r lHfe ' te'
te
'W 111
U ' H
n
1590.
(i)Rofol.
der Ge-
comin.
Raad.
< Maart
(1) Mete-
ren Ned.
Hift. fol.
309. verfo.
(3) Refol.
dcrSraaren
vau Holl.
loNo v .
1590. fol.
47X.
(4) Refol.
derSiaaten
van Holl.
10 Nov.
1590. fol.
470.
( f f Bor
Nederl.
Beroerten,
XXVII.
boek,
fol. 25.
(6.Leeven
van Prins
Maurits.
foLSi.
(7) Meter.
Ned. Hift.
fol. 81.
Mer gelyke vaardigheyd, als Breda was
gewonnen, zo o wierdt het ook binnen
den tienden dag zyner veroveringe wel
voor ( i ) anderhalf jaar, door het belcyd
van den Heer (2) van Oldcnbarneveld van’c
noodige voorzien. Waarom ook dc Staaten
van Holland in ditjaar geene zwaarigheyd
maakten om als getuygen over den Doop
zyn s zoons te ftaan, welke den dertienden
van Slagtmaand in de Kapcl van’c Hof,
cen overftaan van z yn e Doorluchtigheyd
den Prins van Chimay, en de Heeren van
(3 ) Breederoode, Jakob M uy s , Thomas
Tliomasz, Kornelis van W e l , en Niklaas
Frausz als Gemagtigden der Staaten gefchiedde.
Die , naadat de Doop verricht
w a s , den jonggebooren , by die bediening
Willem genaamd, cotpiliegaave, behalven
met eencn lyfrentebrief van tweehonderd
guldens jaarlyks en v r y van alle
belaftingen, daarenboven nog met eenen
(4) verguldcn k o p , zeshonderd guldens
waardig, befchonken, in cn op welken
zeer fierlyk de gefchiedenis van het iiinee-
men van Breda (7) gedreeven was. Onaangezien
opdeeze vaardige w y z e door de gemelde
voorzorg van Oldenbarneveld de
ftad Breda van alle nooddruft voorzien was,
zoo zondt de Hertog van Parma ech--
tcr Graaf Karel van Mansvelc mec vierduyzend
man rondom de verlooreftad , om
het ftroopen der Staatfche bezettelingen tc
beletten. Welke hierom Zevenbergen innam,
Oofterhouc, Teteringe, en de omgelegene
plaatfen oezettede, en Tcrheyde,
zynde een dorp gelegen tuifchen Zeven-
bergeu en Breda aan de rivier de Mark,
eene zeer fterke fchans mec bruggen over
(6) het water bouvvde, om daar door den
toevoer tc fcheep te verhinderen. Want
de door krygslift verloore ftad door geweld
re herwinnen was den Spanjaard onmoogely
k , mids h y thans een gedeelte zyner
knechten in Vrankryk noodig had: werwaart
Alexander van Parma in ’c laatfte
van Louwmaand , volgens ’c verzoek,
door den Hercog van Maijenne o p ’t eynde
van ’t voorgaande jaar aan hcm gedaan,
vericheydene gewapende ruyters cn een
goed getal voetgaften onder beleyd van
Philips Graaf van Egmond (7) tegens Koning
Hendrik had gezonden. M e t deezen
onderftand had nu de gemelde Hcrtog , die
zich niet alleen Hoofd v an ’c HeyligeVcr-
bond,maar ook Stedehouder der Franfche
Kroone noemde, een leger van vierduyzend
ruyters en tienduyzend voccknechten b y
een,enwaandczich dierhalven in ftaat om
Dreux, dac door ’s Konings leger wierdt
aangetaft, te konnen ontzetten. Des trok
hy over de Seine, mede voerende al z yn
veldgefchuc, om den Koning voor de belegerde
ftad in zyn e werken aan te taften.
