II.
Afdeel.
VIII.
Hoofde
stuk.
276
kan, als den gewoonen of grooten , te’ vooren
gedagt, en B risson geeft ’er den naamaan van
Brafiliaanfcben mei een geele Keel. De grootte,
is omtrent als een Duif. De Bek, die aan den
Wortel een Duim en agt Liniën dik is, heeft
de langte van vier en een half Duim. De kleur
is groenagtig zwart, aan de Wangen, Keel en
’t onderde van den Hals Oranje, meteenroode
dwarsdreep boven aan de Bord: de bovenfte
Dekvederen van de Staart Zwavelgeel, de onderden
rood: de Staartpennen van boven groenagtig
zwart, van onderen zwart, gelyk ook de
Bek, die egter, by den Wortel, omringd is met
een taamelyk breeden gryzen Band.
TI- (a )T oukan met een rooden Bek, die Jloinp ge-
Tucanus. .
'Gekraagde h M IS en W lt‘
Toukan.
Deeze plagt genoemd te worden rojtrata of
Bekvogel, anders Groot- o f Dikbek en Rotte-
Jlaart; gelyk in gebruik is by de Franfchenvan
Guajana. B risson noemt hem den Toukan met
een Halskraag van Cayenne. Hy heeft de grootte
van een Merel o f zwarten Lyder: de Bek
is, op ’t breedfte, ongevaar een Düim, en heeft
de langte van omtrent drie Duimen. Het L y f
is Olyfkleurig gropn, met den Kop, Hals,
Bord en het middelde van den Buik, glimmend
zwart, trekkende naar gepolyd en gebruineerd
Staal: aan de Ooren heeft de Vogel een Goudgee
(2) Ramphaftos Roftro rubro> Carina obtufa alha.
Syft. Nat• X.
geele Vlak: ook is de Hals van boven met een h.
Oranje-geele Band omringd: de onderde Dek- Afdeel.
vederen van de Staart zyn hoogrood; deStaart-
pennen van boven groen, van onderen graauw, stuk.
aan de tippen Kadanie-bruin. De, Bek is zeer
kenbaar getand, en ten deele rood, ten deele
zwart van kleur.
De kleur van den Bek fchynt my eenigermaa-
te te verfchillen, met die, waar van L inn^ us
fpreekt. B risson heeft nog een Toukan van
Mexiko, die rood gekraagd is, met eengeelen
Hals, rooden Buik en zwarte Staart. Deeze
heeft een Bek waar van de Bovenkaak wit is ,
de Onderkaak zwart, en de grootte is als een
Duif. Hy leeft van Vifchjes en onthoudt zig ,
in Mexiko, aan den Zee-Oever.
(od) Toukan met een rooden Bek, die zwart ge- Hl.
, t,. , , , , r. ■ Picatus.
punt ü en den Kiel plat gekneepen beejt, • Gewoon®
Toukan.
Dit is de gewoone Toukm, anders genaamd
Brafiliacmfche Aakjler o f Paarden, en Olfen-Bek;
ook wel de mondreuze Vogel en Pepervreeter,
om dat hy Peper e e t; weshalve hem ook -de
Duitfchers noemen Pfeffer- Vogel en Pfeffer-Frafz,
de Engelfchen Pepper-Pie o f Peper- Aakder, de
Spaanfchen Carpentero, de Franfchen in Guajana
Grosbec, die van Peru Tacataca, die van Mexico
Xochitenacatl.
. Zyn
(3) Ratnphaftos Roftro rubro , apice nigro, Carini
«omprefla. $yft> Nat. X. Pica Brafilienfis. Alb. II*
p. 24. T. 25. A ld r . 0 ,-nith, L. 20. C. 19.
I. Pm . IV. Stuk. S 3