X»
ASDllEl.
m.
Hoofd- i t t H O O F D S T U K .
STUK.
Befchryving der P a d d e s t o e l e n die geen
Hoedjes hebben, tot welken de Netvormige,
Tolachtige , Beker Knods- en Stuifzwam»
men , ah ook het Schimmel, t'huis gebragt
zyn.
Van geheel verfchillende Geftalte komen
deeze voor, gelyk uit de befchryving
zal blyken.
C l a t h r tt sï Netzwam.
Een rondachtige Kampernoelie of Padde-
ftoel, die als met Roofterwerk getralied is of
Netswyze bekleed , maakt de Kenmerken van
dit Geflagt, ’t welk met het voorgaande na*
verwant is , bevattende de volgende Soorten.
l.
Clathrus
cancellatus.
Getraliede.
( i ) Netzwam, dieongefieeld is en rondachtig.
v Iü
x'sClathruS acaulis fubrotundus. Sijft. Nat. Veg. XIM.
a. 12X3- S p. x. Gort. Belg. II. P. 328. H. Cliff. 479.
Lv.gdb. 518. Clathrus ruber. Mich. Gen. 214. T. 93.
iletus Cancellatus purpureus. Tournf. In ft. 561. T.
f b Fungus Coiallöides cancellatus. Ctus. App.
t"Fung." rot. cancj C. B. Pin. 375- Cox. Ecphr. 1. p.
7. T. 536- Barr. te. 1265. G led. p. 140. SteRb. T.
> f N , 0 . Gunn- Norv. P. 124. Fungus parvus pyraini- .. o _ i\/r__ P-zicr T. 6.
In de Zuidelyke deelen van Europa groeit ArJ EU
deeze, door Michelitts eerfl: met den 111.
naam van Clathrus beftempeld, die echter door
Qnzen Ridder , in ’ c jaa> 1 7 3 5 , aan den Weg Netzwam.
tusfchen Haarlem en Atrdlerdam in ’t Riet .
groeijende gevonden , zo hy fch'ryft , niet
alleen, maar volgens den Bisfchop G u k k e -
r us ook in de Boslchen van-. N.porwegen ,
aan den voet der Bergen , en fomtyds aan
de Baagen groeit, wordende aldaar Sprihkelfop
geheten. In \ Brandenburgfeendaaromftreeks
komt zy , doch zeldzaam, voor, zo G le-
di t sch aantekent. De roode is in Toskanen
gemeen , zegt M i c h e l i u s , maar de
witte zeldzaam. In Vrankryk wasfen zy veel
tusfchen het Riet,, in Vogtige plaatfen, zegt
S t EREEEK, wieo dezelve in Brabant niet was
voorgekomen. Omftreeks Montpellier valt
z y , volgeDS G o ü a n , ovaal of rond'.
Op de wyze der Moriljes. komt deeze te
voorfchyn met een rpndachtig Bolletje , als
een groot Hoender-Ey , waar van het Vlies,
opcnbarflende , zodanig een ongeftqelde holle
getraliede Kampernoelje vertoont, als men in
de Afbeeldingen kan befchouwen(*j. Dezel-
7 m ve
« (-*) Hos de Hear G l e d i t s c h hier de Takkige,
Karaalachtige Hinkende Zwam kaïx t’huis brengen , welke
R eaumur aan een Muur in Yrankryk yondt, zo zee?
in gedaante verfchillende (zie Mem. de 1713), begryp ik
niet.
Ss % 11. Deel. XIV. Stuk.