
 
		STIJ.LEN  OCEAAN.  [A p r il  1777.] 
 V I E R D E   H O O F D S T U K . 
 Onderhandelingcn  met  de  inboorlingen  van K q-  
 mangQ  en  andere  Eilanden.  Aankomst  te  
 Annamooka.  Verrigtingen  aldaar,  f e e *  
 wo u ,   een  voornaam  Opperhoofd  van  Ton-;  
 gataboo  koomt  ons  bezoeken.  Z ijn   onthaal  
 Op  het  eiland  en  aan  boord.  Diefachtigheid  
 van  de  inboorlingen.  Korte  befchrij-  
 ving  van  Annamooka.  Overtogt  van  dat  
 eiland  naar  Hapaee. 
 Z 00  dra  wij  ten  anker gekoomen  waren,  roei»  
 den  ’er  twee  kanos,  de  eene  met  vieren  de  an-;  
 dere  met  drie mannen,  naar  ons  toe,  en  kwamen  
 zonder  de  minfte  aarfeling  aan  het  fehip.  Zij  
 bragten  enige  kokos - noaten  ,  brood - vrugten,  
 plataanen  en  Anker-riet  mede,  die  zij  hij  ons,  
 voor nagelen  vermangelden.  Een  van  de  mannen  
 Rapte  over,  en,  toen  deeze  kanos  ons  verlaaten  
 hadden,  kwam  ons  eene  andere  bezoeken,  doch  
 bleef  niet  lang,  alzoo  de  avond  begon  te  vallen.  
 Komango,  het  naaste  eiland,  was  ten  minften  
 vijf Engelfche  mijlen  van  ons,  waaruit  blijkt  hoe  
 veel  dit  volk  durfde  waagen  om  enige  van  onze  
 kleinfle  beuzelingen  te  bezitten.  Behalven  dee-  
 zen  voorraad  van  land,  vongen  wij  in  den  avond 
 F  5  met