
 
		Kruidkundigen  meenden  dat  het  eene  fbort  van  
 varen  was. 
 Thans  zai  ik,  overeenkomfïig  de  door Kapitein  
 cooK  tot  hier  toe  gevolgde  gewoonte,  een  uittrek  
 zei  geeven  van  de  llerrekundige  waarneemin-  
 gen,  die  in  de  Karakakooa - Baai  gedaan  zijn,  
 om  derzelver  breedte  en  lengte  te  bepaalen en om  
 den  gang  en  miswijzing  van  den  tijd-wijzer  te  
 vinden.  Ik  zal  ’er  de  gemiddelde  afwijking  van  
 het  kompas,  het  duiken  van  de  kompas-naald,  
 en  eene  tafel,  van  de  breedte  en  lengte  van  de  
 Sandwich - Eilanden  bijvoegen« 
 De  Breedte  van  de  plaats  der  
 waarneemingen,  afgeleid  uit  
 middags  zenith  afftanden  van  
 de zon, elf Herren ten Zuiden ,  
 en  vier  Herren  ten Woorden,  
 van  het  zenith.  .  .  .  19*38*  V N . 
 De  Lengte  van  de  plaats  der  
 waarneemingen,  afgeleid  uit  
 tweehonderd  drie  en  vijftig  
 reekfen  van  waarneemingen  
 op  de  maan;  elke  reeks  be-  
 ftaaode uit zes waargenoomen  
 afftanden  van  de maan  van  de  
 zon  of Herren;  Hechts  veertien  
 van  die  reekfen  wierden  
 op  de  plaats gedaan, daar onze  
 tenten  met  de  werktuigen  
 Honden,  terwijl  honderd  vijf  
 reekfen  gedaan  wierden  terwijl  
 wij  voor Owhyhee  kruisten  
 ,  en  honderd  vier en  dertig  
 reekfen op  A t ooi en Onee-  
 heow,  en  alle  wierden  tot de  
 plaats daar  onze  tenten  tot  de  
 waarneemingen gefchikt Honden  
 overgebragt door middel  
 van den  tijd-wijzer.  .  .  .  204°  o'  o"  O. 
 De Lengte van  de waarneeming-  
 plaats  volgens  den  tijd-wijzer  
 ,  op  den  negentienden  
 Januafy  1779,  volgens  des»  
 zelfs  gang,  gelijk  die  te  
 Greenwich  bevonden  wierd,  214  7  O. 
 De Lengte van de waarneeming-  
 plaats  volgens  den  tijd-wijzer, 
   op  den  negentienden  
 January  1779,  volgens  des-  
 zelfs  gang,  op  verfchillende  
 plaatlèn  verbeterd,  en  laat$t-  
 lijk  in  de  Samganoodha-  
 Haven  aan  Oonalashka*  .  203  37  22  O. 
 De  tijd-wijzer verloor  dagelijks  
 op  den  middelbaaren  tijd  
 9*,  6;  en  op  den  tweeden 
 Fe