'(•• - 1
■Ì’ M ,
i r >ì
il
'! I
T jS f . Iir. De dcrdc eyndelyk hccft, rondom het Spaanfche wapenfchild, op de eene zyde dit kant-
fchrift:
V I V E D I E U E T L E R O Y D ’E S P A IN G N E . 84.*
L E E F E GOD E N D E K O N I N G F A N S P A N J E . 84.
Op dc andere zydc leeft men die om- cn opfchrift:
P H i L i i ’ p O R E g e H I S P a n i a r u m L U S I T A n i a P O T I T O ,
A L E X A N D E R P R i n c e p s P A R M a E T O R N A C U M .
S U B E G I T . 1781.
P H I L I P S K O N I N G F A N S P A N J E P O R T U G A A L H E B B E N D E
G E W O N N E N , H E E F T A L E X A N D E R P R I N S F A N
P A R M A D O O R N I K F E R O F E R D . 17S1.
Hcc mnysje, dac onder het opfchrift gezien wordc, is ’t merk van de muntkamer van Atrccht,
en herkomftig van Sinte Gecrtruyds ftaf, die een gedeelte (i) van het Biflchoplyke wapenfchild
van Atrecht is, cn altyd met vericheydene muyzen, die ’cr tcgens oploopen , verbeeldt wordr.
( i) Repref.
fi'État
Ecc). &
Sccul.dc
H.iinaut.
1582,.
(i) Ovidii
Fiftor. lib.
I.V .Ì7 . 8c
(3) Ovidii
Faftor. lib.
r-y. 43- &
44-
(4)Sueton.
C«f. cap.
40.
fj) Bonan-
ni Num.
Pontif. fol.
369.
(6)Sueton.
in Vila
Aug. cap.
31-
Ecr ik tot de voorgevallene zaaken
. van ’t jaar vyfcienhonderdtweeenrachcig
overgaa , dunkt my beft; vooraf van dc
verandering in dat jaar , o f (om bctcr
te zeggen) in de tydsrekening des zelfs
voorgevallen, te iprecken. B y verfcheydene
volken z y n verfcheydene tydsreke-
ningen in gebruyk geweeft, mids het eene
die naar den loop der Z onne , het andere
naar dien der Maaiie , o f n a a r ’t houden
van zekere fpelen cn plcgtigheden kwam
te regelen. Romulus, ftichcer van R o me
wilde dat het jaar u y t tien (2) maanden
zoude beftaan ; waarby Numa (3) nog
twee maanden en eenen dag gevoegd
h e e ft; zulks toen het jaar u y t driehon-
derdvyfenvyftig d ageii, zynd e ecn dag
meer als dat der Grieken, beftondt, Sedert
heeft Julius (4) C x fa r , te weeten in
het tweede jaar voor z yn e dood,’’ her jaar
mer nog tien dagen vergroot, en ghwild,
dar men ora het vierde nog ccnen dag zoude
meer teilen, om de zes uuren inrc haa-
Icujdie h y meende, dat dc Z on jaarlyks
nog meer, als de driebonderdvyfenzestig
dagen tot haaren omioop van noode had.
Zesendertig jaar daarnaa heeft z y n opvolger,
Ke yzer Auguftus, van nog eenige gebreken
, door her te vroeg ftellen van (7)
dien fchrikkcldag, cn her weder inkruy-
pen der voorige verwarringen {6) veroorzaakt,
de vierde verbetering g_edaan, die
federt wel rot dtt jaar toe was in ftand gebleeven
, doch door wclkc nogtans bet
(7'; Bor
Nederl.
Beroerten,
XVII.
boek, .
I0I.34.
^de wit naar wenfch nict was getroffen.
Want vermids ’er verfcheydene mi-
'niiuten, ofzeftigftc dcclcn van ecn uur, jaar-
Jyks meer, afs de Z on tot haaren otnloop van
noodc heeft, waarcngeteld geweeft, zoo
maakten deeze tc vcclgetclde miiumtcn(7)
door het groote verloop der jaaren, niec
allccn rccds verfcheydene uuren, maar
tien voile dagen uyc ; welke misrcke«
ning ccne groote verwarring in ’c viercn
van den Paafchdag cn andere zaaken in ’c
vervolg ftond te veroorzaakcn. Des was
ccne verbetering der cydsrckeningc noodig
; waarover de Roomfche Kerkvergadering
te Trente h.aare gedachten had laaten
gaan, en de uytvoering daarvau aan den
Paus bevolen. Gregorius de X I I I , die
thans die.waardigheyd bekleedde, riep tot
dat eynde eene vergadering van de geleerd-
fte lieden in die kcnniife te Rome byeen,
om eyndelyk op dit ftuk ccnen vaften voet
cc beraamen. Naa tien jaaren daar over te
hebben gearbeyd, wierdt her pntwcfp van
Antoni Libius voor goed gekcurd, en tien
dagen voor dc te veel getelde minuuccn
van d itja ar afgefneeden: zulks vOor den
elfden van Lentcmand (8) nu de eencn- (8) Bre-
twintigftc wierdt gefchreeven, en voor-
taan vaftgefteld, om zoodaanig verloop tc ejus pani*
weeren, dat om ’t vierde jaar, de Sprok-
kclmaand in plaatfe van achtentwintig dagen
, ^ ly k z e gewoonlyk h ccft, dan negen-
cwincig zoude bevatten. Doch ten aanzien
der honderfte jaaren, die dan altyd
volgens dccze fchikking fchrikkcljaaren
zouden w e e z en , was nogtans verftaan,
dat het om de vierde eeuw maar moeft
worden gehouden; znlfende • hcc eerfte
fchrikkeljaar mct 1 600, zynen aanvang hebben
; hec tweede mec hcc jaar 2000 , en
zo o vervolgens: waar door voortaan dc
zon altyd cn onvcranderJyk op den ecncn-
cwintigftcn van Lentcmand dc cvcnnachts-
lyn zoude doorgaan. T e r gedachtenis
van dat d ccze verbetering der tydsrekcnin-
gc door den Paus was beraamd , vind ik
deezen penning toc z yn c ccrc gemaakt tc
zyn.
