II
II i
ilHIIl
1 1
f i l l I
IV.
A fdeel.
XXIII.
Hoofdstuk.
£2) Platvifch met de Ongen aan de regten
Zyde 9 bet Lyf ruim , de Borflvimen als
Draaden.
ii.
TrichoiaEty
las.
Een omftandige Befchry ving van deezen, die
van ’t Eiland Amboina,in Qoftindie,herkomftig
Ambonfche. js ^ Wordc in ’t Werk van Autedi gevonden.
Dewyl L inn^ us de Borftvinnen Vingers noemt,
ziet men klaarde Afleiding van den Griekfchen
Naam. De Kleur is, aan de ge-oogde Zyd e ,
donker grys o f bruin, met donkerer Vlakken
als gefprenkeld ; aan de andere Zyde witagtig
gry s. De Rugvin beflond uit ongevaar 53 Beentjes,
de Borftvinnen, die naauwlyks zigtbaar
z y n , hebben ’er 4 , de Buikvinnen 5 , de Aarsvin
4 3 , de Staart 16. De middelfte munten,
in de twee laatfte Vinnen, door hunne langte
uit. Het Voorwerp was flegts derdhalf Duim
lang en één Duim breed.
in. Lüieatus.
Geftieepte.
(3 ) Platvifch met de Oogen am de regier Zyde
, en zeven dwarfi Zydftreepen,
Met
(z) Pleuröneftes Oculis dextrls , Corpore alpero, Pinni,
Peäoralibus Filiformibus. Sy fl. Nat. x. Pleuroneffes asper
canefcens , Finnis lateralibus vix confpicuis. Ak t. Gen. is„,
Syn. 33. Spec. 60.
(3) Pleuroneftes Oculis dextris , Lineis lateralibus feptenv
transverfis. Syß. Nat. X. Pleurone&es fuscus fubrotundus gla-
ber, lineis feptem nigris transverfalibus inter Pinnam Pe&ora-
lem & Caudam. Brown'. Jam. 445. Paffer lineis transverfi*
notatus. SLOAN. Jam. II. p. 277. T. 245. f. 2. RAJ. Fife•
i f 7. Pleuronetles oblongö-ovatus , Oris latere albo cirrofo s
Maxilla, fuperiore breviore, Pinnis Pe&oralibus nullis. Ziopk.
Qrin, Fafc. I. N. 2f0,
Mfec regt kan men deezen de Gejlreepte Plat- IV.
Vifch noemen, alzo hy zeven zwarte Streepen AFDE£k
'overdwars heeft* tuflehen de Borftvin en de fj0QPD“
Staart, naar ’t gene Brown aanmerkt. Sl o a n e stok«,
hadt hem flegts genoemd de Jamaikafche Schol
met dwars-Streepen getekend. K l e in hadt
hem getyteld Rh'omb'otides met zes Streepen
Overdwars, die de kromme Zydftreep verdeden;
G ronovius betrekt deezen tot zyne voorgaan*
de Soort, onder den naam van langwerpig O-
vaale Platvifch, met de witte Zyde van dén
Bek gebaard , de Bovenkaak kortft en geend
Borftvinnen. In de Ambonfche was de Bovenkaak,
met den Bek digt, wat langer dan dé
Onderkaak.
(4) Platvifch met dè Oogeh adh de regter Zy- iv.
de, het L y f met vier zwarte plekken, die Ge-oogdei
in witte Kringen jlüan, ge- cogd.
De gemelde plekken, naar die van den Zon-
fie-Vifch'gely kende, gaven aanleiding tot deé-*
Zen Bynaam. De Rugvin* welke 66 Straalen
heeft, is geplooid: de Borftvinnen hebben ieder
3 , de Buikvinnen 6 Beentjes; in de Aarsvin
zyn ’er 5 5 , in deStaart, die zwart ge-
bandeerd is , 14. Men vindt deezen Platvifch
ih Suriname.
(S) Plat•
(4) Pleuroneffes Oculis dexttis, Corpore Ocellia 4 afris
jiidibus albis. Syft. Nat. X*
LDSEJ.. VinSTVJE. X®