M I
I
Ite il
:W' " f t ' ' i r ; ; :
r i i ‘ ,41
, i i t e
l ’Âiwîàl
( 0 Mete-
ren Ned.
Hiil. fol.
180. .
(1) Bor
Nederl.
Beroert.
X.XIV.
boek ,
fo l.ff
(3) Refol.
der Sraar.
van Holl.
9 April
ij88. fol.
113.
( ff Bor
Nederl.
Beroerten,
XXIV.
boek,
fol. 7j.
T en hoogfte was decs aangepreezen een-
dragr thans noodzaakclyk, mids dc Engel-
fchc Koningin nict ophieldt van de Staaten
aan tc maanen , om den aangebooden
payshandcl, waarvan hiervoor al is geiproken,
mct den Spanjaard aahte vangen.
Om een ftuk van zulk een g ew ig t , en
waarvan zich de Scaaccn tcn uyterfte
vreemd hielden, mec vrucht door tc dringen
, , had z y al op 't eynde van ’c voorgaande
jaar eencn Herbert tot Afgezant
.ton d e ( i ) Vereenigde Geweften gezonden
en federt b y brieven z ich (x ) beklaagd over
hcc lang toeven cn draalen der Staaten in
eene zaak zoo hooglyk tot hunne welvaart
ftrekkcnde: h etgene , volgens haar voorgeeven
, niet wicrdt cc wegcgebragt als
door de zulken, dic chans her Scaatsbewind
in handen hebbende, niet gaarne daarvan
zouden willen afftaan. Dit noodzaakte
de daarop vergaderde Staaten de Heeren
Sebaftiaan Lozen en Leonard Kaazenbrood
als A^ezanten aan de Koningin van Engeland
re zenden; en door Graaf Maurits
hcc gevoelen der voornaamfte Godsgeleerden,
en op hunnen laft (3) tc iamcngeroe-
penc Predikantcn van Holland en Zeeland,
over den aangcdrongen payshandel mec
Spanje, te innen. Op welk geruchc, dac
zich daarvan noodwendig alom door den
Lande verlpreydde, ook dc Predikanten van
Uytrecht en hec Sticht insgelyks vergaderden,
en beflooten ,de overige Kerkbe-
dienaars der andere Geweften aan ce maanen,
om ook gezaamentlyk eenigen uyt
de hunnen naar ’c voorbeeld derStaaten,
aan de Koningin van (4) Engeland te zenden,
op dat toch voile zekerheyd voor de
v ry c oeffening van den Hervormden Godsdienft,
die ten lande althans was ingevoerd,
door haare Majefteyt b y den Spanjaard
mogte bedongen worden. Op den
zeifden tyd kwaamen ook verfcheydene
gefchriften zoo voor als (y ) tegens deezen
Vrecdehandel in ’t lichc. Die ’cr voor
waaren verhieven de onmoogelykheyd van
den oorlog buyten den byftand der Engelfchen
te konnen achtervolgen : dac het
land bereyds in zeer zwaare fchiildeii ftak,
cn raen daarin b y gebrek vau betaaling
reeds alom muyteryen onder de benden
was gewaar geworden; des dac hec beft
waare eenen Vreede, waarvan de ilechcfte
altyd beter als de befte oorlog i s , met den
Spanjaard aan ce gaan. Anderen in tegen-.
deel, gelyk ook de Algemeene Staaten, verftonden
niec dac ’er zelfs eenige Gezanten
van hunnenc wege op de voorgeflaage
Vreedehandeling zouden verfchynen, veel
min aan de Spaanfche voorflaagen gehoor
verleend worden; om dus dc verdeeldhe-
den te ontgaan , die men voorzag, dat
zekerlyk daaruyt inden lande ftonden te r y zen.
En wat hec verkrygen van deezen
Vreede belangt, zo o betuygden die van
Gorkum in ’c b yzonder, welke den zevencncwintigften
van Lentemaand deswegen
eenen brief van den Heer Killegrew (ri)
ontfangen hadden, dat hec in die landen
en ’c midden van den oorlog vreede is , alwaar
men in voile vryheyd den Godsdienft
en koophandel , gelyk, althans in
de Vereenigde Geweften' gefchiedde , zag
bloeijen. ’c Gene ook op deezen leg-
penning niec duyfterlyk wordc te kennen
gegeeven.
( ff Bof
Nederl.
Beroerten,
XXIV.
boek,
fol. 71.
(6) Refol;
derStaatca
van Holl.
5 April
1388. fol.
Op de eene zyde ilaat boven het wapenfchild van Gorkum de naam dier ilad, en lot omfchrift
deeze woorden ;
T R I E L I C A T C O N C O R D I A R O B U R . 88.
D E E E N D R A G T M A A K T D R I E D U B B E L D E M A G T . 88.
