.g de Punifche fyferletteren aan, even als met dc Romeynfche tallettcren de Epafila, o f ouderdom der
manne cn ’t begin van ieder jaar> als men van i6 o o ,o f 1700,o f 1800. meteen voorttclc, toc dat
jaar, wiens Gulden gctal o f Epafta men bcgecrt te weeten. By voorbeeld, om die in ’t jaar
1717. t cw c c t cn , moet men van 1700. met een tot i f inden buytcnilen kring voorttellen, en
danzai men in den tweeden bevinden , dat het Gulden gctal 6 , en dc ouderdom der maane
X X V I is. Waardoor men dan ligtelyk in de overige kringcn Paafche cn de andere verfcliuyven-
de fecftdagen kan ontdekken. Dus om by voorbeeld ook te konnen weeten, wanneer hec in ’t
voornoemde jaar 171 f . Paafchc gcwccll is , moet men inden derdcn kring, waar voor Epafta
ilaat, den ontdekten ouderdom der maane, zynde de uycgevondc X X V I , zoeken, cn vandaar in
den vierden kring der dngcuDynsdag, met wclken hctjaar 1717. is begonnen} waaronder in den
vyfdcn kring mct Punifche tallettcren 21 ftaat gefchreeven; tòt bcvvys dat bcc Paafchfceft, den
21 dag van Grasmaand is gehouden geweeft.
Om mi ook tc weeten met wat dag het jaar 17 17 . zyn begin heeft genomen gehad, zoo dient
de andere zydc des pennings gebruykt tc worden} teilende in den buytenften kring van 1700. tot
vyftien raet ecn v o o r t } en dan zal men daaronder in den tweeden kring ontdekken dat die een
Dynsdcig geweeft is. Het gene, volgens hot daarin bevatte vierkant, cencn vaften voet geeft
om ook alle de andere dagen der volgende maandcn te konnen weeten. Want daaruyt vo lg t ,
dat de 1 , 8 , 1 7 , 22.cn 29. van Louw - en Wynmaand} gelyk ook de 2 , p , 16 , 23. en 30.
van Gras-cn Hooimaand alle DynsJagen geweeft zyn , cn zoo vervolgens ook tcn aanzien der
andere maanden , zoo als het overige v a n ’ t vierkant uytwyft.
( i ) Larrey
Hill, d’A n g
le t . fol.
351.
(2) K ant-
tekening
op de
Refol.
derStaaten
van Holl.
JO Febr.
i j S i . f o ) .
JI*
Met her begin van die verbeterde ja ar,
ftondt ganfch Nederland als ingcfpanncn
door ’c verlangen naar de aanftaande overkomft
van den nieuwen Landsheer uyt Engeland.
Vanwaar men nu zekere tyding
had, dac zyn c ondernome vryaadje geheel
terugge lie p , en h y genoegfaam buyten
hoope was, v a n ’tgemoed ecner ftaarkun-
digc Koninginne tot zyn e liefde te zullen
können hcwcegen. Des vcrliet h y dat ryk
iu her begin van Sprokkeimaand, naa een
ve rb ly f van omtrent drie maanden. Koningin
Elizabeth deed hem uytgeleyde toc
Kanterbiiry, nam aldaar haar affcheyd, en
(1 ) lie c hem over aan cen heerlyk gevolg
van den eerften Adel en de voornaamfte
Heeren haars r y k s ; die laft hadden om
hem niec allccn toc aan Docvre te geley-
den, daar h y zich infcheepte, maar z e lf
roc in Nederland te verzellen. Tw e e dagen
naa z y n t’fchecp gaan , te weeten op
den tienden der zelfde maand, ftapte hy
(2) te VliiTmge aan land. Hier ontfingen
hem de Prinien van Oranjc, Efpinoy, en
de andere hoofdtakken des Nederlandfchen
aller vreugde, achting cngehoudcnis. Dc
toevloed der nicuwsgierige gemeente was
zo o groot, dat men ’c quaad genoeg had
om door den drang op het Raadhuys tc
komen , daar hy o p ’t hcerlykftc eu tot
gemeene koften onthaald w ic rd t, cn des
nachts z yn e ruft nam. Het gefchal van
trompetten cn trom m c ii, de klank der
klokken, en gedonder v a n ’t afgelchooten
grofgefcbut en handgeweer, was by deeze
outfangenis zo o g r o o t , dat (gelyk eenigen
(3) willen) hec ce Kales in Vrankryk gehoord
wicrdc. ’s Daags daaraan ging h y , vcr- Beroerten,
mids de weg doof ’c vriezen glibberig w a s ,
te voet naar Middelburg, wiens Magiftraat fo].,.’
hem op hec derde van den weg ontmoette, verfo.
cn mec cenc beleefde aanfpraake verwel-
komde. Het zelfde deeden ook de Staaten
van Zeeland, en de Gemagtigden van
die van Brabant en Vlaandre. Met een
woord, niecs wicrdc’ er vergeeten, ’tgene
bequaam fchcen om de vreugde uyc re
drukken, welke men in Nederland w ^ en s
z yn e behoude aankomft had opgevat. Die
ook onder andere aanleydinge tocher munadeJs
mec cen ovcrtuygend bewys van hun ' ten van deezen legpenning heeft gegeeven.
