Jy Schol middelmaatig. Die van de Scharren zyn
A ïdeel. nog kleiner dan die van den Both, en die van
XXIII. jen Molenaar de allerkleinften, onder de genen
welken zyn Ed. afgebeeld heeft (*).
Tm*, Onze Tongen naauwkeurig onderzoekende,
bevind ik dat dezelven, aan de flinkerzyde op
de Onderkaak} een trop hebben van kleine Ste-
• keltjes, die, wel verre van Slappe Vezeltjes te
zyn, zig door het bloote Oog niet alleen, en
op ’t Gevoel, maar zeer duidelyk door het Mi-
kroskoop, als kleine icherpe Tandjes vertoornen,
ftaande een weinig inwaards krom, gelyk
in veele Viffchen, Aan het Kraakbeen van de
Bovenkaak zyn dergelyke Stekeltjes, beiden in
’t gedroogde Snoetje zeer zigtbaar. De Buik-
vinnetjes zyn zeer gemakkelyk van de Aarsvin
te onderfcheiden. Een der Borftvinnen , naa-
melyk die aan de regter Zyde, is aan ’t end,
wel een derde deel der Iangte, zwart. De Kleur
is meer naar ’t graauwe of rosagtige, dan naar
zwart of Afchgraauw trekkende. Het getal der
Vinftraalen, vind ik zeer verfchillende van de
Tellingen, die L innteus opgeeft, en taamelyk
eenpaarig. In de Rugvin van vier uit zes vol-
waffenTangen, heb ik geteld 78, in de twee
overigen 75 en 79 Beentjes; in de Aarsvin van
66 tot 72. De 75 en 72 kwamen in een zelfde
ToDg voor. In de Staartvin telde ik 24 enkelde
- (*) Natuurkundig! UitfpMningtn,, I. DEEL. Haail. 176-'
Tab. XV. N. IJ, 18, 34) 35, 15-
IV.
A FD EEL.
xxnr.
H oofdstuk.
T a n g.
d e P l a t v i s s c h e n . 345
kelde of 12 dubbelde, in de Borftvinnen 7 , in
de Buikvinnen 5 Straalen. *Dc Schubben hadden
de zelfde grootte, als de Heer B a s t e r
die afbeeldt , en, door ’t Mikroskoop gezien,
even de zelfde zeer fraaije gedaante. Eenigen
der Tongen, door my onderzogt, waren meer
dan een Rynlandfchen Voet lang.
f12') Platvifch met de Oogen aan de regter x ii.
* ^ . iJS i j 1 Llftflißtttldt*
Zyde, de Navel aan de.fimker Zyde, de Schar4
Tanden fcherp.
Een merkelyke duifterheid fchynt ’er nog
plaats te hebben omtrent deeze Soort van
Platvifch,, die menigvuldig voorkomt aan het
Katwykfche Strand en in menigte gedroogd ver-
tierd wordt in onze Provintiën , als wanneer
hy veel lekkerder is dan gedroogde Schol.
Van K l e in wordt hy betrokken tot de Tongen;
onder den naam van, Tong met een zeer
wyden Bek, die gefchubd en getand is. Men
noemt hem, te Rome, Linguatula, zo W il*
loughby getuigt; dat zo veel betekent als
kleine Tong.
Het verfchil der Scharren van den Tong zou,
volgens dien Schryver, daar in beftaan, dat zy
altoos kleiner zyn , en naar de grootte korter;
bleef12)
Pleurone&es Oculis dextris, Ano finiftro, dentibus a-
cutis. Syfi. Nat. X. Pleuroneftes Oculis a dextra , Ano ad
latus finiftrum , Dentibus acutis. ART. Gen. 17. Syn. 31.
Gron. Muf. I. n. 41. Solea Ore peramplo, Squamata Sc
Dentata. KLEIN. Piß, MilT. IV.,p. 3*. N. 4.
I. Deel. VII. stok. Y 5
tW
m
mm
45»
m