Dienende tot vermaan tcgens dc twiftigheden tuftchcn Leyçefters aanliaiygcrs cn dc Staatsgezin-
den. Op de andere zyde ziet men boven het wapenfchild van Gorkum dit opfchrift:
F A N O F O R O Q U E L I B E R O P A X E S T , L I C E T
M A R S O B S T R E F A T ,
D A A R
D A A R D E G O D S D I E N S T E N K O O P H A N D E L V R T Z T N I S H E T ] ±
F R E E D E , HOE Z E E R O O K M A R S D A A R
T E G E N S D R U r s C I l E .
(1) licfol.
derStaaren
vail Holl.
II Maart
1588. fol.
WM.dc
Groot
Ned.Jaarb.
fol.iJ3.
(a) Strada
de Bello
Belg. Dec.
II. pag.
Î19.
Onaahgezicn deeze onwilligheyd der
Scaaten, zondt de Engelfche Koningin
haare Gezanten naar ftourburg in ( i ;
Vlaandre, alwaar z y met die van den
Spaanfchen Koning in onderhandeling
traden en voor de Vereenigde Geweften,
vcrgcetenis v a n ’t voorgaande, vertrek van
’t vreemde krygsvolk, herftelling der V r y dommcn
van ’c land, cn Vryh eyd van ge-
wcccen voor dic van den Hervormden
Godsdienft begeerden. En o f wel de Engelfchen
in ’c bepaalcn van deeze voorwaardcn
zich v ry rekkcly k droegen, zoo wicrdt
toch de tyd meeft met onnut knibbeien
gefleetcn; ja d e Spaanfche Gezanten bleeven
onverandcrlyk en pal ftaan op hec weeren
van den (x ) Onroomfchen Godsdienft,
begeerende dat een hoofdpunc van zulk
gewigt aan de befcheydenheyd van den
k on in g zoude worden verbleeven. Uyc
welke w y z e van doen, men genoegzaam
begreep, dat de Spanjaards deeze handeling
geenszins u y t eene waare zucht toc
Vreede hadden begonnen, maar om ficchrs
ty d te winnen en de groote krygsrufting
te bedekken, die z y in Spanje t^ eu s Engeland
deeden. Waarvan de wiffe tyding
eyndelyk in Nederland ieder als met eenen
(3) donderflag heeft getroffen, de gemoederen
tot geheel andere gedachten gcbragd,
en de vergadering der wederzydfche G e zanten,
naa drie maanden handelens, zeer
haaftelyk doen fcheyden. Op den zeifden
t y d , als dus hec momaanzigc der veynze-
ry e was afgelegd ; hoorde men den Spanjaard
niet als van dcgroocheydzyncr krygsruftingen
fpreeken, en zich openlyk vlei-
jen mec niec alleen den oorlog binnen körten
tyd cc zullen ten eynde brengen, maar
(4) ook dc Engelfche r y k cn , die zich de
beicherming der weerfpannige Nederlan- vanHoli.
deren hadden onderwonden, door hetg e-
weld zyner krygsmagc tc zullen overftroo- ti6i ’
men. Want dac de Spaaniche toerufting
op Engeland z a g , blcek genoegzaam daaru
y t , dat Sixtus d e V , tegenwoordig Paus
te Rome, dac R y k b y zyn e banbrieven,
aan dic liet de eerfte bemagtigde, cer prooi
g a f ; als hec welke b y dc tegenwoordige
Koningin tegens recht overheerd z y n d e ,
d o o r ’t ombrengen van verfcheydene doorluchtige
Pcrfoonaadjen en het volk (4) in
fchrik te houden, alleen geweldiger hand Ned. Hifti
wierd bezeeten. Behalven dac z e zich ,
door den Onroomfchen Godsdienft in
re v oeren, aan de Kerk fchuldig gemaakt
had en de fchandvlck haarer geboorte
drocg, als die in overipel was geteeld,'
cgene met den naam van huuwelyk
wierdt bewimpeld. . Des nodigde hy alle
rechtgeloovigen , om z ic h , voor de gemeene
zaakc onder de Spaanfche ftanddaar-
den te vervoegen, en ontfloeg de Engelfchen
van den eed aan Elizabet gedaan, om
waare het moogelyk, haar leevendig, zoo
nier, tcn minfte dood aan hem, als Hoofd
der Kerke , over te levcren. U y c w c lke
bedreyginge cn den voorheen aange-
vaiigeu vrecdehandel men den echten
zin Van deezen legpenning ligtelyk kan
begrypen, dic mede te Gorkum gemunt
Op hec voorftuk ftaat het wapenfchild van Gorkum, daarboven de naam dier ftad, en in deri
nmd hcc omfchrift dcezer woorden:
T R I P L I C A T C O N C O R D I A R O B U R . 88.
D E e e n d r a g t M A A K T D R / E D U B B E E D E MAGT . 88.
Op het raggeftuk leeft men binnen eenen krans, midsgaders boven het wapenfchild der mcci--
gcmcldc ftad cn hctjaar if8 8 , als dees penning gemunt is, dit opichrift:
E c c ee i B ELLI