Afdeel.} vormig Piekachtig vyfkwahhig effènrandig\
Hoofd- f® Bladjieelen glad,;
STUK.
Miltkruid, De driekantige figuur der Bladen, diete-.
vens van onderen gekwabd zyn , onderfcheidtj
deeze Soort , welke van ouds den naani Hemionitis
gevoerd heeft; waar ik voorheen van
* Bladz.fprak** Het groeit in Italië, van waar C l u ;«
s i us een Plant bekomen faadt, welke te Ro-»
me, uit de Puinhoopen van zekere Schouwplaats,
door zynen Vrind was uitgerukt. Dat
zy ook in Spanje groeij.e , daar van vind ijf
geen blyk, veel minder, dat het'in de Wes-»
telyke deelen van Engeland voortkomen zou.,
gelyk DoDONéus zegt ( * ) , G e r a r d ,
niettemin, vondt het by Marfeille, in Pro-!
vence. Gl u s i u s befchryft het dus.
, , De Bladen , niet meer dan vier Vinger-»
„ breedten lang, drukken de figuur uit vap
,, een Zwynfpriet-Yzer, hebbende vanonder
„ een dubbeld uitftek en aan ’t end gefpits?
3, zynde. De binnenvlakte is donker groen.
- , , maar de buit-enfte met feheeve Streepjes ,
» ter
(" ) Clusius verhaalt, dat de Plantjes uit Engeland ,
welke hem door L obel voor Hemionitis toegezonden wa-
ren, na verloop van twee Jaaren in Hertstong met ge-
fnipperde Bladen verwandelden. Dat van Rav evenwel ,
door L uid op 't Eiland Man aan den Zeekant waargenomen,
fcheen te veel daar van te verfchillen. Hy noemde
het Hemionitis pumila trifolio, vel qumquefolia moritima,
Yid. Synops. Stirp, Britann% 1690. p. 26. et figur, in Tabula.
„ ter’ wederzyde van de Rib, getekend, even v iï.
„ als in het Gemeene Hertstong, en gelyk Afdeel.
„ hetzelve van een wrangen opdroogenden Hoofd-
„ Smaak. De Wortels zyn zwart en Veze-Miltkruid,
„ l i g , hoedanig ik dezelven befchouwd heb,
3, (en men nog kan zien) in de echte fiemi-
,, onitis, welke de zeer vermaarde en geleer-
,, de Geneesheer H i p p o l y t u s S a l v i a -
3 , nüs van Rome gezonden heeft aan den
,, doorlugtigen Heer J . d e B r a n c i o n , van
„ wien zy nog in een Pot levendig gehouden
„ wordt.’*
Of men door deeze Echte een andere ver-
flaan moet dan de voorgemelde, en welke van
de twee, by Do o oNéu s afgebeeld, is my
duifter, en mooglyk onzeker in deeze kleine
Plantjes, die misfchien door de Groeiplaats
alleen verfchillen van de volgende Soort.
L (3) Miltkruid met het Loof eenvoudig, Hart-, UI,
vormig Tongagtig efenrandig; de Blad^s£ "
■ jH ft eden ruig. drtmn.
^ etong.
(3J Asplenium Frond. fimpUcibus Cqrdato - Lingulatis
hntegerrimis; Stipitibus hirfutis. Sp, Plant. N. 3- Gort.
Belg. 11. p. 278. Goüan Monsp. 525. Asp!. Frond. En-
hform. integris &c. R. Lugdb. 498. Hort, Cliff, 474.
Mat. Med. 481. Fl. Snee. 843 , 941- Dalib. Par. 310.
H all. Helv, inchoat. 111. p. ~la, 11. Lingua Gervina
Officinarum. C. B. Pin. 353* Fhyllitis. Cam. Epit. 579.
Scop. Fl, Corn, 191. L ob. Pc. 805, Doo. Pempt 464.
Kruidb,
H 5