Vil
Aftoel. d e eze, volgens den Ridder, groei jen , die ze
Hqofo- ^er 111 de laatfle Uitgaave der Planten van
sr(f Sweeden heeft weg gelaten.; In de eerfte
I71ei?^e hy aan» dat zy vau de volgende Soort
verfcbille, door de Vinnetjes famengevoegd
te hebben. Dit byzondere kan ik in de Afbeeldingen,
die door zyn Ed. aqngehaald zyn, niet
efpeuren ; zelfs niet in die andere van P lust
ene t , aldaar door hem bygebragt , welke
alleenlyk van onderen Takkig was.^Misfchien,
hoewel M e e s e ook deeze Soort, in Vriesland,
omtrent oude Borkoop , in een Bofch,
Biet ver van den Ryweg, hadt waargenomen,
zal het flegts eene verandering van de naast-,
volgende zyn. Of het voor vast doorgaat,
dat de bovenfte Blaadjes , alleen, in deeze
bloeijen; gelyk L i m n ^e u s ten opzigt van het
Gekuifde Boom-Varen aantekeht; zou nog te
onderzoeken, zyn. ë
PJ. x a x . Ondertusfchen fchynt my hier dat Japanfche
3' te behooren, waar van ik in Fig. 3., uit myne
Verzameling, de Afbeelding geef. Want, hoe»
wel het in ’t laatfte opzigt, wat myn Tak aangaat,
niet voldoet, kan dezelve wel niet de
onderfte zyn. De Vinnetjes zyn ook niet volkomen
famengevoegd, doch zeer, digt aan
malkander, langwerpig Eyrond, ftompachtig ,
aan de Tippen fpits Zaagtandig en, voor ’t
overige,volkomen Kuifachtig. Wat de Vrugt»
maakingen aangaat, welke maar enkeide plekjes
jes aan den rand d y Vinnetjes , zyn, komt het
naast met eene volgende Soort, die daar van . III.
j 1 * 1 c*. Hoofd« den naam voert ,, overeen ; maar deeze heettST0K_
ongekartelde Vinnetjes , tervvyl dit Japanfche
dezelven zeer dïep ingefneedeh heeft (*).
(53) Bóóm - Varen met hei Loof dubbeld- ge- LJn.
vind; de Vinnen ftotnp en gekarteld; de dimn Fin»
Stengel. Kaffig. ..... \ ^Varen
Mannetje*
Dit is hét Mannetjes • Varen , door geheel
Europa bekend; e n , gelyk by ons, overal
meest in de Bosfchen en op andere donkere
vogtige plaatfen,in een Zandige Grond, voorkomende.
Het voert den Griekfchen naatn
Pteris, den Latynfchen F ilix , den Italiaanfchen
- (*J De Heer Hall er heeft ook aanmerkelyke dui-
fterheden, in de bezaaiing en aanhaalingen van L in-
j i * ü s , ten opzigt van deeze Soort,gevoelen: (Helv.
ïnchoat. 111. p- 17."N. 14Ó5.J maar dezelven vermeerderd,
doordien hy P luk, p.‘ 180. f. 42. aanhaalt, dat TV
jgi. f. 2 , moet zyn, en zelfs1 een Varen van Mapeis,
met drievoudig gevind Loof, met de vitieufe aanhaaling;
van digitata in plaats van dentata, hier t’huis brengt.
C53) Polypodiutn Frond. bipinnatis ; Piimis obtufis cre-
tiulatis; Stipite Palëacëö. Sp. Plant. N. 43. Gört. Belg.
II. p. 280. Góuan Monsp. 528. Ger. Prov. 70. Daeib»
Par. 313. FL'Suec.. 846946. R. Lugdb. 499. H. Cliff,
475. Ha l l . Heb. inchoat. lil, p. 13. Filix mas non ra-
mofa dentata. C. B- Pin, 358. Filix Mas. L ob. Pc. 815.
Don. Tempt. 462. Cam. Epit. 991. F11CHS. Hijt. 994, >
M s