lib. VIH.
verfu IIÖ.
(i> Bor
Ned. Ber.
X.boek,
fol. 124.
verfo.
I. Op de eene zyde van den gedenkpenning ziet men de Gercchtigheyd op eenen verheevcn
troon zitten, hebbende den Vreede aan haare rechter, cn den Overvloed aan haare ilinker zydej
ondcr dit omlchrift:
J U S T I T I A P A C E M , C O P IA M P A X A T T U L I T .
DE GERECHr iGl I E TD HEEFT D E N F R E E D E , D E F R E E D E
D E N OV ERV LOED AANGEBRAGT.
Op de andere zyde ftaat de praalende Vryheyd , hebbende in de flinker hand een zwaard en
palmtak; waar nevens men gebrokene ketens en kluyftei-s ziet. Haare rechter hand houdt eenen
Hoed boven eene Koninglyke kroon, die mct eenen olyf-of (i) vreedetak is doorreegen: vermids
de (2) Koning, op den zevenden van Grasmaand, dit getroffen verdrag te Madrit beveftigde.
Daar onder houden twee geftrengelde rechter handen, boven den Nederlandfchen Leeuw,
een hart, zynde het zinnebeeld der Eendragt, waar uyt de bekomen olyftak voortkomt; ’t gene
ook door dit bygeftelde omfchrift nog meer wordt opgeheldei d ;
V I N D I C A T A L I B E R T A S C O N C O R D I A . ifT?-
D E V R YH E Y D D O O R D E E E N D R A G T G E H A N D H A A E D . 1777.
II. De legpenning heeft op de voorzyde twee famengeftrengelde rechter handen, die tuflchen
(3) Ovidii twee (3) fruythoorns, zynde het zinnebeeld van den Overvloed , den (4) flange- o f vreede-
ftaf van Merkuur vafthouden. Welke dus genaamd is, omdathy Arkadie doorreyzendc twee
Y87 &88. vechtende flangen, met zyne roede tuflchen haar beyde te leggen, zoude gefcheyden en bevrec-
ö M ac ro! digd hebben. Het (4) omfchrift in den rand is dusdaanig:
bii Saturn,
lib. I.
cap. 19. C O N C O R D I A R E S P A R V Æ C R E S C U N T , 1777.
B O O R E E N D R A G T G R O E I J E N K L E I N E Z A A K E N . 1577.
, Op de andere zyde is de Aartsengel Michael in gevecht (f) met den draalc verbeeld; omdac
kap. xil. die Befchermheylig van (0) Bruflcl gehouden wordt, en dees penning tot gebruyk van de Re-
^'/gu'c ■ ^^ukamer dier ftad gemaakt is; als blykt uyt dit omfchrift:
Beär.der S U B D U C E N D I S R A T I O N I B u s C I v i t a t i s B R U X E L L e n s i s *
Nederl.
t e n D I E N S T E V A N D E R E K E N K A M E R D E R
STA D B R U S S E L .
Volgens dit a%ckondigde verdrag, on t-i dienfte zyncr Majcfte y t, in b e z it wicrdt
genomen. Desgelyks ontruymdcn ook
de overige Spanjaarfi alle andere fteden cn
hun
ledigden dc Spaanfche bezettelingen het
(7) Hooft ilot van Antwerpen, het (7) gene door
vendels Waalen, onder den nieuwen
Burgvoogd den Hcrtog van Aarfchot, ten
ftcrkten, die ze alsnog in Nederland i
geweld hadden, cn toogen alien naar den
kant
(ito Strada
debello
Belg. Dec.
I.pag-43^-
(ito Hooft
Med. Hiíí.
(3) Hooft
Meder!.
Hift.fol.
503-
i l f - ' m
(4) Hooft
Ned. Hift.
fol, 507.
(t) Meter.
Ned. Hift
fol.131.
vcrfo.
kant van ( i ) Maaftricht, dat hen rot algemeene
vcrzamelplaats was aangeweezen.
