ä , i
V 'f i k *
i ' '
■i¡
f 4 \ i iiUg :,'■ »(
i f í i j i , ' P i4
J - 82, II- De tweede penning heeft het zelfde raggeftuk, cn op hec voorftuk byna ook diergelyk
’ borftbeeld, als de voorgaande 5 binnen dit omfchrift in den rand:
F R A N C I S C U S , F i l i u s F R A N C i ® , F R A T e r U N I C u s R E G i s ,
D e i G r a t i a D U X B R A B a n t i ®.
F R A N C O I S , Z O O N F A N F R A N K R Y K , E E N I G E B R O E D E R D E S
^ K O N IN G S , D O O R G O D S G E N A D E HE R TO G
F A N B R A B A N T
III. De laatfte en kleynfte heeft op dc eene zyde de wapenfcliilden van Vrankiyk en Brabant
door ecncn band, binnen dit omichrift, ce lamen verknocht;
F R A N C O I S D e F R A N C E , D U G D e B R A b a n t . 1782.
FRANC .OI S F A N F R A N K R Y K , H E R T O G F A N B R A B A N T . 1782.
Op dc andere zydc ftaat wederom, om zyn gewoonlyk zinnebeeld, deeze fpreuk ;,
F O V E T E T D I S C U T I T .
Z Y K O E S T E R T E N F E R D R Y F T .
De inhulding aldus haar volle beflaghcb-
beude, kwam de Hertog van het tooneel,
belchreedt een wit Napels paard, en deed
met een prächtig g evolg van Franfche, En-
g e lfch e , en Nederlandfche Edellieden,
tuflchen de gewapende burgery, die ter
wederzyden van den weg gefchaard was,
Keyzers- o f Sint Jorispoort ( i )
foi.807. zyn e ilaatlyke intreede binnen Antwerpen.
H y rcedt langs de voornaamfte
ftraaten dier ftad ondcr ecnen hcmel van
goud laken, door zes Antwerpfche Edcllie-
dengedraagen. In ’ t voorbytrekken wierdt
h y alom van de toegevloeide menigte mer
een fchirerend handgekiap, en algemeene
vreugdegalmen, als de verlofler van’tonder-
drukte Nederland, begroec en verwelkomd.
Waarvan hy ftraks den voorfmaak wilde
doen genieten met aan twee- o f driehon-
(1) Hooft derd gebannenen om ( z ) misdryf vergif-
HoUoi. verleenen: Die alle met ontbloote
80S. hoofden, aau een touw gekoppeld, tot
teken zyner beweeze genade, achter den
nieuwen V orft onder’c uytroepcn zyn s lofs
den fteep volgdeu. De zeegeboogen, ftcl-
laadjen, opfchriften, vertooningen van lee-
vende en andere zinnnebeelden, flaande op
de hoope zyner heyizaame regeeringe,
waaren menigerleye, zo o in uytvinding
als bediediel, en I’chitterden door den glans
der byfieraaden, waaraan noch kofte noch
vernuft gelpaard was. Met het vertoeven
aan elk (3) to o n e e l, daar dan de trompetten,
kromhoorns, en ander fíuytípel
zich vrolykliecen-hooren, w a s ’t avond,
eer h y aau Sint M ich ie ls , tot z y n ve rbly f
gefchikt , geraakte. On be fch ry ve lyk ,
voorwaar, was de vreugde, d ied e Nederlanders
b y deeze inhaaling lieten blyken,
mids ieder zich nier als ruft, en eene guide
eeuw, ftaande z yn e regeering beloofde .
waardoor de oude luyfter des lands weder
ftondt als herbooren te worden, zoo fleches
z y n eerfte y v e r , door’t maatigen en voor
z ich ÍÍ Ä/>«,vandezydeder inwoonderen
wierdt beantwoord. Het welke de zinfpeeling
is van deezen legpenning, gemunt inde
eerfte hoope zyn e r gelukkige regeeringe.
- j - i-ic.
(3) Bot
Nederi
Beroeitto,
XVH.
boek,
fol. J.
vcifo.
o p de cenc zyde ziet men Nederland in de gedaante van eenen gckroonden man mismoedig,
en als overilolpt van druk , op de aarde zitten > doch door cencn tweeden, die uyt den Hemel
komende het zinnebeeld van den nieuwen Landshecr is, met de hand en dit aanmoedigende
opfchrift opgcbeurd worden:
R E N A S C E R E b e l g i a . 1782.
PVORD H E R B O O R E N N E D E R L J N D . i ß i .
Op
Opde andere zydc ftaat eene opgerechte wapenzuyl, aan wier rechterzyde de Voorzigtig- ' j S z .
hcyd, houdende in de eene hand eenen ftandaard, en in de andere eene flang,gezien wordt,even
als de Gclykmaatigheyd aan de flinkere zyde, die eene pyl en pen voertj onder dit byfchrift:
T E M P E R A N D O e t p r o v i d e n d o .
D O O R TE M A A T I G E N E N F O O R Z I C H TE Z I E N .
Wclke middelen de uytgeevers van deezen penning als de naaile en zekerlle aanzagen, om in
Nederland eerlang eenen zeegellandoard van heerlyke overwinningen te zien oprechten. Bchal-
vcn dcczcn legpenning, worden ook nog de vyf volgende gevonden, die in dit jaar en den ecr-
ilcii yver der Nederlanderen tot hunnen nieuwen Vorll zullen gemunt zyn.
I. Dc eerile heeft, rondom het gcharnafte borftbeeld van den Hertog van Alcncon, dccze ty-
tcls op de voorzyde tot randfchrift :
F R A N C O I S , D U G D ’ A N J O U E T D ’ A L E N C O N ,
F I L Z D E F R A N C E . ^
F R A N C O I S , H E R T O G F A N A N J O U E N A L E N C O N ,
Z O O N F A N F R A N K R Y K .
Dc loigzyde verbeeldt zyn gewoonlyk blazoen, met deeze byfpreuk:
F O V E T E T D I S C U T I T .
Z Y K O E S T E R T E N F E R S T R O O I T .
II. Dc twecdc is van de zelfde grootte als de eerfte en heeft maai- kleyne verandering ten aanzien
der klcedmge v an ’t borftftuk.
III. Op de eene zydevan den derden, ftaat de Hebreeuwfche naam J E H O V A H , £ Ä F,
binnen ccncn ring, door twee geltrengelde handen te lamen geflooten , cn hebbbendc tot omichrift
deeze woorden :
P R O C H R I S T O , L E G E , E T G R E G E . 1782.
F O O R CHR I S TU S , D E Î FET , E N D E K U D D E . 17S2.
l i i i 2 o p
A i . i i