tip van de Staart , voegt zyn Ed. ’er thans
b y , dat die ongevind z y , ’t welk van de ui-
terfte punt alleen verftaan fchynt te moeten
worden: anders zou het Staart-end van onderen
gevind zyn, gelyk men te vooren gezegd hadt.
Dit Stuk is my egter wal; duider, dewyl zyn
Ed. nog getuigt, dat de Aarsvin, over de ge-
heele langte van den gekielden Buik, uitloopt
tot aan loet end van de Staart. Die Vin is lyn-
regt} ongewapend, haar begin neemende een
weinig agter de uitpuiling van den Buik, en'
met Beentjes voorzien, die niet fcherp z y n ,
als eene Wolligheid uitfteekende door den Rand
van het Vinvlies. Thans bepaalt zyn Ed, niet,
dat deze Beentjes ontelbaar zyn wegens de dikte
van dat Vlies ( * ) , maar laat derzelver getal in
’t onzekere ( f ) . Eerft hadt zyn Ed. vermoed,
o f uit de gaatjes van het V e l, door welken een
Olieagtige o f Slymefige dof lekt, ook de Elek-
trikaale Werkingen van deezen Vifch voortko.
men mogten ( § ) : naderhand dagt h y , o f • de
Tepeltjes , by deeze Gaatjes , daar van ook
het Werktuig waren ( j ) ; thans fchynt zyn
Ed. (*§)
(*) Pinna Ani linearis ufque ad Cauds apicern
excurrens, Ofikulis innumeris ob Cutim craiïain , qua utrim-
que obtegitur, fuffulta. 8cc. A ft . Helv. Tom. IV. p. 29.
(t) Pinna Ahi -— — — Ofliculis inftru&a . . . . inex.
mibus, Cute crafla &c. Zöophyl. Gron. Fa(c. I. p. 42.
(§) Uitgezogte Verhand. III. Deel, bladz. 472.
(I ) Foriitan ha; Papillnc inftramenta emnt motus tieraali.
A f t . Helv. ibid.
Ed dit aan beiden toe te fchryven (*> De iV.
Kleur blyft even als te vooren. De Woon. Afdeei»
plaats in de Rivieren van Zuid-Amerika, voor-
naamelyk naar derzelver Oorfprongen toe k eü stuk.
inzonderheid aan üitdeekende hoeken Lands, Eeef-Aah
daar het vol Rotfen is , hadt zyn Ed. gezegd:
doch nu zegt hy ; » dat de Beef-Aal m de
h Rivieren van Zuid-Amerika, onder de Vef-
„ zengde Lugtftreek, en wel niet verre van
„ derzelver Bronnen, voornaamentlyk omtrent
,j die plaatfen, daar dezelven uit Rotfen voort-
,, vloeijen, huisvefte.’* , ,
Wegens de Eigenfchappen van deezen Vilch,^genfckp
waar yan thans verfcheide Berigten zyn ( i ) ,
vind ik door gemelden Heer beknoptelyk het
volgende aangetekend (4-> » Een Menfch o
„ Beeft hem, terwyl hy leeft, aantaakende,
„ wordt door geweldige beeving en fchuddmg
„ aangedaan, en die Schok, van een grooteü
„ en vluggen Vifch toegebragt , is fomtyds
„ zo fterk, dat de aanraaker op den Grond ge-
„ fmeeten, en de flag door t geheele Lyf&ê
„ voeld wordt , met kraaking der Leden ($; i
” doch
( * ) Fovamimila & Papffl* : forfitan horutri duxilio motus
emulus exfentui. Z o oPh£ _ door den Heer Alla,
f t ) Befchryvmg van den Siddem •
land , ».de v m g r . » ÿ g ÿ M J > ni. i>;
yzonderheden »» g »
I, 4 73 . MUSSCHENBROEI« intemng
(4) Grm- Fafc- l: r w S i j der Ledemaa-
H Ê Ü I niet/lk denkdat zynEd. zal vrille* .eggen #