l \ 6 B I S C B S Ï V I K O V A S
- VU. L o M c h I t 1 Si Bogt • Varen* A fdeel»
Hojbd. Wegens de bogtige infnydingeti Van defS
Rand, die tevens de Streepjes der Vrugtmaa-
Varen. dingen, onder deeze Bogten, bogtig maaken,
geef ik den naam aan dit Geflagt, waar op die
van Lonchitis by de Ouden voor een Kruid ,
dat langwerpige Speerachtige Bladen hadt,
gebruikelyk, is toegepast. Het bevat de vol*
gende Soorten,
( 1 } Bogt - Varen met het Loof Findeelig
fiomp, effenrandig; de Stengetjes Takkig,
ruig.
(2) Bogt • Varen met het Loof gevind; de on-
derjie Finnen tweedeelig; de Stengetjes
onverdeeld gedoomd.
( 3) Bogt-Varen met. het Loof gevind; de
Finnen overhoeks uit gegulpt; de Stengetjes
Takkig gedoomd• ( 3^
f i ) Lonchitis Frond. pinnatifidis obtufis integerrimis ;
furculis Ramofis hirfutis. Sqjl Nat. Veg. XIII- Gen.
1177. Sp. i Flik Kamofa Pinnulis Quercinis. Plom.
T. 20. Adianthum Prnnis Quercinis Ramis VHlofls.
Pet Fü. 82. T. 4- * 5* . . .
• M Lonchitis Frond. pinnatis; Pmois infimis biparti-
tis; Surculis indivifis aculeatis. Sp- Pt. N. 2- Filix latif»
Spin. moll. & nigris aculeata. Plum- Fit. 14. T- 17. Filix
Spinofa, Sem. Lunu ads. Pet. F/7. 172-T. 4* f. 4. ^
(S) Lonchitis Frond, pinnatis; Pinnis alternis finuatis»
w Surc,
1.
lonchitis
hirfuta.
Ruigïï.
Aurita.
Ge - oord.
III.
Repas.
Kruipend.
DE HA A I R P L A K T E N . 117
(4 ) Bogt - Varen met het Loof Foet achtig .VIL
verdeeld; de Finnen Findeelig met fyne ui.
7- 7- J Hoofd- Tandjes, stuk..
IV.
In de Westindiën groeijen alle deeze vier Lonchitis
Soorten, die door haare bepaalingen genoeg-^oeta'ch-
zaam onderfcheiden zyn. F oR SK A ouL n am ,1^
in Arabie, een Gewas waar, ’t welk hy Lon.
chitis hipinnata tytelde , en de bovenfte Oppervlakte
met groene Maantjes verheven
hadt, wegens de Vrugtmaakende Streepjes
aan de onderzyde. Het Loof was omtrent
een Voet hoog, dubbeld gevind , met Lini-
aale famenvloeijende Vinnetjes, de binnenften
uitgerand: de Groeiplaats op Bergagtige plaat-
fen van Gelukkig Arabie.
A s p l e n i u m . Miltkruid.
De Latynfche benaaming van dit Geflagt
Wyst genoegzaam aan, dat men zodanig Kruid
tegen Mikkwaalen dienftig geoordeeld hebbe;
gelyk dan ook het Ceterach zig onder de Soorten
bevindt. De onderfcheiding beftaat in
Streep-
Surc. Ramofis aculeatis Sp. Pt. N. 3. Filix aculeata re-
pens. Plum. Fit. 11. T. ia. Filix Ramofa aculeata re-
pens. Pet. Fil. 39. T. 4. £. 6.
(4J Lonchitis Frond. pedatis; Pinnis pinnatifidis fèr-
ïulatis. Sp. Pt. N. 4. Lorchi'is erefta ttibrachiata ; latera»
libus bipartitis ; medio refto fimplici. Bkown. ifam. 89.
T. 1. f. 1 , 2.
H3
II. Dssx» Xiv. Stuk.