Op
t e . ■
H I S T O R I P E N N I N G E N . IIII.
Zx-iLAcH
1782.
Op het voorftuk ftaat, rondom des Pauzen borftbeeld, in den rand dit omfchrift:
G R E G O R IU S X I I I , P O N T i f e x O P T im u s M A X IM U S .
. G R E G O R IU S D E X I I I , D E A L L E R B E S T E , D E A L L E R -
G ROO T S T E PAUS .
Op het ruggeftuk ziet men den kop van eencn ram met ftcrrcn bezaaid (door welks hemclste-
ken de. Zon in Lentemaand gaande de nachtscvening maakt) cn behängen met ccncn tros van pabricii
bloemen, binnen eene flang, die in haaren ftaart bytendc, hcc zinnebeeld desjaars ( i) , volgcns lib.II.tit.L
’t gebruyk der Egiptcnaaren is. Het bovcngeftelde opfchrift is dusdaanig; allul.i.
A N N O R E S T I T U T O . MDLXXXII.
H E T J A A R H E R S T E L D . 1782.
De verbetering der cydsrekeninge op
deezen voet dan zynde vaftgefteld, Iict dc
Paus door eene plegtige afkondiging rc
(’)Bonan- Rome (2) op dcii vierentwintigften van
P o S l die aan alle geloovigcu
371.' ' bekcndmaaken; mec laft, niec alleen aan
alle Geeftlyken der Roomfche kerke van
het houden der verfchrikkelcnde feeftdagen
daarnaar ce regelen, maar ook aan alle
Chriften Koningen, Vorften en Staaten
van tot der zelver invoering, zoo in de
daglyften van ftaar, als andere openbaare
fchriften hun hoog gezag tc leenen. G ro o te
gefchillen rcczeii ondertulTchen over
deeze invoering niec alleen tuiTchen de b y zondere
perfoonen wegens ’c verfchynen
van renten,betaalen van huuren, en andere
burgerlyke vcrbindteniflen die aan den tyd
cn zekere vcrfchyndagcn verbonden z y n ;
maar ook tuflchen dc Chriften Koningen en
Vorften. Vermids de Onroomfche Prinfen
en Staaten, eene zoodaanige verbece-
ring der tydsrekeningc, als van den Paus
afkomftig, niet wilden aanneemen. Dcc- ;
ze waaren dc Onroomfche Vorften v a n ’t
Duytfche r y k , de Czaar van Musko-
vie , dc Zwidcrs (3) , dc Koningin van
Engeland , dc Koningen van Denemar-
ke en Zweede , en in Nederland de
Staaten van Geldcrland, U y tre cht, Over-
yiTcl, Vriefland, cn Groeninge. B y de
Roomiche Vorften in tegendeel wierdt dc
nieuwe tydsrekening aangenomen , en in
alle de Ke yzerlyk e erflandcn, ganfch Italic
, Spanje,Vrankryk, Brabant,Vlaandre,
Arcoys , Luxemburg, Henegouwe, Limburg,
Mechelen, Holland en (4) Zeeland
op uytdrukkelyk bevel van den Herrog (7)
van Anjou, met het vieren (6) vandcnKers-
dag, ingevoerd. Hoe nu volgens deeze ver-
bccering het Gulden getal, SPaaßhfeeß, de
E p a lia , en de ouderdom o f dag der maand
beknoptelyk te vinden z y n , is op deezen
penning re z ien , wclke tot ecnen eeu-
wigdiiurenden Almanak, ,zo o naar denieii-
we alsoudc tydsrekening, hocwcl eerft op
laateren ty’-d door Niklaas Chevalier gemunt
is.
(3) Bor to
NcJcrl.
Beroerten,
XVII.
boek,
fol. 34.
(4) Rcfol.
derStaaten
van Holl.
14 Dcc.
1582. fol.
<80 en
581.
19 Dec.
1581. fol.
595-
(5) Strada
de Bello
Belg. Dec.
t e
(6) Bor
Nederl.
Beroerten/
XVII.
boek,
fol. 33.
verlo.
Dc buytenftc kringwyll in denniaften binnenkring het GnUen getal jaarlyks onverandcrlyk mct
H h h h z ddec
li Aa.
k b.
. !'
n
¥ ^
l , F :
te;
fii;.; '