Dan die verftaande hoe hetvcrbondenicgcr
met de Nederlandlche hulpbenden verfterkt
op hem afkwam, en wel willende
een beleg verlaaten om eencn veldflag te
bcloopen, brak ftarks z e lf van voor Dreux
o p , en iloeg zich (8) voor eerft te Non-
nancourt neder. Dan federt andcrmaal
van daar opbreekende, om den kant van
Y v r y tc naderen, waande hec verbonden
heir, dac de Koning doorde vreesgeprangd
hcc op ecn vlugten ftelde. Des viel men
den Veldheer aan mct fmceken, om den
vlugtendcn vyand zonder langer roeven
op her ly f te vallcn. Her zelve deed ook
(9) Egmond ; en dewy i de Herrog van
Maijemie des onaangezien zich daartoe
onwillig toondc, g a f die voor van b y langer
weygering dan allecn mer z yn e Ne-
(8) Mexe.
rayAbr.
Chron.
tom. VII,
pag’3S.
dcriandfche benden , de vlugtelingen te
willen aantaften. Dic pochgen cn dat die
van Parys den Hcrtog van Maijenne
z yn e blooheyd in ’t gezigc verwee-
cen, haalde dien Veldheer eyndelyk over.
Zulks op des zelven bevel het leger ftraks
in de wapcnen gebragt, in volle ftagor-
dening gefchaard, en het teken ren aanval
gegeeven wierdt. Doch naauwclyks was
die verricht, o f men zag de gewaande vlug-
rers ylings omwenden, welgefchaard ten
ftryd komen , en mec geregelde geleden
en onverfchrokce dapperheyd, onder ’t
beleyd van hunnen Koning, op hec verbonden
leger aanvallen. Zoodac in minder
dan een half uur tyds (10) des Hertogen
heir ovcrhoop gefmeeten, dc geleden
der Nederlanfche Speerbenden door T
handfchut der Koningfchen ontfnoerd ,
Egmond zelfs geflaagen, zyn e zwaarge-
wapende ruytcry geheel aan ftukken gc-
houwen , en zeer veelen der vechtende
Françoizen op de plaats geveld o f vlugten-
dc in de rivier gejaagd wierden. Dic waaren
de eerfte vruchten, die de Verbondenen
in Vrankryk van de Nederlandfche
hulpe pluktcn. Dc Hercog van Maijenne
vlugtte mct het overlchot naar Mante s ,
om de handen des Konings te ontkomen ;
welke zelfs hen dc grootheyd zyn c r
genade deed gevoelen , dic ftaande hec
laatfte gevecht dc wapcncn tcgens hcm
g e vo e rd , cn hem dc overwinning betwift
hadden : toc wier gedachtenis decs ( i r )
penning gemunt is.
, Bor
lederl.
Beroerten,
XXVIl.
boek,
fol. 20.
(ro)Meze-
ray Abr.
Chron.
tom.Vif.
( r .)P .G ,
Daniel
Hiß. de
France,
tom. Vf.
pag.liC.
De
1990.
D e v o o r zyd c bevut Iiet b o rd b c e ld van den Franfchen K o n in g , hebbende he t h o o fd m c t lalrf
ric r om w o n d cn , en den rand om zoom d m c t deeze ty te len ;
H E N R I C U S I V , F R A N C iæ E T N A V A R R æ
R e x C H R I S T I A N I S S i m u s .
H E N D R I K D E I V , H L L E R C H R I S T E L T K S T E K O N I N G
V A N V R A N K R T K E N N A V A R R E .
E cn wapenftaudaard van b e v o ch ten k r y g sm y g ftaat op dc ru g z y d e ,c n tu flchen dit o p fch r ift:
V I C T O R I A Y V R I A C A . i f p o .
rVRTSCHE OVERWINNING. ly p o .
(i)H.de
Groot
Ned. Hift.
fol. 157.
(ï)Bor
Nederl.
Beroerten,
XXVIII.
boek,
fol. 3.
verfo.
(3) H.de
Groot
Med. Hift.
fol.ij8.
