Duif heeft- De roode Staart onderfcheidt hem
A fdeel, genoegzaam van de overigen , en L innM is
hfeefc hem, zo wegens de grootte als wegens
stuk. de kleur, niet onaardig hier geplaatft; hoewel
hy van Brisson onder de Pappegaaijeu geteld
wordt.
XXI. ( 2 1 ) Pappegaay met een korte Staart, rood van
Garrultts. , kleur, de Dyën en Wieken groen, dcStaart-
Lory van . / ' _ , . . ,ö
de 'Moluk- pennen m de agterjie beljt blaauw.
k es,
Deeze en de drie volgende zyn zodanige Pap.
pegaaijen, waar aan men, wegens hunne hoog-
roode kleur, die in.fommigeneenigerrnaatenaaf
Goud-, of Oranje-geel trekt , den naam geeft
van Laurey o f Lory, dat gemeenlyk als Lorry
uitgefproken wordt. B risson onderfcheidt deeze
Vogels naar de plaats, van waar zy komen,
gelyk wy in de Lyfthier voorgezien hebben. De
kleur, inderdaad, verfchilt weinig, zo wy aan-
ftonds zien zullen. De grootte is ongevaar als
een Tortelduif. Z y komen altemaal uit Ooft-
ïndie.
Deeze, die de Molukkifche genoemd wordt>
als van die Eilanden afkomllig, heefteen hoog-
roode kleur, met een geele Vlak op de Rug:
ook
(21) Pfitracus brachyurus ruber, Genibus Alisque viridf-
bus, Rectricibus medierate pofticä coeruleis.Muf.^Ad. Fr,
2, Pfitracus ruber, Remigibus Redtricibusque introrfuin
purpureis. I t. Wgoth. 137. Pfitracus rufus , Femoribus 8c
Alis viridibus. Frisch 4. T. 45;. Pfitracus coccineus,
Alis e viridi 8c ni*ro variis. Edw 172, T, 172,
bok zyn de Vleugels van boven geel; de groot- | |
fte Slagpennen uitwendig van boven groen, van Afdeel,
onderen bleek Roozekleur, inwendig Scharla-
kenrood, aan de tippen zwart; de zydelingfe Stuk.
Staartpennen ten deele rood ten deele groen j
de tweeuiterften, wederzyds, aan de enden met
donker Violet gemengeld. De Bek is rood, de
Klaauwen bruin 5 de Nagelen zwart.
(22) Pappegaay met een korte Staart, bdog-rood Xxïr.
van kleur, de Wieken groen en zwart, de
Staartpennen geel, doch in de uiterfle helft Cerara;
groenagtig.
B risson wil, dat dit de gene z y , dien Ra-
jos heeft bedoeld gehad, wanneer hy den Lory
aanhaalde uit N euhoffs Reizen; zo dat men
hem, zeer verkeerdelyk , Auroör-Parkiet zoü
noemen, ’t Is zekerlyk die gene, welken Rat
jus befchryft onder den naam van hoogroode
Oolterfche o f Ooftindilche Pappegaay, met de
Wieken uit groen en zwart gemengeld. Cnn-
sius en anderen hebben hem met den Naam van
Noyra of Nuira gedoopt. F risch geeft ’er een
keurlyke Afbeelding van, onder den naam van
roiïe Pappegaay, met groene Dyën en Vlerken.
Hy is grooter dan een Merel o f zwarte Ly~
ft er,
(22) Pfittacus brachyurus coccineus, Alis viridibus ni-
grisquë, Redtricibus flavis msdietate poftica virescentibus.- •
Syfl. Nat, X. Pfittacus coccineus Orientalis,Alis esê virisfi-
& Jiigro variis. R aj. ^ A t . 31.
I.ÖSEI, XY.Siuk, R %