WÊÊÊÊÊ KRÄ
D E W 1 E R E 28?
vfe! afbreekt. Men vindtze ook aan de Kust VIII.
van Groot - Brittannie. in.
Terwyl L i b n ^eüs hier geen aanhaalingens^ FD‘
doet en zelfs die van Morison f* ) uitmonmze.e-Rufm
ftert, heeft de Heer G m e l i n , deszelfs be-
paaling bybrengende op zynen Fucus elonga-
tus ( f ) , daartoe'veelen van andere Autheu-
ren betrokken. Dat het de F hcus F ungularii
van Im p e r a t i , zo min als de Fucus Fungis
affïnis van Gaspar of de F uci F m giform es
van J an B auminus z y , die naar alle waar-
fchynlykheid tot de P avon iu s, thans U lva B q -
vonia, behooren, is allerblykbaarst. Het Tweed&
Zee - Ruy van D o d o n a ü s , ’t welk door de
G oRTER tot de eerfte Soort van, Wier « hier
voor*, t’huisgebragt is,( J .)h ad t R e a ü m
opgemerkt, zo wel als het Smalbladig Ze.e^Ruy% a z'33^
naar Veters gelykende, van B auh i nü s 5 on»
dat die plat Loof hadden, hier niet te behooren
( § ) . Dit echter is de enkele reden
niet j maar w e l, dat het Zee-Wier niet zodanig
groeit, als de Riguur van Do o oN iE u s
voorftelt.|G ommelyn, willende volftrekt ons
gewoone Zee - Wier by dien ouden Autheur
vin-
% (A
m
r a Fucus fpongtofus teres, Hiß. Plant, S. 15. T. S»
f. 7.
Cf) pMor. Hifi, fpecia}, p 103.
CD Flor. Belg. Ed. 11. p. 241,
(§ ) Mem. de 1712. p. 31. Octavo,