKEKE, kast. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes.
Zie P a n a k o k e .
PANNANRIEWAN, bosch in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java,
resid. Tagal.
PANNAN-SIE-LOENJOOP, vogelnestklip in Oost-Indie, op het Sundasche
eil. Balie-Kambang, in de Teroesan.
PANNEKOEK (DE), onbehuisde polJ., prov. Noord-Braband, Tweede
distr., arr. ’s Hertogenbosch, kant. Heusden, gem. Werkendam ; palende
N, 0 . en Z. aan de grienden van den Hardenhoek; W. aan het Gat-
ten-Oosten-vau-de-Catharina plaat.
Deze pold., welke vermoedelijk in 1813 bedijkt is“, beslaat, volgens
het kadaster met de kaden , eene oppervlakte van 2 bund. 50 v. r.
40 ell., en wordt, aan de zuidoostzijde, door eenen houten duiker,
wijd 0,55 ell., voorzien van eene klep , op de kreek, ten zuiden van
het poldertje, van het overtpllige water ontlast. Het zomerpeil is 0,50 ell.
boven A. P. De hooglc der dijken is 2,05 ell. bovenA.P. Hy wordt
bestuurd door den eigenaar. .
PANNEKOEK (DE), geh. in het Jr esterkwarher, prov. Groningen,
arr. en I 1 u. 0 . van Groningen, kant. en 1 u. Z. 0 . van Zuidhorn,
gem. en 1 o. Z. van Aduard, i u. Z. Z. 0 . van Leegemeeden, waartoe
het behoort, aan het Irekdiep van Groningen naar Slroobos; met 3 h.
en 2 0 inw. .
Het ontleent zijnen naa'm van eene herberg of kroeg, welke er hij twee
andere herbergen, de Pof f e r t en de Mee l p u i l , gevonden wordt.
PANNEKOEKEN (PE) , landstreek , prov. Friesland, kw. Westergoof
griet. Wonseradeel, ten Z. 0 . van het d, Witmarsum.
PANNEKOKAN, kast. in. Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes.
Zie P a n a k o k e .
PANNEN-HU1S (HET), herberg en vroeger-ook boerderij in Staats-
Vlaanderen, prov. Zeeland, arr. en 4 u. Z. van Middelburg, kant.
en 2 u. 0 . van Oostburg, gem. IJzendijke, op den zuidelijken dijk
van den Dierentijd-polder. Men rijdt er veeltijds längs van Oostburg
naar Hoofdplaat.
PANNEN-HUIS (HET), voorm. buiteng. indebar . van Breda, prov.
Noord-Braband, arr. en 1 u. N. van Breda, kant., gem. en £ u. W.
van Oo&terhout,
Ter plaatse, waar het gestaan heeft, ziet men thans eene herberg.
PANNEN-LAND, duinvallei in het balj. van Brederode, prov. Noord-
Holland, arr. en kant. Haarlem, gedeeltelijk gem. Bloemendaal-Tet-
terode-Aalbertsberg-en-de-Vogelenzang, gedeeltelijk gem. Zandvoort,
J n. Z. W. van Overveen en 1 u. Z. 0 . van Zandvoort.
D e z e duinvallei beslaat eene oppervlakte van 11 bund. 27 v. r. 38 v.. ell.,
waarvan 3 bund. 3 v. r. weiland.
PANNE-POLDER (DE ZQUTE-), pold. in Staats-Vlaanderen, prov.
Zeeland. Zie Z o u t e - P a n n p - f o l d e r .
PANNERDEN, gem., prov. Gelderland, arr, Arnhem, kant. Zeve-
naar, distr. Doesborgh-en-Zevenaar (5 k. d., 16 m, k., 10 s. d.); palende
N. aan den Oude-Rijn , 0 . aan Herwen-en-Aerdt ,■ Z. aan de
Waal, thans veelal de Boven-Ryn genoemd, W. aan het Pannerden-
sche-kanaal.
Deze gem. bevat niets dan het d. Pa n n e r d e n , de Pa n n e r d e n -
s c h e - w a a r d , de Lobbe rden en bet geh, Ruf w aa rd . Dit lqafc-
ste , meestal Ky f w a a r d genoemd, en vroeger eene geheele vrije bezit-
ting van het huis B uland , is , ten gevolge van art. 25 der acte van het
Weener congres, ten jare 1816 tot dit Rijk en by de kadastrale in-
deelingin 1836. tot dezegemeente overgegaan. De gem. beslaat, volgens
het kadaster, dene oppervlakte van 970 bund. l . v . r. 83 v. ell.j telt
109 h., bewoond door 127 huisgez., uitma-kende eene bevolking van
770 inw., die. meest hun bestaan vinden in landbouw en veeteelt. Ook
vindt men hier . verschillende zieh meer byzonder op ondcrnemmgen
van openbare werken, handelen fabrijken toeleggende person en ; teraanleiding
schijnt daarin gelegen te zijn, dat vele ingezetenen, tot de
uitvoering van rivier en andere kunstwerken , door den Waterstaat ge-
bezigd worden. Een niet minder aanzienlijk gedeelte der arbeidende
klasse zockt zijn bestaan in het vervoer te water van hout en andere
materialen; maar vooral in het baggeren en wasschen van riviergrind
voor wegen en andere werken, die zelfs naar de provincien Zeeland,