B e s c h r y v i n g
ir.
Afdeel,
IV.
Hoofdstuk
Clemeene.
W it te .
150
G. Bruine Valk. K. ItaliaanfcheValk.
H. Roode. L. Yflandlche.
L Roode Indiaanfche. | M. Saaker ofBrittan- I nifche.
De gemeene Valk, waar van dit verfcheiden.
heden zyn , ten opzigte van den Ouderdom,
de Kleur en Woonplaats, heeft, zegt hy, de
grootte van een middelbaar Hoen. De langte
i s , zo wel als de hoogte, agttien Duimen.
De Bek is ongevaar een Duim lang,
de middelde Toon , met de Nagel, twee ,
de Staart ruim v y f Duimen. Zyne Wieken
hebben drie Voeten vlugts. Hy is over ’ t ge-
heêle L y f bruin, doeh de randen der Vederen
zyn een weinig ros: ook vindt men aan den
Hals eenige rode Vlakken, en een witagtige
kleur aan de Keel. De Oogkring is geel, zo
wel als het Wafch, de Bek blaauwagtig, doch
aan de punt zwart: de Pooten zyn groenagtig
g eel, de Nagelen zwart.
De witte Valk munt in fchooöheid boven
de anderen uit, en v/ordt hierom by de Vor-
Iten meelt geagt. Veele Leenmannen , in fom-
mige deelen van Europa, zyn vèrpligt ge-
weeft, aan hunnen Leenheer jaarlyks hulde to
doen, met denzelven zulk een Vogel ter
hand te dellen. Op die Voorwaarde, by voor»
beeld , werdt het Eiland Maltha , door Keizer
Karei den V . , aan de Ridders van Rhodus
opgedragen. De Koning van Denemarken zendt
jaarlyks een Schip naar Ysland, om van daar,
inzonder»
V A N D E V A L K E N. I j l
inzonderheid, witte Valken te haaien, die van hem
wel eens worden prefent gedaan aan deeze
o f gene Mogendheden. Zeer zeldzaam vindt
men ’er die geheel Melkwit zyn : de
meeften, die wit genoemd worden, hebben
geelagtige Vlakken, en in fommigen zyn de
toppen der Slagpennen zwart. De eeniglte
geheel witte Valk , welken de Heer Auery
.heeft in zyn Kabinet, zegt Brisson, is op de
-Rug en Vleugels met bruine Vlakken getekend,
en heeft bruine Banden dwars over de
.Staart.
Even zo min zyn óok de genen, die zwart
o f rood genoemd worden, t’eenemaal van zodanig
een enkele kleur. Meelt alle Valken
zyn min o f meer, en fommigen zeer fierlyk
gevlakt;-gelyk die van de Hudfons.Baay, welken
de Heer E dwards zo keurlyk afbeeldt (-f-).
Hy heeft omtrent de grootte van den gemee-
nen Valk: maar de Kop is vry klein, de Hal*
kort, en de Beenen van middelbaare langte.
Op de Kop en Rug is hy bruin van kleur;
de Stuit en Staart zyn donker Afchgraauw, met
zwarte Streepen gebandeerd. Ter wederzyde
van den Kop vertoont zig een groote langwerpige
zwarte V la k , die onder de Oogen
aanvang neemt, en zig uitftrekt tot aan het begin
van den Hals. Van onderen is -de Vogel
geheel w it, doch met bruine Vlakken.
De
( f ) E dw. kA v. T om . I . T i b . 3.
I.Dkïi., IV. Stvk, K 4
ir. Afdeel.
IV.
Hoofdstuk.
Gevlakto
van deHud-
fons-Baay. >