D c cene zyde vocrc het gcharnafte borftbceld van den aangclanden Vorft } binnen den zoom
deezer tytelen ;
F R A N c i s c u s , F i l i u s F R A N c i ® , F R A t e r U N I C u s R E G i s ;
D e i G r a t i a C O M E S F L A n d r i ®.
F R A N C O I S , Z O O N F A N F R A N K R Y K , E E N I G E B R O E D E R D E S
Ì ’
K O N IN G S , D O O R GODS G E N A D E G R A A F F A N F L A A N D R E .
Op
H I S T O R I P E N N I N G E N . lllI.B oek . jb ij
Op de andere zyde ziet men eene g a lcy , wier zeyl met Franfche lelien bezaaid is , op de Hier-
plecht a a n ’t rocr den Hertog van Anjou en op den voorftcven cencn blaazenden trompetter. — -
Zynde de nmd omzoomd met deeze woorden :
A D V E N T U I D U C I S F E L I C I S S I M O . 1782.
OP ' S H E R T O G E N Z E E R G E L U K K IG E A A N K OMS T . 1782.'
t e
ikrocrteii;
XVII.
boek,
fbl.3*
(1) Hooft
Nederl.
Hift. fol-
806. ■
■ Als nua ch tdagcnin’t bedryven vanvee-
lerhande vrolykheden in Zeeland ( i ) waaren
gefleetcn, is Anjou den negentienden
der zelfde maand van Lillo te Ichcep naar
Antwerpen vertrokken, en voortgeftuuwd
door eenen goeden wind omtrent tcn ache
uuren aldaar aangekomen. I n ’t dorp K ie i,
ecncn buflchooc boven die magtige koopftad,
trade hy te land, wicrdc door de
Sraaten van Brabant verwelkomd, en naar
hec eeitoohecl g e le yd , ’c gene was opgerecht
tegenover den (2 ) hoek,daar dc veften
der ftad zich aan die van den burg
hechcten, cn beyde zeer fraai te aanfchou-
WCQ waaren. A ls dc Hertog g ezeeten ,
z y n g cvolgaan cwecentcr wederzyden ge-
gefchaard w a s , en de Staaten van Brabant
door den mond van hunnen Griffier A n dries
Heflels hunne aanlpraak gedaan hadden,
wierdt hem dc gewoonlyke eedvoor-
gc le ezen, dien h y in dc Franfche taal afleyde.
Deeze verzckerdheyd van des
Hertogen zyd e zynde gegeeven, wierdt
h ym e t den Hertoglyken mantel en hoed,
die van rood karmozyh fluwcel, cn van
binnen met hermynen gevocderd waaren,
door den Prins van Oranje plegtiglyk verfierd,
en als Hertog van Brabant begroet.
In welke hoedaanigheyd alle de Leden der
Staaten van Brabant (3) insgelyks den eed (3) Bot
van gehoorzaamheyd aan hem afleyden.
Sedert wierdt h y ook tot Markgraaf des x vii.
Heyligen ryks en van Antwerpen met de-
gewoonlyke plcgtigheden ingehuld, welke
niec zoodra waaren voltrokken, o f de Brabantfchc
Herotidcn verhieven hunne ftemmen,
en riepen in ’c Franfch : lang leeve
de Hertog van Brabant en Lotteringe! T c -
vens (4) ftak de klank der trompetten o p , (4) Hooft
en wierp men onder de omftaanders de voi-
gende goude, zilvere en kopere ftrooipen-
niiigcn.
i. D c eerfte voert op dc voorzyde Anjous borfteeld verfierd met den Hertoglyken mantel en
mutS} in den rand leeil men deeze nieuwe tytels;
F R A N c i s c u s , F i l i u s F R A N c i ® , F R A t e r U N I C u s R E G i s ,
D e i G r a t i a D U X B R A b a n t i ®.
F R A N C O I S ; Z O O N F A N F R A N K R Y K ; E E N I G E B R O E D E R D E S
k o n i n g s , D O O R GO DS G E N A D E HER TOG
F A N B R A B A N T .
Op de achterzyde ftaat zyn blazoen o f zinnebeeld, zynde eene Z o n , die, naa ’ t verdiyvcn der
Wolken, het aardiyk raet haare ftraalen koeftert} onder deeze byfpreuk:
I. Lfleet.
F O V E T E T D I S C U T I T . 1782.
Z Y K O E S T E R T E N F E R J A A G T 1782.
JT. Dc
" r i i':
- ' - ' 1
¡to. Ú
f i F
■■ 'i j
' rii
It