
 
		gedraagen  wordt.  Zij  beftaat  uit  de  dunfle  en  
 fijnfte  foort  van  doek,  verfcheiden maaien  óm  den  
 middel  gewonden  ,  en  tot  op  de  beenen  neder-  
 hangende,  zoo  dat  zij  naar  eene  korte  vrouwen  
 onderrok  gelijkt.  Haar  hair  is  van  agteren  kort  
 afgefneden,  en  naar  vooren  opgeftreeken,  gélijk  
 de  gewoonte  is  onder  de  Otahitiers  en  Nieuw-  
 Zeelanders,  die  alle  in  dit  opzigt van  de  vrouwen  
 op  de  Vrienden^Eilanden  verfchillen,  die  haar  
 hair  lang  draagen.  Wij  zagen  egter  eene 
 vrouw  in  de  Karakakooa-Baai,  welker  hair  op  
 eene  zeer  zonderlinge  wijze  gekapt  was;  het  was  
 van  agteren  opgeflaagen  tot  over  het  voorhoofd  
 en  dan weder naar  agteren  omgevouwen,  zoo dat  
 het  het  aangezigt  overfchaduwde,  gelijk  een  
 mutsjen  met  een  klep. 
 Haare hals - kettingen  zijn  van fchulpen,  o f van  
 eene harde,  blinkende,  roode  bezie  ( f )   gemaakt,  
 en  zij  draagen  daarbij  ook  flingers van  gedroogde  
 bloemen van  de  Indiaanfche Maluwe,  en  nog  een  
 ander  fraai  verfierzel,  eraie  genaamd,  dat  gemeenlijk  
 om  den  hals  gedaan  wordt,  maar  fomtijds  
 als  een  flinger  om  het  hair wordt gebonden 
 en 
 ,  (Y)  N i e t   a l l e ,   m aa r   f le c h t s   d e   v o o rn a am f te . 
 G.  FOKSTER. 
 ( t )   M i s f c h ie n   d e   b o o n e n   v a n   d e   abrus precatoria,  o f   
 r o o d e   w e e g -   o f   w e e s b o o n t je n s   ,   d ie   d o o r   o n z e   v r o u w e n   
 o o k   g e d r a a g e n   w o r d e n . 
 en  fomtijds  op  beiden  deeze  wijzen  te  gelijk  gedraagen  
 wordt,  gelijk  aan  de  afbeelding  van  de  
 vrouw  van  de  Sandwich-Eilanden  Pl.  CXXI**  
 kan  gezien  worden.  Het  is  een  wrong  van  de  
 dikte  van  een  vinger,  op  eene  aardige  wijze  van  
 zeer  kleine  vedercjens  gemaakt,  zoo  digt  in  een  
 geweeven, dat  de  oppervlakte  zoo  glad  is  als  die  
 van  het  rijkst  fluweel.  De  grond was gemeenlijk  
 rood  met  beurtelingfche  kringen  van  groen,  geel  
 en  zwart.  Haare  arm-ringen,  die  ook  van  eene  
 groote  verfcheidenheid  en  van  zeer  bijzondere  
 foorten-waren  ,  zijn  reeds  befchreven  geworden. 
 Op Atooi  draagen  fommige  vróuwen  kleine  afbeeldingen  
 van  fchildpadden,  net  van  hout  o f  
 yvoir  gemaakt  ,  welke  aan  haare  vingeren  
 wierden  gebonden  op  de wijze  als wij  ringen draagen. 
   Waarom  dit  dier  dus  bijzonder wordt  onder-  
 fcheiden  laat  ik  voor  de  gisfingen  der nieuwsgierige  
 over.  Zij  hebben  óok  een  verfierzel,  van  
 fchulpen  gemaakt,  in  reien  op  eenen  grond  van  
 flerk  netwerk  vast  gemaakt,  zoo  dat  z ij,  als  zij  
 bewoogen  worden,  tegens  elkanderen  kletteren,  
 welke  de mannen  en  vrouwen,  als  zij danfen,  om  
 den  arm  of den  enkel of onder  de  knie  aanbinden.  
 Zij  gebruiken in plaats  van  fchulpen  fomtijds  honden 
 V e r g e l i jk   X   D e e l   b la d z .  3 6 1 . 
 O  a