iX. „ ten moeten. Deeze Zaaden, nu, zyn ge*
1. ,» heel naakt, ’t welk evenwel met de Zaadèü
„ van alle overige Klasfen ftrydig is* Zo dat
sv men in de Mosfen geen Stamper vindt, met
,, Styl en Stempel praaiende* 1 Daar is * naa*
i> inelyk , geèn Vrugtbeginzel, Kasje of Rok
» van' ’t Zaad; maar deszelfs plaats wordt
i, bekleed door een geheel naakt Vrugtje , £ ’t
, , welk men in geen ander Plantgewas voor»
„ heen gezien heeft, en dus het Stuifmeel on*
i, middelyk op het Vrugtje der Plant werke*
Wy weeten.dan thans, wat Mannelykö
en Vrouwelyke Bloemen inde Mosfen z jn .’’
^Bcpaaiitag Voorts merkt zyn Ed. aan l dat de Sterre#
£ten* ties’ in fommige Mosplantjes de toppen kroo-
door hem.nende j weezentlyk de Vrouwelyke Bloemen!
zyn , terwyl dezelven in anderen verfpreid
voorkomen in de mikjes der Bladen , en in
«enigen nog niet gevonden zyny k welk by-
zonderlyk plaats heeft in betlSchurftmos {Li»
cheri), daar zy zo veel te duidelyker zig ver-
toonen in het Wolfsklaauw {Lycopodium). Derhalve
, meent h y , zou men dienvolgens de
-Geflagten dus bepaalen kunnen.
P o l v TRicHUM. Een gebuikt Meelknopje t
met zyn voet zittende op een Uitftëek*
zel.
De Vrouwelyke Bloemen vergaard.
M n ïüm. Een gebuikt Meelknopje zonder Uit* x r*
fteekzel. A
De Vrouwelyke Bloemen v ergaard* stuk.
B r y u m . Een gebuikt M e e lk n o p je, zonder
Uitfteekzel.
De Vrouwelyke Bloemen eenzaam verfpreid.
H y p n t jm . Een gebuikt M e elkn o p je, zonder
Uitfteekzel.
De Vrouwelyke Bloemen eenzaam, enz.
F o n t in a l i s . Eengehutkt M eelknopje, aan
den voet omringd met een fiaairbe*
kleedzel.
De Vrouwelyke Bloemen niet bekend.
S p l a c ii N ü m. Een gebuikt M eelknopje, met
een Vliezig Uitfteekzel,
De Vrouwelyke Bloemen vergaard.
Sphagnum. Een naakt Meelknopje met een
effenrandigen Mond, gedekt door een afvallend
gefteeld Dekzeltje.
De Vrouwelyke Bloemen verfpreid.
Z