„ waaren, en dat hij eindelijk geen voedzel voor
„ zijne honden meer hebbende, veele van dezelve
„ geftorven waren, hetgeen hem genoodzaakt
„ had terug te keeren.”
Behalven deeze bewijzen , welke bijgebragt
worden op de onderftelling dat het ijs in deeze
zeeën uit de rivieren koomt, zijn ’er andere, die
groote reden geeven om de waarheid van de onderftelling
zelve verdagt te houden. Kapitein
e o oK , wiens gevoelen omtrent de vorming van
het ijs voorheen overeenkwam met de gedagten
van diegeene, welke wij nu tegenfpreeken, vond
op deeze reis genoegzaame reden om van meening
te veranderen. Wij vonden de kust van beiden de
vaste landen laag, met eene diepte die naar de kusten
trapswijze verminderde en eene treffende gelijkenis
tusfchen die beiden, hetwelk, gevoegd bij de be-
fchrijving, welke de Heer h earne van de Koper-
mijn-Rivier geeft grond oplevert om te gisfen dat
alle de rivieren, die van het vast land van Amerika
zig in de I j s - zee ontlasten, van denzelfden
aart zijn met die aan de zijde van Afia, die be»
fchreven worden als zoo ondiep aan haaren mond,
dat zij Hechts door kleine vaartuigen kunnen be-
vaaren worden, daar het ijs, dat wij gezien hebben
, zig boven de oppervlakte der zee verheft
tot eene hoogte , die de diepte deezer rivieren
evenaart, zoo dat deszelfs geheele dikte ten min-
ften tien maai grooter moet wezen.
De
De weetgierige Leezer zal hier ook natuurlijk
eene andere omftandigheid in aanmerking neemen,
die zeer onbeftaanbaar fchijnt met het gevoelen
van hun, die denken dat ’er land nodig zij om ijs
te vormen; ik meen den verfchillenden ftaat van
de zee bij Spitsbergen en ten Noorden van
Eeerings-Straat. Zij moeten verklaaren hoe het
koome dat op de eerfte plaats en in de nabijheid
van veel bekend land de zee - vaarer jaarlijks door-
dringe tot bij de 8o° Breedte, terwijl aan de andere
zijde zijne uiterfte pogingen niet in ftaat zijn
geweest hem verder dan 7 10 te brengen, alwaar
daarenboven de vaste landen omtrent Oost en
West van malkanderen wijken en daar men nog
niet weet dat land beftaat bij de pool. Tot meerdere
voldoening van den Leezer op dit ftuk zal ik
vrijheid verzoeken om hem te mogen verwijzen
naar de waarneemingen op zijne reize rondom de
waereld gedaan door Doflor f o r s t e r , ( * ) daar
hij de vraag over de vorming van het ijs ten volle
en voldoende zal beredeneerd en de onwaarfchijn-
lijkheid van open zee bij de pool door eene menigte
krachtige redenen zal bewezen vinden.
Ik
Waarneemingen over de Aardrijkskunde, de Na-
tuurkunde, den aart en de zeden der menfchen door
j- r. f o r s t e r , Leer aar dn de Rechten, Geneeskunde,
Wijsbegeerte enz., verzameld op zijne Reize om de u>ae»
re ld, met aanmerkingen van G. f o r s t e r , H a a r l. 1 7 9 9 .
b la d z . 81 en volg.
C c 5