'54'fi 15 K S C H II Y V I N O V A N
. ÏX* fterige gedaante , verdeelende zig in zeer fy- A fderl* , . . , , T . •
IV. ne lakjes en groeit tot een halt Voet, ja in
stuk?FD' Lapland wel een V oet h o o g ; zynde geheel met
Schurft- een fyn Poeijer, als M eel bedekt; maar fom-
trm‘ mig heeft de Hoorntjes aan de enden ook geheel
w it; ander heeft dezelvenrosachtig. D it
maakt de twee voornaame Verfcheidenheden 5
die men daar van in Lapland aantreft, zynde
de eerftgem elde, die A lpifch van L i n n j EUS
genoemd w ordt, w el de helft grooter; de andere,
door hem Bosfchig getyteld , kleiner en
fyner van L oof (* ). T o d r n e f o r t vondt
’er zes Verfcheidenheden van , omftreeks Pa-
rys. Ik vind ’er, behalve het gew oon e, vier
in onze Duinen voorkom ende, door B o e r *
h a a v e opgeteken d: de eene zeer klein; de
andere za g t; de derde met Haairachtig dun ,
de vierde met nog fyner L oof. Alle de T ak-
maakingen zyn aan de Mikjes doorboord.
(84) Schurftmos , da t Heeflerig is en door-
boord , met zeer korte fpitfe Takjes.
(85) Schurftmos , dat bjna gegaffeld i s , met
eenvoudige Elsvormige Takken. (B6)
(*) Alpeftris differt aSylvatico, ut Flos plenus a fim-
plici. Sp Plant. p. ióii.
(84) Lichen Frutieulofus perforams &c. Sp. Plant. N«
67. Gort. Belg. 11. p. 312. Fl. Snee. Lapp. R. Lugdb.
5ii.‘ Coralloides perfor. minus. Dil l . 99. T«i6- f.22.
(85) Lichen Frutic. fubdichotomus &c. Sp. Plant. N*
68- Gokt. Belg. Fl. Snee. Lapp. R. Lugdb. Corall. Cor*
»kul. longioribus & rarioribus. D il l . io i. T. ï 6. f. &6,
LXXX1V.
Liehen
Uncialis.
Duims.
LXXXV.
Subulatus,
Elsvorm
m i
M O s; E K» 547!
(86) Schurftmos , dat Heeflerig is, digt en
glad, met Kogelronde holle Knobbeltjes aan
V end.
(87) Schurftmos, dat Heeflerig is , digt, gedekt
met Korftige Blaadjes.
(88) Schurftmos, dat Heeflerig is en digt
met ronde flompe Takjes.
In Bosfchen, op Heijen en Gebergten ,
groeijen deeze Soorten van Schurftmos meest
in de Noordelyke , doch ook in de middelde
deelen van Europa en veelen zelfs in Switzerland.
Ha l l e r teltze onder de Koraalagh*
tige Mosfen en zy behooren mede tot de Co*
ralloides van D i l l e n iu s , In onze Provinciën
zyn de twee eerden, en nog eene Ver*
fcheidenheid van de tweede, op hooge Hey*
«
(&6_) Liehen Frutic. folidus laeyis, Tubercul. Globofis
&c. Mant. 133. Lichen Globofus. Huns. Angl, 460. N. 75,
f87) Liehen Frutic. folidus teftus &c. Sp. Plant, N,
69. Fl. Suec. Lapp. R. Lugdb. Lieh Alpinus Sic. S cheuctfz.
Alp. 13?* T. tg. f* 4. Corall. crisp. Botryoides Alpinum,
D i l l . 1.14. T. 17- f- 33- Corallina Alpina valde erispa»
P et. Mus. T. 65. f. 7- Muscns Cupresfiformis Ramofus.
Loes. Prusf. 163. T. 48.
(88) Lichen Frutic. folidus Sic. Sp, Plant. N. 70. Fl.
Plant. N« 70* Fl. Suec, 983, 1121, Lichen ©reft. Ramo*
fislirans. Fl. Lapp■ 440. T. 11. f, 4. Corall. Alpii). Co*
ralliuse minoris facie. Dill. 116. T . 17. f. 34.
Mm 3
II. D e e l . XIV. Stuk.
IX.
A fdejei*
IV.
HoopOs
t u s .
LXXXVI,
Lichen
Qlobiferns?
Kogeldraagend
»
LXXXVII»
Pafchalis.
Paafcheu-
LXXXVIIIf
Fragüis.
Broofgfe,
!H
mm
m
H
KJ«?1 1
I