Hier wierdcn de gcvangeiis, die de ecn
van den anderen, ftaande de laatfte opftand,
had bckomcn, ter gocdcr trouwe uyrge-
wiftcld , den wegcrekkende benden haare
achcerftallige foldy betaald, en om die te
gelcydcn de Graaf van (2) Mansvek tot
bpperlcgerhoofd benoemd. Op den zcs-
entwintigftcn van Grasmaand braken eerft
de Spanjaards, toen de Italiaanen en ßour-
gondiers, zo o rc voet als ce paarde op,
ontledigden binnen drie dagen dc ftad
Maaftricht, cn namen hiuincn weg naar
’c land van Luxemburg; vanwaar z y (3)
voorts naar Italic toogen. Naa ’c vertrek
der Spanjaarden, ’t gcnc z ich niemand
had komicn inbcclden, deed Don Johan
op den eerften van Bloeimaand zyn e ftaatly
k e intreede cc Bruflcl, zynde door den
Hertog van Aarichot en een aanzienlyk
gezelfchap van Nederlandfchen Adel buyten
de ftad ingehaald en ontfangen. T cn
vierden dage leverdc h y zynen laftbrief
ov e r , cn (4) zw o c r , in tegenwoordigheyd
van des Pauzen en Keyzers G ezanten,
aan handen van den Biflchop van ’s Herto-
gcnbofch hcc Eeuwig gcbod, den Gentfchen
P a y s , alle vrydommen, rechten en
gewoonten deezer Landen te zullcn handhaaven
cn onderhouden. Waarop de G e magtigden
der Algemeene Staaten hem we-
clerom eed deeden, cn tot Opperlandvoogd
des Konings over hunne Geweften
aannamen. Hoc groote uycgelaacenheyd
van blydichap men alom onder de ingezee-
tenen befpemde, zo o wierden ’er echter
vericheydene luyden van oordeel en geleerdheyd
en ondcr deeze Viglius, diede
prächtige inhaaling van Don Johan (7) gezicn
had , gevonden, welke opcnlyk hun
wantrouwen wegens dc gcduurzaamheyd ■ ■
deezer vreugde betuygden. En o f fchoon
dcezc voorzcgging, ecr verloop van cene
maand, begoft vervuld te worden, zoo
zag de gemelde Viglius (6) daarvan geens-
zins den uytflag; vermids hy op den acht-foj '
ften dag daarnaa , in den ouderdom van
zeventig ja aren , het ftcrflyke afleyde.
Verfcheydene Geeftlyke geftichten ,
queekfchoolen, en huyzen tot onder- . „
houd van oude arme (7) mannen heefc de petrUe
overleeden van die gelden gemaakt, welke Script,
hem u y t zyn e Geeftlyke bedieningen waa-
ren opgekomen. De overige goederen, ^
door z yn c (8) geleerdheyd, arbeyd en pecride *
zorge vergaderd, z y n onder zyn e naaft- Scrig.
beftaande vrienden verdeeld: vermids h y pag.347:
b y Jakoba d’Amant zyn e Huysvrouw
scene kinderen geteeld had. H y was de
laatfte (9) gemycerde Prooft van SintBavo
te Gent; hoewel ook anderen w il le n , des Pais-
dat naderhand Maximiliaan ( lo ) van Mo-
rillon deeze eertekenen nog zoude hebben (10) San- *
bezeeten. Hoe h e t z y , ’c is zeker
Koning Philips, met toeftemmingen van
Kornelis Janlenius, eerften Biflchop van
Gent, eene geheel’ nieuwe Prooftdy
die kerke, ter benoeminge ( i i )d e sG r a a - Ep'ifc.tôni;
ven van Vlaandre, opgerecht, en toc die H.foi.51.
hoedaanigheyd Bucho van A y ta , die (12) Suffr.
Hoogleeraar (12 ) in de Godsgclecrdheyd,
Aartsdiaken ( 1 3 ) van Y pere en Ne ef van Frifiæ,
gemelden Viglius w a s, in ’c voorgaande
jaar benoemd heeft. Welke verandering Nederl.
ook oorzaak is , dac dees nieuwbenocmde
Prooft, hoewel eenen hoed met zcsquaf- foi. m*.
ten , geenszins echter eenen myter o f ftaf
op den volgenden legpenning komt ce voe- Ned. Hift.
ren. foWÿff
De voorzyde verbeelde ccn fchip, dat alsin behoude haven zynde, zyne zeylen cn ankers fchynt
tc laaten vallen; onder die opfchrift:
P O R T us S A L U t i s .
H A V E N D E R B E H O U D E N I S S E .
Wclke nict alleen het Land door ’t fluyten van den Gentfchen Vreede', maar ook zyn Oom (1^7 suffi,
bercykt had met het verzochte ontflag zyner ampten(i4)van den Koning eyndelyk te verkrygen; Petri de
of ook met het lecven, naa zyne wacht 200 lang waargenomen tc hebben, eyndelyk af te leg- |cripL
gen. Verder lecft men tot omfchrift; pag-34V
N n n 2 C A L -
iK :■ ^ \ ..