Dees veldflag, lioewel in Vrankryk
voorgevallen , bcgunftigde echtcr nict
weynig dc Vereenigde G eweften, mids
Parma genoodzaakt was in ’t vervolg zyn e
benden van daar cn tot onderftand der verflaagenen,
op te ontbieden. Ondercuf-
fchen had Graaf Maurits, in ’c begin van
Bloeimaand met den v e ld to g t,en zich gc-
laatcnde vanNieumcgencc willeiiaantaftcu,
te gelyk ook de tot nogtoe geflooten gehou-
dcne toegangen naar Breda ( i ) gelukkiglyk
geopend. Sedert was h y met het puyk der
Staatfche benden in de Opperbecuw gc-
rukt, cn had recht tegenover Nieumegen,
om die ftad te benaauwen, eene fterke
fchans aan de overzyde der Wa ale, onaangezien
ccn geweldig fchieten u y t deftad,
i n ’c gezigc van den Graaf van Mansvelt
(2 ) en des zelfs leger geftichc cnvolcrok-
kcn.Midsdien dc werkliedenin’t opmaaken
zich mccft vanden nachten van blinden bedienden
, om niec tc veel aan ’t gefchut der
ftad tcn doele cc ftaan. D c grootfte fchaade
ondertuifchen leeden dc ftedelingen door
’ c omvcrfchicccn hunner h u y z cn , kerken
en toorens: zulks hen in hunne wooningen
de veylige ly fshocd c , cn genoegzaam
allc toevoer ce water bcnomcn z yn d e , z y
7-ich in dc uyterfte bcnaauwdheyd von-
dcu; en op dcezc w y z e Graaf Karcl van
Mansvcit, dien Parma geduurende z y n af-
weczen het beleyd over’t Spaanfche k ryg s volk
had(3)tocvcrtrouwd,genoegzaam dit
ganfchejaarbedryvcloos wierdt gehouden:
mids GraafMaurits,door zynebenden langs
den oever der Waale vau Bommel a f tot
Schenkenfchans te legeren, hera den over-
togc en te g elyk alle z yn e voorgenoomene
aanflagen iu dien oord belettede. T e rw y l
dic aan den kant van Geldcrland v oorv ie l,
wierdt door des zelfs Sraaten een Landdag
in de ftad T h ie l (4) tegens den achtften
van Hooimaand befchreeven ; om mids
het omkomen van den Graaf van Meurs,
tot her beroepen van eenen nieuwen Stadhouder
te crccden cn z y n jaargeld tc regelen.
B y algemeene ftemmen, deeze zaak
op den tweeden dag der aangevange vergaderinge
in overweeging zynde gebragt,
vondt men GraafMaurits daartoe verkooren:
waarvan hem door afgezondene Gemagtigden
aanftonds kennis wierdt gegeeven
, cn ’t berichtfchrift met de voorwaarden
zyncr aanneeminge ontworpen. Deeze
kcurde h y goed, nam de aangcboode
Landvoogdy aan, en deed ’er den ced op:
zulks de Algemeene Staaten hem daarvoor
erkcnden, dc (7 ) behoorelyke Volmagtsbrieven
deeden opftellen, en naar ’s Lands
gebruyk overhandigen. En dewyl door
dccze verheffing, naadat Maurits ook tot
Landvoogd (6) van OveryiTel in d itja a r
was verkooren, en in de vcrgadering der
Algemeene Staaten den behoorlykcn eed
(7 ) daarop hadde afgelegd ,alle dc voorige
verdeeldheden, tuiTchen dc onderlinge G e weften
ftaande hec ftaatsbewind van L e y çefter
ontftaan, nu volkomcniyk in dier-
L l l 11 i voege
(4) Bor
Nederl.
Beroerten;
XXVIII.
boek,
fol. 4.
(ff Bor
Nederl.
Beroerten».
XXVII.
bock,
fol. 33.
(6) Refol.
der Ge-
comm.
Raad. vail
Holl..
8 Feb.
1590. fol.
(7) Refol.
der Ge-
comm.
Raad.
van Holl.
17 Febr.
1590. foL
267,
f |
f'X
,
F t