m
Nm
|IKf&&
-XV, Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
S lANGEVISSCIXEN. -
XVI. Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der
Snottolfen, alt cok van den Kringbuik. -
XVII. Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
Z uiger-V isschen af zogenaamde Remora’s ;
vu aar in betoogd wordt dat zy de Schepen in
hunne voortgang belemmeren kunnen.
XVIII. Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
O ranje-V isschen »/ Dorado’s , tot welken
de Rivier-Dolphyn , Scheermes-Vifch en
anderen l ' buis gebragt worden.
- XIX. Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
G rondelen, waar toe de Govekens, Meunen
, enz. behoor en.
XX. Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
K norhaanen, tot welken de Barnasman en
Potshoeft o f Donderpad, ah ook de Govie,
' Ny betrokken zyn.
XXI. Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der
Z ee-Scorpioenen , dus wegens hunne Stekeligheid
genaamd.
XXII. Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der
SpiEGEUvisscHEN.omrtaïisfcZilvervifchjes,’/
Maanvifchje en de Zonne-Vifch betrokken zyn, -
XXIII. Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
P latvisschen , waar in de gewoone Europi-
fche Schol, Botb, Tong, Schar, de Heil-
both , Tarboth, Griet, Kaan, benevens de
Scharretong, en veele uitbeemfehen , met ver-
febeide n i e u welVaarncemingen dienaangaande. -
XXIV, Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der
K li pvissch en , die veelal zeer aar tig geflreept
o f met Vlakken getekend zyn en by de Liefhebbers
Madammetjes beeten.
XXV« Hoofdst. Befcbryving van 't Geflagt der
Z ee-Braasemën,«'««/' onder <sG?Goud -,Steen-
en Tand-Braa ü m , benevens de Hottentots en
Kaapfche Goudvifch, enz.
XXVI. Hoofdst. Eefchryving van V Geflagt der
Lipvisschen,» ; ;^ welken de Lever-Braafem,
en zulke d ie , wegens hunne Kleur, Paauw,
Lyfter, Merel, Jonker-Vifch, enz. gencemd
worden.
XXVJI. Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der
Omber-Visschen, dus wegens de bruinheid
van hunne Kleur genaamd. ^
257
Ti 9
352
---- 406
----- 437
A A N -
AANWYZING der PLAATEN,
en der Bladzyden,
alwaar de Figüuren aangehaald of befchreeven worden.
Plaat LVII. Afbeelding van de Aalen,
enz. tegen over Bladz. 83
Fig. 1. Een Moer-Aal, ('Murcena) uit
Ooffindie. bl. 85
— 2. Een dito uit fVeflindie. bl. 85
— 3. De Scherp o f Dun-Staart Vifcb.
bl. 121 /
Plaat LVIII. Afbeelding van de
I Bloot-Rüggen , Zee-Wolf,
eüz. — — — -— -107
Fig. i . Een fVeflindifcbe Bloot - rug,
Gymnotus, b l 107
— 2. De inland'febe Zee-Wblf. bl. 127
— 3. DeSmclt van onzeStranden.bl. 131
— 4. De Leervifch (Hepatus) . bl. 137
— 5. De Lier van Harwich. bl- 147
. — 6. De Pitvifch o f Draakje, bl. 150
— 7. De Pieterman. bl. x 62
Plaat L1X. Afbeelding van den
Steenbolk, groene en zwarte
Schelvisch, enz. , _ ..
— 1. De Steenbolk. bl. 200
— 2. De groene Scbtlvifcb. bl. 203
— 3 .D e Kole o f zwarte. bl. 209
— 4. De Leng. bl. 214
— 5, De Puit-Aal geopend. bl. 219
Plaat LX. Afbeelding van den Snotvisch,
Snottolf, enz. ——- — .
Fig. i . Gattorugine van Venetie. bl. 230
— 2. De Snotvifch, ('Blennius) bl, 231
s=r 3« De Mag e/Kvvab-Aal. bl. 23 j
'199
■ 229
* 3 Fig,