
 
		>4  [Jan.  i^ 9 ’l   REIZE  na a r   den 
 ren  bevonden.  Hij  bleef  tot  omtrent  tien  uuren  
 aan  boord,  wanneer  hij  naar  het  dorp  Kowrowct  
 terug  keerde. 
 Den  volgenden  dag,  omtrent  den  middag  ,  
 vertrok  de Koning  in  eene  groote  kano,  van  twee  
 andere  verzeld,  in  volle  flatie  van  het  dorp  en  
 roeide  naar  de  fchepen.  Hij  maakte  eene  groot-  
 fche  en  pragtige  vertooning.  In  de  eerile  kano  
 waren  t e r r e e o b o o   en zijne bevelhebbers, met  
 hunne  rijke  mantels  en  helmen  van  vederen  gekleed  
 en  met lange fpeeren  on  dolken  gewapend»  
 de  Opperpriefter  en  zijne  medebroeders  met  
 hunne  afgoden  op  rood  doek  geplaatst.  Deeze  
 afgoden  waren  borstbeelden  van  eene  reusachtige  
 grootte,  van  teen-werk  gemaakt,  en  fraai  met  
 kleine  vederen  van  verfchillende  kleuren  bedekt,  
 die  op  dezelfde  wijze  als hunne mantels  bewerkt  
 waren.  Hunne  oogen  waren  gemaakt  van  groote  
 paerl  oesters,  met  eene  zwarte  noot  in  het  midden  
 ;  hunne  monden  waren  met  eene  dubbele  
 rei  honden - tanden  bezet,  en,  zoo  wel  als  de  
 overige  trekken  van  hun  gelaat,  op  eene  vreemde  
 wijze  verwrongen.  De  derde  kano  was  
 gelaaden  met  varkens,  en  verfcheiden  foorten  
 van  vrugten.  Terwijl  zij  voortvoeren,  zongen  
 depriefters in de  middenfcekano  zeer  plegtig hunne  
 lofzangen,  en,  na  het  fchip  rond  gevaaren  te  
 zijn,  voeren  zij,  in  plaats  van  aan  boord  te. 
 ■ ■ i