i ')I1-
i ÍÍMfi
irJi
(i'!? ■'¥'¥
tori'
k l - “ ri r i '
B E S C H R Y V I N G
D E R
NEDERLANDSCHE
HISTORIPENNINGEN,
D E S E E R S T E N D E E L S
T W E E D E B O E K .
der gC'
Landvoogdeile, trade Alv a
in haare p la a ts , nam het
ftaatsbewind met een veel on-
bepaalder gezag b y de' hand
en te g e ly k een beiluyt om zich van de
magtigfte fteden van Nederland te verzekeren.
Dus had h y zyn e medege-
Nedä°°^ gebragte regementen in ( i ) Gent, Edin-
g e n , L i e r , Dieft en Antwerpen gelegd,
en deed nu aan de laatftgemelde ftad, om
de burgery in toom te houden een’ zeer
fterken bürg bouwen met v y f naar de
konft geregelde boiwerken ; moetende
(i) Hooft dc inwoonders vier tonnen ichats tot
veertien k o ftte , opbren-
gen. De Waliche krygsbenden , die h y
op z yn e aankomft in Neerland vondt ,
Ne?H^ deed h y alle fterkten (3) ruymen en ,
fol. 161. als hem verdacht zynde , geheel afdanken
, o f onder de overgebragte benden ver-
deelen. Ook ontnam h y dien van Gent
de fleutels hunner poorten, en deed met
het begin van her jaar acbtcnzcftig b y
openbaare afkondiging indaagcn , om binnen
driemaal (4) vyftien dagen voor hem
te Bruftel teverfchynen, Graaf Lod ew yk
van NafTou, Antoni van Lalain Graaf van
Hoogftraate, Willem Graaf vanden Berg,
Floris van Pallant Graaf van Kuylenburg,
Hendrik Heer van Breederoode, Willem
Prins vau Oranje en andere uytwykelin-
gen,metuytdrukkingevan ieders belaftinge
en begaane misdaadeu. Hierop fchreef de
Prins van Oranje niet alleen een omftandig
antwoord, ( y ) to t z yn e verdeediging,
aan den gemeenen Voorzorger des K o nings
en den Hertog ; maar deed nog
een omftandiger vertoog tegens alle' z yn e
befchuldigers indruk uytgaan, ja daarenboven
, om aan de werreld te betuygen dat
z y n gemoed in ’t midden deezer vervol-
gingen geruft was, als zich niet fchuldig
achtende aan eenig wanbedryf in de voorige
beroerten gepleegd, ook deezen penning
munten.
(4) !
Ncd(
Bor
icderl.
Beroert
IV. boek,
fol. xj<S.
verfo.
Byvoegf.
van Au-
thent.
ftukken;
foLi4.
(1) Bor
Nederl.
Beroerr.
IV boek
fol. 157-
verfo.
Verantw.
van den
Prins van
Oranjc,
(j)Mtt=-
ren Ned.
Hift.fol.
J3-
„ Bof
iedcrL
Beroert,
IV. boek,
fol.iör.
ByvoegC
van Au-
thcnt.
ihikkea:
fol. 3.
G U I L E L m u s , D ei G r a t i a P R in c e p s A U R A I C iE , t j6 8 .
C O M e s N A S S A V I iE . -------------
W I L L E M , D O O R G O D S G E N J J I E P R I N S F A N O R A N J E ,
g r a a f F A N NA S SOÜ .
Op hetfuggeftiikziStmenemezeepcrbeeld, op welke het nclt van eeii ysvoRcl onbefcha-
digd dobbcit; terwyl vier winden , doch die door eene hooger’ hand worden verdreeven, tescns
ccne onbcrocrely ce fteenrots hunne krachten vruchteloos vcrfpilleni onder dit byfchrift, ’t weUrc
die Prins ledert altyd voor zyne zinfpreuk ( l) heeft gehouden : ji8 vwfo
S iE V I S t r a n q u i l l u s i n u n d i s .
G E R Ü S T I N ' T M I D D E N D E R W O E D E N D E B A A R E N .
vondt. Dierhalven in z o o ruym eeu veld
van uytgerekte misgangen, wietden ook
de zulken het voorwerp der rechtsplee-
ginge van den Bloedraad, welke den Landvoogd
in ’t uytvoeren zyn e r voorneemens
in den weg waaren ; o f door her
vcrbcuren hunner goederen eenen krach-
tigcn naadruk konden geeven , om de
dagelyks zwaarder wordende ftaatslaften,
en ’t onderhouden van zo o vcelc krygsknechten
te helpen draagen. Hier door
wierdt nu het bloedveigietcn een ipel en
g e lyk het hangen , (4) branden cn py-
nigen , zoo van Roomfchen als On- fol. iej.
roomfchen , den Spanjaarden , als een
fpreekwoord, was in den mond beftor-
ven ; zo o heeft het ook b y laateren
tyd den liefhebberen tot het maaken
van deezen gedenkpenning aanleyding
gegeeven.
H e t was Alv a niet genoeg den Prins
van Oranje gedaagd te hebben, maar hy
liet ook zynen oudften zoon , Philips
Willem Graaf van B u uren.u yt de hooge
fchoole van L o v e n , met ( z ) verkrachtiii-
gc haarer verkreegene voorrechten , ligten
i cn naar Spanje voeren, om hcm in de trou-
we des Konings cn ’t Roomfche g eloof te
houden. Ondertuifchen zag men ook
zeker gefchrift in ’t licht komen, beheizende
(3) de voorvallen en zaaken, met
welke bygewoond o f naagelaaten tc hebben
men den gerechtsdwang des opge-
worpen Bloedraads onderhavig wierck :
en voo rw a a r , de zelve waaren zoo
wydftrekkende , dat een onbefchryvelyk
getal van inwoonderen door daaden ,
w o o rd en , toelaating , ja door ’t verboo-
dene in anderen niet w erkelyk wedcr-
ftaan te hebben, z ich daar in bedraaid
Op Wiens voorftuk t
hebbende voorts het rug
1 t " '™ e lommigen (p; willen dat h
Roomfchen , nog gebrcklyker uyt den mond zoude zyn gevallen;
ftaan afgebeeld) (jlRcyd
oedraad, dit ge- Hift. der
^onniflcn van eenige
Hy vertoont het gcharnafte borftbceld van den gedaagden Prins op het voorftuk) hinnen hec
""chrift deezer tytcicn:
G U I -
H i E R E T I c i F R A X E R U N T T E M P L A ) C A T H O L I C I N IH I L
F E C E R U N T C O N T R A ) E R G O O M N E S DE B EN T
P A T I B U L A R I . A n n O ledS.
' fol. 7.
Puffend.
Introd. ad
Hift, Eur.
pag. 68.
i .
E e D E
I
ri
ì r i 'N