IÉ 1I I
Wc i|
iV. Viflchen tellen, die de Wet van Mofes hun
Afdeel, verbiedt tot Spyze te gebruiken. Zy hebben,
Hl* naamelyk , niet alleen Schubben , maar ook
Hoofdstuk.
Paaling.
Gebruik.
Vinnen. Behalve de twee Borftvinnen, in welken
ieder 19 Beentjes zyn , hebben zy.eene
Rugvin, daar men ’er 1000 in geteld beeft, en
eene Aarsvin van 100 Beentjes. De Lever is
groot en rood; de Gal geelagtig; de Milt langwerpig.
’t Gedarmte ftrekt zig, zonder Bog-
ten, van de Maag tot aan de Navel uit. ’t
Getal der Wervelbeenderen vind ik op 116 gerekend
en de langte op twintig Duimen, ’t Is
zeker, dat men ’er hier vangt die veel grooter
zyn.
Van de Aaien en Paalingen wordt tot Spyze
veel gebruik gemaakt onder ’t Landvolk en by
’t Gemeen, ’ t Is inderdaad een Voedzel, dat
een goede, gezonde, fterke Maag, tot Ver-
teeringe, vereifcht, en wel met Azyn en Zout
moet toegemaakt zyn o f gegeten worden. Som-
tyds worden zy ook w e l, ter bewaaringe, in-
gezouten; ’t welk de hoedanigheid verbetert.
Van levendige Aaien ziet men met verwonde,
ring, hoe z y , door Oijevaars o f Reigers inge-
flokt zynde, dezelven van agteren weer uit het
L y f kruipen. In een Kormoran verhaalt men,
dat een zelfde Aal dit , negenmaal agtereen,
gedaan heeft. Van een Matroos verzekert
G esnerus , het zelfde gezien te hebbeD. On-
dertuflchen is het zeker, dat men, op die zelfde
wyze, wel gebruik van leevende Aaien maakt
in
■m de Paarden, om ’er aan tot Buikzuivering te jv.
* Afdeel.
verftrekken. jj ^
In de Menfchen heeft de Lever en de Gal, Hoor*ö-
ondereen gemengd en tot Poeijer gemaakt, veel STuk.
aanpryzing gehad tot bevordering van een
moeielyke Baaring. G ru g eru s , een Duitfch
Geneesheer, verzekert, dat een Dame van zy-
ne kennis van eene Opftopping van ’t Wateren,
die drie Dagenhadt geduurd, en waar tegen
allerley gewoone Middelen vrugteloos in
’c werk gefteld waren, verloft werdt door het
Poeijer te gebruiken van een gedroogde Aals
Huid, in een Glas Spaanfchen Wyn : waar door
z y , na verloop van zes Uuren , een menigte
Graveelige ftoffe loosde. Uitwendig wordt die
Huid,als een Koufeband gedragen zynde, tegen
het Voet-Euvel aangepreezen. Men maakt ’er
onder de Boeren, wegens haare taayheid, gebruik
vaq tot Dorfch-Vlegels. Het Aaien-Vet
is , inzonderheid tot verzagting der Aambeijen,
geen verwerpelyk Middel.
(5) Aal, die de omringende Vin •wit beeft met
een zwarte Rand. | Vaat'AaI'
Men heeft deezen , dien de Ouden Myrus
noemden, voor het Mannetje van de Uurma
gehouden, en daarom noem ik hem Vaar-Aal.c
( S) Mursna Pinna ambiente alba , margine nigro. Syjl.
jjat. X. Mursna Roftro acuto , lituiis albis vatio , margine
Pinna: Dorialis nigro. ART. Gtn. 2*. Syn. 4°.
ï. DEEL. VII. STUK, $ 3